SE1

Quiz SE1
hf 1 t/m 6
1 / 46
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 46 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Quiz SE1
hf 1 t/m 6

Slide 1 - Slide

Licht ontvlambaar
Corrosief
Explosief
Schadelijk
Giftig

Slide 2 - Drag question

Wat is de afkorting van vast?
A
(s)
B
(l)
C
(g)

Slide 3 - Quiz

Van GAS naar VLOEIBAAR heet:
A
Condenseren
B
Verdampen
C
Smelten
D
Stollen

Slide 4 - Quiz

Van VLOEIBAAR naar VAST
A
Condenseren
B
Verdampen
C
Smelten
D
Stollen

Slide 5 - Quiz

Van GAS naar VAST heet:
A
Sublimeren
B
Rijpen
C
Stollen
D
Verdampen

Slide 6 - Quiz

Welke van onderstaande stoffen is een zuivere stof?
A
Zuivere berglucht
B
7-up
C
Diamant
D
Zuiver drinkwater

Slide 7 - Quiz

Zie de grafiek. Is
deze van een
zuivere stof of
mengsel?
A
Zuivere stof
B
Mengsel

Slide 8 - Quiz

Enkele stofeigenschappen zijn:
A
geur, vorm, massa
B
kleur, geur, smaak
C
toestand, geur, gewicht
D
vorm, kleur, geur

Slide 9 - Quiz

Zie de grafiek.
Welke faseover-
gang hoort hier
bij?
A
Condenseren
B
Verdampen
C
Stollen
D
Smelten

Slide 10 - Quiz


Wat geeft het horizontale deel in deze grafiek aan?
A
kookpunt
B
smelttraject
C
kooktraject
D
smeltpunt

Slide 11 - Quiz

Welk mengsel is altijd helder?
A
Oplossing
B
Suspensie
C
Emulsie

Slide 12 - Quiz

Welk soort mengsel kun je indampen?
A
Oplossing
B
Suspensie
C
Emulsie
D
Mengsel van vaste stoffen

Slide 13 - Quiz

Op welke stofeigenschappen berusten de volgende scheidingsmethodes? Sleep de juiste eigenschap naar de juiste scheidingsmethode 
Deeltjesgrootte
Dichtheid
aanghechtingsvermogen
kookpunt
Filtreren
Bezinken
Adsorberen
Destilleren

Slide 14 - Drag question

Hoe kunnen we de kleur uit blauw water halen?
A
Filtreren
B
Destilleren
C
Adsorberen
D
Indampen

Slide 15 - Quiz

Welke scheidingsmethode moeten we gebruiken bij het scheiden van suiker en water?
A
Filtreren
B
Indampen
C
Destilleren
D
Adsorberen

Slide 16 - Quiz

Hoeveel Lter is 10000mL?
A
100
B
1
C
1000
D
10

Slide 17 - Quiz

Een mengsel van alcohol en water wordt gedestilleerd. Kookpunt alcohol = 78graden. Uit welke stof bestaat het residu?
A
Alcohol
B
Water

Slide 18 - Quiz

2 Liter wijn bevat 10 V% alcohol. Hoeveel mL alcohol is dit?
A
200
B
20
C
0,2
D
2

Slide 19 - Quiz

1 kg spinazie bevat 50 gram aan ijzer. Hoeveel m% is dit?
A
50
B
500
C
5
D
0,5

Slide 20 - Quiz

Hoeveel graden Celsius is 102 Kelvin?
A
375
B
-171
C
352
D
-148

Slide 21 - Quiz

Als de dichtheid van een stof 2 g/cm³ is en het volume is 6 cm³, hoe groot is dan de massa?
A
12
B
3
C
4
D
1/3

Slide 22 - Quiz

Een blokje met massa van 93 gram is gemaakt van materiaal met een dichtheid van 2,7 g/cm3. Bereken het volume van het blokje.
A
0,029 cm3
B
251,1 cm3
C
34,44 cm3

Slide 23 - Quiz

Natrium heeft atoomnummer 11 en massagetal 24. Hoeveel protonen heeft natrium?
A
11
B
13
C
24
D
35

Slide 24 - Quiz

Natrium heeft atoomnummer 11 en massagetal 24. Hoeveel elektronen heeft natrium?
A
11
B
13
C
24
D
35

Slide 25 - Quiz

Natrium heeft atoomnummer 11 en massagetal 24. Hoeveel neutronen heeft natrium?
A
11
B
13
C
24
D
35

