13: Afbeelding 6: Regeringen moedigden burgers aan om producten uit eigen land te kopen, zodat bedrijven weer meer werk kregen. Op de afbeelding die je de aanmoediging om ‘Nederlandsche waar’ te kopen.
Afbeelding 7: In de VS gaf president Roosevelt veel geld uit om werklozen aan een baan te helpen. Het programma heette Works Progress Administration. Op de afbeelding zie je de naam van het programma staan. Ook zie je een boer en een arbeider staan met daarboven het woord ‘welvaart’. Het programma moest dus weer voor welvaart zorgen.
Afbeelding 8: In Nederland ging de regering juist bezuinigen. Zelfs de uitkeringen van werklozen werden verlaagd. Dat leidde tot de Jordaanoproer: arbeiders kwamen in opstand. Op de afbeelding zie je het leger dat ingreep om de opstand neer te slaan.
14: Uitspraak A klopt, omdat de Nederlandse regering ging bezuinigen, met de Jordaanoproer als gevolg. De Amerikaanse regering ging juist geld uitgeven. Uitspraak B klopt, want op de afbeelding is te zien dat de bouw van de Afsluitdijk werd stopgezet. De regering deed dit om te bezuinigen. De Nederlandse regering voerde hiermee dus een andere crisispolitiek dan de Amerikaanse regering.