Werkwoordspelling gemengde opgave

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Werkwoordspelling gemengde opgave

Toen ik werkwoordspelling nog niet snapte, ... (haten) ik Nederlands.

1. haat
2. hate
3. haatte
4. haten

Jaap vindt het lastig te bepalen wanneer hij 'ik-vorm+t' moet schrijven en wanneer hij 't kofschip moet gebruiken.

1. vind
2. vindt
3. gevonden

Om een foto van mijn hond te laten zien, (snapchatten).... ik mijn vriendin gisteren een foto.

1. snapchate
2. snapchatte
3. snapchat
4. gesnapchat

Danilo heeft de muren (verven)...

1. geverfd
2. geverft
3. verft

Afgelopen zomer heb ik (paragliden)....

1. geparaglided
2. geparaglide
3. para gedlided
4. geparaglid

Ik en mijn oma hebben wel 2 uur (facetimen)...

De melk is goed door het recept (mixen)...

De (verraden)... crimineel dacht dat de politie hem nooit te pakken zou krijgen.

1. verraadden
2. verraden
3. verrade
4. verraadde

Maak toch (verraden) ze hem een week geleden

1. verraadden
2. verraden
3. verraaden
4. verrieden

Zij waren de mensen die met de software van Volkswagen hadden (sjoemelen)...

Ik (rijden) elke dag met de motor naar school.

1. Rijdt
2. Rijd

"Ik heb hier geen zin in", (mopperen) Jonas.

1. mopperd
2. moppert

Mijn vader (rijden)... al jaar en dag in een Volkswagen.

Bij 'Married at First Sight', trouwen mensen zonder dat ze ooit hebben (daten).

Zonder dat ik het wist, is mijn buurman (verhuizen).

1. verhuist
2. verhuisd

Syme (verhuizen) naar New York.

1. verhuist
2. verhuisd

Je hebt me nooit (vertellen) dat je dat zo leuk (vinden).

1. vertelt, vindt
2. verteld, vindt
3. vertelt, vind
4. verteld, vind

Ik heb de serie 'Game of Thrones' online (streamen).

Ben je niet trots op mij omdat ik het hele huis heb (stofzuigen)?

1. gestoofpeerd
2. gestofzuigt
3. gestofzuigd

Welk onderdeel (vinden) jij nog het moeilijkst?

1. vind
2. vindt

Nou, welk onderdeel?

1. tegenwoordige tijd
2. verleden tijd
3. voltooid deelwoord
4. Engelse werkwoorden