BSM anatomie + basis energiesystemen

BSM anatomie + basis energiesystemen
1 / 18
next
Slide 1: Slide
Lichamelijke opvoedingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson

BSM anatomie + basis energiesystemen

Slide 1 - Slide

De Nederlandse benaming voor: musclus sternocleidomastoidus?
A
brede rugstrekker
B
Ulnaire handstrekker
C
Grote bilspier
D
Borstbeen- sleutelbeenspier

Slide 2 - Quiz

De Nederlandse benaming voor: musclus gastrocnemius?
A
Kleermakerspier
B
Lange kuitbeenspier
C
Schuine buikspier
D
Deltavormige spier

Slide 3 - Quiz

De Nederlandse benaming voor: musclus brachioradiales?
A
Armspaakbeenspier
B
Monnikskapsier
C
Semitendinosus
D
Voorste scheenbeenspier

Slide 4 - Quiz

De Nederlandse benaming voor: musclus rectus abdominis?
A
Radiale handbuiger
B
Rechte buikspier
C
Driehoofdige armspier (triceps)
D
Brede rugspier

Slide 5 - Quiz

Welke spier is afgebeeld?
A
m. brachioradialis
B
m. trapezius
C
m. erector spinae
D
m. latissimus dorsi

Slide 6 - Quiz

Welke spier is afgebeeld?
A
m. pectoralis major
B
m. trapezius
C
m. deltoideus
D
m.gastrocnemius

Slide 7 - Quiz

Welke spier is afgebeeld?
A
m. triceps brachii
B
m. sternocleidomastoideus
C
m. biceps femoris
D
m.sartorius

Slide 8 - Quiz

Welke spier is afgebeeld?
A
m. biceps femoris
B
m. tibialis anterior
C
m. gluteus maximus
D
m. trapezius

Slide 9 - Quiz

De origo van de m. biceps brachii is het schouderblad
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

De origo van de m. erector spinae is de ruggewervel.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

De insertio van de m. gastrocnemius is het hielbot.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

De insertio van de m. rectus abdominis is het schaambeen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Energie ligt opgeslagen in (chemische) brandstoffen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Brandstof + O2= ? & ?
A
H20 & N
B
CO2 & H20
C
CO2 & HE

Slide 15 - Quiz

De 3 hoofdbestanddelen uit ons voedsel: Koolhydraten, eiwitten en.....?

Slide 16 - Open question

ATP staat voor adenosinedifosfaat
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quiz

Afbraak van ATP: ATP => ADP + P + .......?
A
Adenosine
B
Fosfaatgroep
C
Energie

Slide 18 - Quiz