Thema 4 Geologie

Leerdoelen:
- Je weet aan het einde van de les de verschillende aardlagen
- je weet de kenmerken per aardlaag.
- Je weet hoe een aardbeving ontstaat.
1 / 37
next
Slide 1: Slide
mens en maatschappijVoortgezet speciaal onderwijsMiddelbare schoolvmbo tLeerroute VTLeerjaar 1

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 7 videos.

Items in this lesson

Leerdoelen:
- Je weet aan het einde van de les de verschillende aardlagen
- je weet de kenmerken per aardlaag.
- Je weet hoe een aardbeving ontstaat.

Slide 1 - Slide

Waardoor ontstaat een aardbeving?

Slide 2 - Slide

Aardlagen:
  • Verschillende lagen
  • Aardkorst -mantel en -kern
  • Lijkt op ei


Slide 3 - Slide

Aardkorst
  • Buitenste laag
  • 35 km dik, maar onder een oceaan 10 km dik
  • hard en stevig

Slide 4 - Slide

Aardmantel
  • Duizende km's dik. (ongeveer 3000)
  • De mantel bestaat uit gesmolten gesteente (Magma)
  • De aardkorst drijft dus op Magma en beweegt met het stromende magma mee.

Slide 5 - Slide

Aardkern
  • Bestaat uit ijzer
  • Vast aan de binnenkant (Binnenkern) Vloeibaar aan de buitenkant (Buitenkern)
  • Heel erg heet

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Benoem de 3 verschillende aardlagen?

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

De aarde beweegt
aardkorst is gebroken = platen
Deze platen drijven op magma en schuiven langs elkaar.
Dit gebeurd heel langzaam, de spanning bouwt zich op en komt met een schok vrij: Aardbeving
Het punt waar de aardbeving het hevigst is noemen we een epicentrum
 We meten dit op de schaal van richter.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Als de spanning tussen aardplaten te hoog is ontstaat er een...….?
A
Vulkaanuitbarsting
B
Aardbeving
C
Temperatuur daling
D
Magma

Slide 15 - Quiz

Benoem de drie aardlagen?

Slide 16 - Open question

Wat is Magma
A
warme stenen
B
gesmolten stenen
C
vloeibaar zeewater
D
magnesium

Slide 17 - Quiz

De aardkorst is gebarsten, hoe noem je die lossen stukken aardkorst?

Slide 18 - Open question

Hoe heet het punt waar de aardbeving het hevigst is?
A
epischcentrum
B
hippiecentrum
C
epicentrum
D
middelpunt(centrum)

Slide 19 - Quiz

Lesdoel:
  • Aan het eind van de les ken je vier verschillende plaatbewegingen.
  • per beweging kan je een kenmerk geven.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

Bewegingen van platen
  1. twee platen duwen tegen elkaar = gebergte

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Bewegingen van platen
2. De ene plaat schuift onder de andere plaat. 
  • gaat de plaat omhoog => gebergte
  • gaat de plaat omlaag => dan smelt de plaat en borrelt het magma naar boven => vulkaan
  • Als platen in de oceaan naar beneden worden geduwt => Troggen = diepe gleuven tot 10km diep.

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Bewegingen van platen
3. Platen schuiven langs elkaar => Aardbevingen

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Bewegingen van platen
4. Platen drijven uitelkaar.
  • in het midden(breuklijn) komt magma naar buiten.
  • het magma stolt en vormt een soort bergketen = Mid-oceanische rug 

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

Bij sommige breuklijnen in de aardkorst komt magma naar boven. Hoe heet zo'n plaats ?

Slide 34 - Open question

Als gloeiende magma uit de vulkaan stroomt noemen we dit.....
A
Magma
B
Vloeibaar gesteente
C
De vloer is (lava)
D
Magnesium

Slide 35 - Quiz

Het gat in de vulkaan waar lava uit komt, noemen we......
A
Vulkaan
B
Troggen
C
Krater
D
Open aardkorst

Slide 36 - Quiz

Slide 37 - Video