Q&A week 8, wonden

Lesdoelen
  • Afbeeldingen van de huid doornemen ter herhaling
  • Met behulp van slides interactief vervolg wonden
  • Mini quiz
  • Feedback op de docent geven
1 / 32
next
Slide 1: Slide
Q&AMBOStudiejaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Lesdoelen
  • Afbeeldingen van de huid doornemen ter herhaling
  • Met behulp van slides interactief vervolg wonden
  • Mini quiz
  • Feedback op de docent geven

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Decubitis
  • Decubitus (doorligwonden) = ontstaan door druk- en schuifkrachten waardoor bloedtoevoer verminderd of afwezig is.
  • Decubitus ontstaat als eerste in de ondergelegen weefsels, later pas in de opperhuid, omdat de opperhuid gewend is aan minder doorbloeding en minder zuurstof en voedingstoffen nodig heeft.
  • Vochtletsel en decubitus op de stuit zijn vaak lastig te onderscheiden. 

Slide 5 - Slide

Classificatie systeem
  • Categorie 1: niet wegdrukbare roodheid
  • Categorie 2: oppervlakkige beschadiging
  • Categorie 3: volledige huidlaag is verloren gegaan, kan ondermijnt zijn
  • Categorie 4: volledig weefsellaag is verloren gegaan. Spieren, pezen en bot liggen open en bloot. Vaak necrose 

Slide 6 - Slide

categorie 1, niet wegdrukbare roodheid

Slide 7 - Slide

categorie 2: oppervlakkige beschadiging

Slide 8 - Slide

categorie 3: volledige huid is verloren gegaan

Slide 9 - Slide

categorie 4: volledige weefsel laag is verloren gegaan

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Wat is het belangrijkste aan wondzorg?

Slide 12 - Slide

Maatregelen om decubitis te voorkomen
  • Inspectie van de huid
  • Controleer extra bij vochtige gebieden
  • Druk verminderende maatregelen (AD matras/zitkussen, wisselligging)
  • Goede voedingstoestand
  • Bewegen stimuleren 
  • rapporteren

Slide 13 - Slide

Risicofactoren decubitus
  • Bedlegerigheid
  • Lang in (rol)stoel
  • Gekreukelde kleding of laken
  • Bewegingstekort
  • Halfzittende houding
  • Incontinentie
  • Vochtige huid
  • Circulatiestoornissen  (diabetes)
  • Slechte conditie
  • Gevoelsstoornissen 

Slide 14 - Slide

Primaire wondgenezing
  • Wondranden zijn glad en scherp begrenst
  • Niet te diep en niet te breed
  • Spieren, pezen en/of zenuwen zijn niet aangetast.
  • Wond is niet geïnfecteerd 

Slide 15 - Slide

Secundaire wondgenezing
  • Wond bevat veel vuil (geïnfecteerd)
  • Diep en/of brede wond
  • Rafelige wondranden 

Slide 16 - Slide

Vertraagde wondgenezing

Slide 17 - Slide

Wondbehandeling
Kort:
  • Rood: beschermen
  • Geel: reinigen
  • Zwart: moet chirurgisch of met hulp van de juiste wondzorg verwijderd worden.

Van onderuit en van buiten naar binnen moet de wond genezen 

Slide 18 - Slide

Rode wond

Slide 19 - Slide

Gele wond

Slide 20 - Slide

Zwarte wond

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Link

Slide 24 - Slide

Welke vormen van wondgenezing ken je en welke duurt het langst?
A
primair en secundair, primair duurt het langst
B
primair en secundair, secundair duurt het langst
C
primair, secundair en tertiair en tertiair duurt het langst
D
primair, secundair en tertiair en secundair duurt het langst

Slide 25 - Quiz

Wat is een wond classificatie model?
A
TIME
B
MITE
C
WCS
D
WSC

Slide 26 - Quiz

Het doel van iemand laten bewegen bij wondzorg is
A
bevorderen van de doorbloeding
B
afvallen
C
verbeteren van coördinatie
D
soepelere gewrichten

Slide 27 - Quiz

Stel dat een patiënt pijn heeft aan een wond, dan geef je pijnmedicatie
A
tijdens de wondzorg, dan hoef je de patiënt maar 1 keer te storen
B
voor de wondzorg zodat de medicatie kan inwerken
C
na de wondzorg,

Slide 28 - Quiz

Welke voedingsstof geef je een zorgvrager met een wond extra?
A
koolhydraten
B
vetten
C
eiwitten
D
water

Slide 29 - Quiz

Een voordeel van hechten van een wond is
A
dat de wond sneller geneest
B
dat de wond mooier geneest
C
dat de wond minder kans heeft op infecteren
D
alle 3

Slide 30 - Quiz

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Link