Quiz over food!

Quiz over food!
1 / 31
next
Slide 1: Slide
VoedingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Quiz over food!

Slide 1 - Slide

Wat hoort niet bij de Schijf van Vijf?
A
Groente
B
Friet
C
Fruit
D
Volkorenbrood

Slide 2 - Quiz

Hoeveel glazen water moet je gemiddeld per dag drinken?
A
2
B
4
C
6
D
8

Slide 3 - Quiz

Wat is een voorbeeld van verzadigd vet?
A
Olijfolie
B
Boter
C
Avocado
D
Noten

Slide 4 - Quiz

Wat is een gezonde keuze tussendoor?
A
Chips
B
Banaan
C
Koek
D
Frisdrank

Slide 5 - Quiz

Wat is de belangrijkste voedingsstof voor energie?
A
Eiwit
B
Vet
C
Koolhydraten
D
Water

Slide 6 - Quiz

Welke vatamine krijg je vooral binnen door zonlicht
A
Vitamine A
B
Vitamine C
C
Vitamine D
D
Vitamine K

Slide 7 - Quiz

Wat is een allergie
A
Een bacterie in je eten
B
Een overgevoelige reactie van je lichaam
C
Een gebrek aan vitamines
D
Een soort dieet

Slide 8 - Quiz

Wat is belangrijk bij het bewaren van vlees?
A
Warm bewaren
B
Donker bewaren
C
Koud bewaren
D
In de zon leggen

Slide 9 - Quiz

Welk product is rijk aan calcium
A
Brood
B
Melk
C
Banaan
D
Aardappel

Slide 10 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een plantaardige eiwitbron?
A
Kip
B
Vis
C
Linzen
D
Ei

Slide 11 - Quiz

Wat betekent voedselveiligheid?
A
Lekker eten
B
Eten zonder risico op ziek worden
C
Goedkoop eten
D
Eten zonder vet

Slide 12 - Quiz

Hoe lang kun je een gekookt ei bewaren in de koelkast?
A
1 dag
B
2 dagen
C
4 dagen
D
7 dagen

Slide 13 - Quiz

Waarvoor heb je ijzer nodig
A
Voor sterkte botten
B
Voor spiergroei
C
Voor zuurstoftransport in je bloed
D
Voor energie

Slide 14 - Quiz

Wat is een goede bron van vezels?
A
Witte rijst
B
Volkoren pasta
C
Chips
D
Frisdrank

Slide 15 - Quiz

Wat moet je doen als iemand een allergische reactie heeft
A
Water geven
B
Niets doen
C
Direct hulp inschakelen
D
Brood geven

Slide 16 - Quiz

Welke voedingstof is belangrijk voor spieropbouw
A
Vet
B
Koolhydraten
C
Suiker
D
Eiwit

Slide 17 - Quiz

Wat is een kenmerk van voedselvergiftiging?
A
Hoge koorts
B
Pijn aan je voet
C
Snel ziek na het eten
D
Allergische huiduitslag

Slide 18 - Quiz

Wat betekent ten minste houdbaar tot?
A
Je moet het direct opeten
B
Het blijft altijd goed
C
Tot die datum is het veilig, daarna niet meer gegarandeerd
D
Je kan het niet meer eten na die datum

Slide 19 - Quiz

Wat hoort bij goede hygiëne in de keuken?
A
Geen handen wassen
B
Sieraden dragen
C
Schone snijplank gebruiken
D
Rauwe kip met salade snijden

Slide 20 - Quiz

Wat doet vitamine C in je lichaam?
A
Geeft je energie
B
Helpt tegen verkoudheid en ondersteunt je weerstand
C
Maakt je moe
D
Bouwt spieren op

Slide 21 - Quiz

Eiwitten zitten alleen in dierlijke producten.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quiz

Fruit hoort bij de Schijf van Vijf.


A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quiz

Rauwe kip mag je direct naast rauwe groente snijden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quiz

Vitamine D krijg je ook binnen via vette vis.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quiz

Water helpt je lichaam om afvalstoffen af te voeren.

A
Waar
B
Niet waar

Slide 26 - Quiz

Chips zijn een gezonde snack.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 27 - Quiz

Suiker geeft je langdurige energie.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quiz

In brood zit ijzer.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 29 - Quiz

Noten zijn een goede bron van gezonde vetten.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 30 - Quiz

Je moet je handen wassen na toiletbezoek en voor het koken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 31 - Quiz