les sprookjes bovenbouw spetterproject

Doel: Je leert moderne sprookjes kennen, het verschil tussen een sprookje en een fabel en nadenken over een moraal en levenslessen.

1 / 16
next
Slide 1: Slide
DramaBasisschoolGroep 6-8

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Doel: Je leert moderne sprookjes kennen, het verschil tussen een sprookje en een fabel en nadenken over een moraal en levenslessen.

Slide 1 - Slide

Welke sprookjes ken je?

Slide 2 - Open question

Wanneer kan je iets een sprookje noemen?

Slide 3 - Open question

Kenmerken van een sprookje:
  • Het is van oorsprong een mondeling overgeleverd verhaal waarin vaak magie een rol speelt (het is een verzonnen verhaal).
  • Er wordt een beroep gedaan op de fantasie van de lezer/luisteraar. 
  • Het is een strijd tussen goed en kwaad, waarbij het goede altijd wint. 
  • Alles is mogelijk in sprookjes. 

Slide 4 - Slide

Kenmerken van een fabel:
  • Dieren die mensen spelen. 
  • Het goede overwint niet altijd. 
  • Er wordt je een spiegel voor gehouden, ze willen dat je er iets van leert. 
  • Het is compleet verzonnen verhaal. 

Slide 5 - Slide

Wat is een overeenkomst tussen een sprookje en een fabel?
A
Het goede overwint altijd.
B
Er zijn altijd dieren die zich gedragen als mensen.
C
Het is beide een verzonnen verhaal.

Slide 6 - Quiz

Wat is een verschil tussen een sprookje en een fabel?
A
Het goede overwint altijd bij een sprookje en niet bij een fabel.
B
Het goede overwint altijd bij een fabel en niet bij een sprookje.
C
Een sprookje is een verzonnen verhaal en een fabel niet.
D
Een fabel is een verzonnen verhaal en een sprookje niet.

Slide 7 - Quiz

Wat is er altijd aanwezig in een sprookje?

Slide 8 - Open question

Het verloop van een sprookje

Slide 9 - Slide


Zijn er verouderde sprookjes en modernere sprookjes?

Slide 10 - Slide

Ken jij een modern sprookje?

Slide 11 - Open question

Wie kent deze film?

Slide 12 - Slide

Wat denk jij, dat deze film duidelijk wil maken aan jou als kijker?

Slide 13 - Open question

Zou jij deze film willen kijken, nu je er zo van hebt gehoord?
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quiz

Controle 
Wat is een sprookje? 
Wat is een fabel?

Wat is een verouderd sprookje?
Wat is een modern sprookje?

Slide 15 - Slide

Afsluiting 
Welk sprookje vind jij leuker? 
Modern of verouderd.
Waarom?

Slide 16 - Slide