Werken als bedieningsassistent ( hoofdstuk 1 )

Werken als bedieningsassistent
1 / 17
next
Slide 1: Slide
HorecaPraktijkonderwijsLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Werken als bedieningsassistent

Slide 1 - Slide

Waar staat horeca voor?

Slide 2 - Open question

Een pizzeria waar je alleen pizza's kunt afhalen valt niet onder horeca?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quiz

Noem een voorbeeld van een drankverstrekkend bedrijf (bedrijven die dranken promoten)

Slide 4 - Open question

Geef een voorbeeld van een bedrijf dat zowel drankverstrekkend als voedselverstrekkend is

Slide 5 - Open question

Wat is een voorbeeld van blurring?
A
Een boekwinkel waar je een kopje koffie kunt drinken
B
een hotel met een restaurant waar je ook mag eten as je er niet slaapt
C
een lunchroom waar je ook eten kunt afhalen

Slide 6 - Quiz

Een bedrijfsrestaurant in een groot kantoorgebouw hoort ook bij horeca
A
juist
B
onjuist

Slide 7 - Quiz

Wat geven de 6 P's samen aan?
A
de informatie die je aan je gasten geeft
B
wat er nog moet verbeteren aan een restaurant
C
wat het horecaconcept is

Slide 8 - Quiz

Welke 6 P's zijn er?

Slide 9 - Open question

Waar weet een barista veel vanaf?
A
Bier
B
Cocktails
C
Koffie

Slide 10 - Quiz

Wat is een sommelier?

A
Iemand die afrekent met de klant
B
iemand die inkopen doet
C
Iemand die veel af weet van de wijn

Slide 11 - Quiz

Noem 3 beroepen die je in een hotel tegen kunt komen

Slide 12 - Open question

De bedieningsassistent en de keukenassistent hoeven niet samen te werken?
A
juist
B
onjuist

Slide 13 - Quiz

Hoe wordt de chef de rang ook wel genoemd?
A
Kok
B
Manager
C
Ober

Slide 14 - Quiz

Beschrijf een ervaring waarbij jj je als gast in een hotel of restaurant welkom voelde? Hoe kwam dat?

Slide 15 - Open question

Beschrijf hoe jij op je werkplek voor gastvrijheid zorgt

Slide 16 - Open question

Wat hoort er allemaal bij gastvrijheid? er zijn 3 antwoorden juist
A
de tafels schoonhouden
B
een praatje maken met de klant
C
om de 5 minuten vragen of het eten smaakt
D
rekening houden met allergieën

Slide 17 - Quiz