HOE gebruik je het woordenboek?

              Het woordenboek                              
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

              Het woordenboek                              

Slide 1 - Slide

Doelen
1) Ik weet hoe een woordenboek in elkaar zit.
2) Ik ken het alfabet (weer).
3)Ik kan woorden op de goede volgorde zetten.
4)Ik kan bedenken DAT ik een woord moet veranderen om op de zoeken.
4) Ik kan bedenken HOE ik een woord moet veranderen om op de zoeken.

Slide 2 - Slide

ALFABET
A -B-C-D-E-F-G
H-I-J-K-L-M-N-O-P
Q-R-S-T-U-V-W
X-Y-Z

Als iets op alfabetische volgorde staat, staat het op de volgorde van het alfabet. 

Slide 3 - Slide

Zet de etenswaren op alfabetische volgorde.

Slide 4 - Drag question

Zet de volgende woorden in alfabetische volgorde
boeren
baby
echo
kwik
eb
legende

Slide 5 - Drag question

DUS:
Je kijkt naar de eerste letter.
Zijn de eerste letters hetzelfde, dan kijk je naar de tweede:

Appel
Aardbei

Dus eerst aardbei, dan appel

Slide 6 - Slide

en als de eerste 2 hetzelfde zijn
kijk je naar de derde letter:
aardbei
aandeel
aanvragen
Of je moet zelfs nog verder kijken!
aandeel - aanvragen - aardbei
De n is eerder dan de r, d is eerder dan v

Slide 7 - Slide

Zet de woorden in alfabetische volgorde
Tafel
Thee
Theekopje
Pen
Toets

Slide 8 - Drag question

Je zoekt het woord in de eenvoudigste vorm.

Wat betekent;
LENZEN ?
Staat het misschien in meervoud?
Wat is dan het enkelvoud?
LENS
Dat zoek je dan op.

Slide 9 - Slide

Hij maakt schoon
Is een scheidbaar werk woord
Je zoekt op:
schoonmaken

Slide 10 - Slide

Ik ben flauwgevallen
??????
Wat herken ik?
vallen
wat is flauw?
Hoort het bij elkaar?
Gevallen komt van vallen.
FLAUWVALLEN opzoeken

Slide 11 - Slide

Aan de slag..
Ik deel woordenboeken uit, daarmee gaan we zo een opdracht maken. 

Maar ik zal jullie eerst een paar minuten geven om een hoop onzin op te zoeken, want ik ken jullie ondertussen een beetje.. 

Slide 12 - Slide

wat heb je geleerd?
We kijken nog even naar de doelen.
Heb je ze gehaald , of bijna?

Slide 13 - Slide

Doelen
1) Ik weet hoe een woordenboek in elkaar zit.
2) Ik ken het alfabet (weer).
3)Ik kan woorden op de goede volgorde zetten.
4)Ik kan bedenken DAT ik een woord moet veranderen om op de zoeken.
4) Ik kan bedenken HOE ik een woord moet veranderen om op de zoeken.

Slide 14 - Slide

ik heb de doelen gehaald
😒🙁😐🙂😃

Slide 15 - Poll