Hoe ervaren wij ons bestaan als mens? - 3.2 Mensen van kleur gezien door de witte blik

Hoe ervaren wij ons bestaan als mens?

3.2 Mensen van kleur gezien door de witte blik

Wij staan in verhouding tot de ander
-> de bestaanservaring  van mensen van kleur is gevormd door de blik van anderen
1 / 14
next
Slide 1: Slide
FilosofieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoe ervaren wij ons bestaan als mens?

3.2 Mensen van kleur gezien door de witte blik

Wij staan in verhouding tot de ander
-> de bestaanservaring  van mensen van kleur is gevormd door de blik van anderen

Slide 1 - Slide

Opmerkingen bij de tekst
Het Franse nègre verwijst direct naar het slavernijverleden (négrier betekent slavenhandelaar).

Verschil nègre en Noir  is sterker dan het Nederlandse n-woord en 'een zwart persoon'.

Noir verwijst naar een persoon die zichzelf als subject ervaart (eerstepersoonsperspectief)
Nègre verwijst naar een persoon die slechts als object bestaat (derdepersoonspectief)

Slide 2 - Slide

Opmerkingen bij de tekst
De negatieve lading van nègre wordt beter uitgedrukt met het Nederlandse n-woord dan met 'zwart', er is dus gekozen voor het n-woord door de erfgenamen van Fanon.


Erfgenamen Fanon: 

"Bepaalde woorden kunnen mensen tot het diepste van hun lichamelijke zelfervaring beschadigen. Het n-woord confronteert de lezer hiermee. 
Bespreekbaar maken is belangrijker dan de geschiedenis te verzachten."

Slide 3 - Slide

Begrippen in de tekst
Être en soi (Sartre); bestaan op zichzelf (zoals stenen en bomen)

Être pour soi (Sartre); bestaan voor zichzelf (zoals mensen zich verhouden tot zichzelf)

Ètre pour autrui (Sartre) ; zijn voor de ander

Lichaamsschema (Merleau-Ponty): de vertrouwdheid met je eigen lichaam en de waaier aan mogelijkheden ervan. 

Historisch-raciaal schema: lichaamsschema dat beïnvloed/gemaakt is door de blik van de ander op basis van het koloniale verleden (onderdrukking). 

Epidermisch-raciaal schema: verdwijnen van eigen lichaamsschema. De zwarte huidskleur reduceert de persoon tot stereotyperende kenmerken.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Vragen bij de tekst Syllabus blz. 20
Waaruit blijkt dat de mens lichamelijk in verhouding tot de ander staat?

Op welke manier wordt de bestaanservaring van zwarte mensen gevormd door de blik van de ander?
---

Zien jullie dit ook terug in onze samenleving? Beargumenteer jullie antwoord.

Zien jullie deze vorming van de bestaanservaring ook vanuit andere uiterlijke kenmerken dan huidskleur?

Slide 6 - Slide

Franz Fanon
1925-1961
Psychische effecten van kolonisatie; gevoelens van vervreemding en depersonalisatie.

Hoe hij zich als zwarte man (Noir), een object voelt waarvan de eigenschappen zijn vastgelegd door de blikken en de uitspraken van witte mensen (n-woord).

Bestaanservaring die wordt vertroebeld en overstemd door anderen.

Slide 7 - Slide

Eindterm 5
De kandidaten kunnen de opvattingen van Descartes, Sheets-Johnstone, Plessner, De Beauvoir en Fanon over de vraag naar de mens, en de verschillende manieren waarop het lichaam daarbij een rol speelt uitleggen, vergelijken, toepassen en evalueren. 
Daarbij kunnen zij de volgende standpunten betrekken:

• mensen zijn een denkend bewustzijn met een mechanisch lichaam (Descartes);
• mensen zijn een reflecterend, bewegend lichaam (Sheets-Johnstone);
• mensen staan lichamelijk in verhouding tot zichzelf (Plessner);
• mensen staan lichamelijk in verhouding tot anderen (De Beauvoir, Fanon).

Slide 8 - Slide

Eindterm 8
De kandidaten kunnen uitleggen en evalueren dat volgens De Beauvoir en Fanon mensen lichamelijk in verhouding tot anderen staan. Daarbij kunnen zij betrekken:

• een uitleg met Plessners begrip ‘medewereld’ dat mensen expressie geven aan de ervaring van hun verhouding tot andere mensen, en dat die expressie volgens de existentialisten De Beauvoir en Fanon de ervaring mede vormgeeft;
• de begrippen ‘medewereld’ en ‘lichaamsschema’;
• een uitleg van De Beauvoirs argument dat de bestaanservaring van vrouwen is gevormd door culturele opvattingen over hoe een vrouw zou moeten zijn;
• een uitleg met tekstfragment 3 van Fanons argument dat de bestaanservaring van mensen van kleur is gevormd door de blik van anderen.

Slide 9 - Slide

Être en soi - Sartre; 
bestaan op zichzelf 
(zoals stenen en bomen)

Être pour soi - Sartre; 
bestaan voor zichzelf 
(zoals mensen zich verhouden tot zichzelf)

Ètre pour autrui - Sartre; 
zijn voor de ander, in de blik van de ander
(hoe anderen jouw zien)



Slide 10 - Slide


Historisch-raciaal schema: 
lichaamsschema dat beïnvloed/gemaakt is door de blik van de ander op basis van het koloniale verleden (onderdrukking). 

Epidermisch-raciaal schema: 
verdwijnen van eigen lichaamsschema. De zwarte huidskleur reduceert de persoon tot stereotyperende kenmerken. (Epidermisch = opperhuid/buitenste laag)

Slide 11 - Slide

A: 
Clint & Lotte
Puck & Mika
Artemis

B:
Zoë & Carice & Gaby
Esmée & Julia & Hateya
Florien

C:
Loïs, Dani, Evi, Hannah, Maud, Rosalie

A: in twee- of drietallen bij elkaar gaan zitten. Straks opgave A maken.




B: in twee- of drietallen bij elkaar gaan zitten. Straks opgave B maken.



C: zelfstandig aan de slag met de eindtermen.

Slide 12 - Slide

A. Omschrijf de volgende begrippen zo volledig mogelijk:

- Ecologisch denken
- Lichaamsschema
- Utopische standplaats
-  Parlement der Dingen
- Authentiek zelf
- Interrelationeel proces

Klaar? Open opdracht 2: 

B. Beantwoord de vraag alsof het een toetsvraag is:
 







Klaar? Open opdracht 2:
timer
5:00
CE2024-I
De vraag
Opdr 2
Opdr 2

Slide 13 - Slide

A:
Zoek de begrippen op in de begrippenlijst.
- Ecologisch denken
- Lichaamsschema
- Utopische standplaats
-  Parlement der Dingen
- Authentiek zelf
- Interrelationeel proces

Let op:
- hoeveel verschilt jullie beschrijving met die van de begrippenlijst;
- neem de onvolledige begrippen op in je leerplanning;
- plan het leren van deze begrippen én de begrippen van vandaag in je agenda

B.:





Let op: 

• Jakes subjectieve ervaring van zichzelf verandert als hij zichzelf ziet als 'idioot' via de blik van de Na'vi

• Jake heeft te maken met een objectivering die een veel beperktere aard/reikwijdte/duur heeft dan de objectivering waar Fanon mee te maken had, waardoor de objectivering veel minder diep ingrijpt 
óf
• Jake heeft als opdracht om door de Na’vi geaccepteerd te worden, waardoor het oordeel van de Na’vi aansluit bij zijn eigen wens 
Openen voor het antwoord

Slide 14 - Slide