Slide 26 - Quiz

Wat is een isotoop?
A
Zelfde atoom, andere massa
B
Ander atoom, zelfde massa
C
Zelfde atoom, ander atoomnummer
D
Ander atoom, zelfde atoomnummer

Slide 27 - Quiz

N-14 heeft 7 protonen en 7 neutronen.
C-14 heeft 6 protonen en 8 neutronen.
N-14 en C-14 zijn isotopen
A
ja
B
nee

Slide 28 - Quiz

Wat is de straling met het meest doordringende vermogen?
A
alfa
B
beta
C
gamma

Slide 29 - Quiz

De gasvormige stoffen waterstof en zuurstof ontstaan na ontleding van vloeibaar water na geleiding met stroom. Geef het reactieschema
A
water (l)-> waterstof (g) + zuurstof (g)
B
2 H2O --> 2 H2 + O2
C
waterstof (g) + zuurstof (g) -> water (l)
D
2 H2 + O2 --> 2 H2O

Slide 30 - Quiz

Wat voor een reactie is dit?
water -> waterstof + zuurstof
A
Vorming
B
Ontleding
C
Verbranding

Slide 31 - Quiz

Is dit een ontledingsreactie?
methaan + zuurstof -> koolstofdioxide + water
A
ja
B
nee

Slide 32 - Quiz

Wat is een thermolyse?
A
verbranding
B
verhitting
C
ontleding door middel van warmte
D
ontleding door middel van licht

Slide 33 - Quiz

Wat is de formule van waterstofperoxide?
A
SO2
B
H2O2
C
CH4
D
C6H12O6

Slide 34 - Quiz

Wat is de naam van C6H12O6?
A
Zwaveldioxide
B
Methaan
C
Glucose
D
Ammoniak

Slide 35 - Quiz

Maak kloppend:
...CH4 + ...O2 --> ...CO2 + ...H2O
A
CH4 + 2O2 -->CO2 + 2H2O
B
2CH4 + 2O2 -->CO2 + 2H2O
C
2CH4 + 4O2 -->2CO2 + 4H2O
D
CH4 + 2O2 -->2CO2 + H2O

Slide 36 - Quiz

Welke reactie gaat sneller?
A
100g ijzeren staaf verbranden
B
100g ijzerpoeder verbranden

Slide 37 - Quiz

Wat zijn fossiele brandstoffen?
A
Steenkool, Bruinkool, aardolie & hout
B
Biomassa, aardgas, oerwater & steenkool
C
Steenkool, Bruinkool, Aardolie & Aardgas
D
Aardgas, hout, aardolie & steenkool

Slide 38 - Quiz

Gefractioneerde destillatie is een proces waarbij aardolie wordt gescheiden in zuivere stoffen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 39 - Quiz

Wat wordt bedoeld met kraken van aardoliefracties?
A
Kleine moleculen worden gekoppeld tot lange moleculen.
B
Aardoliefractie wordt ontzwaveld.
C
Aardolie wordt gedestilleerd.
D
Lange moleculen worden afgebroken in kleinere moleculen.

Slide 40 - Quiz

Wat voor type reactie is kraken?
A
Een verbrandingsreactie
B
Een vormingsreactie
C
Een ontledingsreactie
D
Een fase-overgang

Slide 41 - Quiz

Wat zijn koolwaterstoffen?
A
stoffen die uit atomen koolstof en waterstof bestaan
B
stoffen die uit atomen koolstof, zuurstof en waterstof bestaan
C
stoffen die uit atomen koolstof en water bestaan
D
stoffen die uit atomen koolstof, zuurstof en water bestaan

Slide 42 - Quiz


C12H26 is een alkaan
A
juist
B
onjuist

Slide 43 - Quiz

Een thermoplast is
A: een polymeer
B: wordt gebruikt in een wandcontactdoos
A
A is juist B is onjuist
B
A is juist B is juist
C
A is onjuist B is juist
D
A is onjuist B is onjuist

Slide 44 - Quiz

C12H26 wordt gekraakt in onder andere C8H16. Welke stof wordt er nog verkregen?
A
C6H10
B
C6H12
C
C4H10
D
C4H8

Slide 45 - Quiz

Wat is de naam van C4H10?
A
butaan
B
buteen
C
propaan
D
propeen

Slide 46 - Quiz