2.3 lezen tekstverband en signaalwoord

Welkom in deze les!
 2.3 lezen



Pak je leesboek      Leg je                                                     spullen klaar





Geen telefoon         Laptop dicht
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom in deze les!
 2.3 lezen



Pak je leesboek      Leg je                                                     spullen klaar





Geen telefoon         Laptop dicht

Slide 1 - Slide

th1
uitleg: moeilijkewoordenwijzer,                       tekstverband en                                     sigaalwoorden, opsommend               tekstverband
maken: 2.3 opdracht 9 t/m 14
tijd over? boek lezen
Wat gaan we deze les doen?
1.3 lezen

Slide 2 - Slide

Lezen
timer
10:00

Slide 3 - Slide

leerdoelen: (aan het eind van de lessen)
Ik weet wat een feit is en ik kan dit herkennen.
Ik weet wat een mening is en ik kan dit herkennen.
Ik kan de moeilijkewoordenwijzer gebruiken.
Ik herken het opsommend tekstverband.

Slide 4 - Slide

Moeilijke woordenwijzer
Heb ik het woord nodig om de tekst te begrijpen?
Ja
Staat de uitleg in de tekst? ( in de context)
  • ander woord (= synoniem)
  • voorbeeld
  • omschrijving
  • woord met een tegengestelde betekenis
  • een zin de je op een idee brengt
Nee
Zoek de betekenis op!

Slide 5 - Slide

verbanden
waar denk je aan?         

Slide 6 - Slide

Wat is een tekstverband?

Slide 7 - Slide

opsommen
Vertel eens even wat je vanmorgen allemaal hebt gedaan.

Je begint met:

Vanmorgen ging de wekker en ..............
timer
2:00

Slide 8 - Slide

Gebruikte je een van de volgende woorden?
ook
bovendien
daarnaast
zowel ... als
ten eerste
ten slotte

Slide 9 - Slide

signaalwoorden
Deze woorden: ook, bovendien, daarnaast, zowel ... als, ten                                             eerste, ten slotte noemen we signaalwoorden

Slide 10 - Slide

opsommend tekstverband
De woorden vertellen dat er een verband is tussen de woorden: er wordt iets opgesomd. 

voorbeeld: Willem heeft veel hobby’s. Hij verzamelt treintjes,                               maar hij spaart ook foto’s van het koningshuis. Hij                               speelt bovendien gitaar.

Slide 11 - Slide

GELEERD?
- je weet wat een moeilijkewoordenwijzer is

- je weet wat een tekstverband is

- je weet wat een opsommend    tekstverband is

Slide 12 - Slide

Je gaat oefenen met je leerdoelen
2.3 opdracht 9 t/m 14

Op dinsdag 17 oktober heb je een proefwerk over lezen hoofdstuk 1 en 2 (1.3 en 2.3).

Slide 13 - Slide

Welk tekstverband heb je geleerd en
noem een signaalwoord dat daarbij hoort.

Slide 14 - Open question