H1 Leesvaardigheid les 2 Hoofdzaken en hoofdgedachte Taalweetjes taal beweegt

Hoofdzaken en hoofdgedachte
1 / 29
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 29 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Hoofdzaken en hoofdgedachte

Slide 1 - Slide

Hoofdzaken en hoofdgedachte

Slide 2 - Slide

Lesdoel
Taalweetjes H1:
  • Aan het eind van de les heb je geleerd dat er ook Nederlands wordt gesproken buiten Nederland
  • Aan het eind van de les heb je geleerd dat er leenwoorden zijn in het Nederlands
  • Aan het eind van de les heb je geleerd dat er in België ook Nederlands wordt gesproken


Leesvaardigheid H1: Verbanden en signaalwoorden (2)
  • Aan het eind van de les heb je geleerd hoe je hoofdzaken en hoofdgedachte kunt vinden.

Slide 3 - Slide

Taalweetjes
Taal beweegt

Slide 4 - Slide

Taal beweegt
  • Taal staat nooit stil. Elk jaar komen er duizenden nieuwe woorden bij. 
  • Nieuwe woorden worden neologismen genoemd. 
  • Als een nieuw woord vaak genoeg wordt gebruikt, komt het uiteindelijk in het woordenboek terecht. 
  • Deze woorden zijn in 2017 in het woordenboek opgenomen: smombie, appnek, telefoonarts, wachtverzachter, web-only, vind-ik-niet-leuken.

Slide 5 - Slide

Taal beweegt
Wat betekenen die woorden?
  • smombie
  • appnek
  • telefoonarts
  • wachtverzachter
  • web-only
  • vind-ik-niet-leuken.

Slide 6 - Slide

Taal beweegt
  • Smombie: iemand die zo met zijn smartphone bezig is, dat hij net als een zombie niet meer op zijn omgeving let.

  • Appnek: een zere nek doordat je te lang zonder pauze voorovergebogen met je smartphone of tablet bezig bent.

Slide 7 - Slide

Taal beweegt
  • Telefoonarts: een arts die telefonisch patiënten te woord staat en inschat hoe dringend de hulpvraag is.

  • Wachtverzachter: iets wat het wachten aangenamer maakt.

Slide 8 - Slide

Taal beweegt
  • Web-only: hierbij is de toegang tot een product of dienst alleen mogelijk via een website.

  • vind-ik-niet-leuken: met een duimpje omlaag aangeven dat je een bericht op een website of op sociale media niet leuk vindt

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Woord van het jaar!
  • Elk jaar zijn er verkiezingen voor het Woord van het Jaar. 

Slide 11 - Slide

Woord van het jaar! 2023
De tien genomineerde woorden waren:
  • AI
  • barbiecore
  • bestaanszekerheid
  • crompouce
  • fatbike
  • graaiflatie
  • hittefit
  • TikTok-rijen
  • traktatiecultuur
  • x’en

Slide 12 - Slide

Woord van het jaar!
Graaiflatie
  • Graaiflatie houdt in dat productprijzen uit winstbejag worden verhoogd, meestal onder het voorwendsel dat de productiekosten zijn gestegen. 
  • Het woord is afgeleid van de woorden graaien en inflatie en is een leenvertaling van het Engelse woord greedflation. 
  • Graaien wordt vaker op vergelijkbare wijze in samenstellingen gebruikt, bijvoorbeeld in graai-economie of graaitaks.

Slide 13 - Slide

Grenzen
Herhaling

Hoofdzaken en hoofdgedachte

Slide 14 - Slide

Hoofdzaken en hoofdgedachte
Hoe vind je de hoofdzaken in een tekst: 
  • Wat belangrijk is in een tekst
  • Inleiding en slot
  • belangrijkste zin van iedere alinea
  • Tussenkopjes en anders gedrukte woorden

Rest van de alinea = uitleg of een voorbeeld

Slide 15 - Slide

Hoofdzaken en hoofdgedachte
Hoofdgedachte: 
  • Het belangrijkste van een tekst in één zin samenvatten.
  • Vraag je af: Wat is het belangrijkste wat in de tekst over het onderwerp wordt gezegd?
  • Vaak te vinden in inleiding en slot.

Bij samenvatting van een tekst, noteer je alleen de hoofdgedachte en de hoofdzaken.

Slide 16 - Slide

Hoofdzaken en hoofdgedachte
Nakijken opdracht 2

Slide 17 - Slide

Hoofdzaken en hoofdgedachte
1 alinea 1 en 2. Alinea 1 start met de sfeer waarin het interview gehouden
   wordt. In alinea 2 wordt duidelijk wat het onderwerp is en eindigt met een
   vraag waarop in de tekst antwoord volgt. Dat antwoord begint al in alinea 3.
  
2 Het verschijnen van het laatste boek van Vincent Icke.

3 C een reis in de ruimte

Slide 18 - Slide

Hoofdzaken en hoofdgedachte
4 Icke legt in zijn boek uit dat een reisje van 20 miljard jaar in principe
    mogelijk is.

5 Eigen antwoord. Bijvoorbeeld: Licht gaat sneller dan het je verplaatsen van
    A naar B.

6 C Zijn er levende wezens buiten de aarde?


Slide 19 - Slide

Hoofdzaken en hoofdgedachte
7 De schrijver vergelijkt de vraag van wetenschappers van 400 jaar geleden
    met de vraag van de Neanderthalers.

8 Dat het zoeken naar ander leven buiten de aarde van alle tijden is.

9 C Je stelt je voor hoe het leven in de ruimte eruit kan zien en denkt daar
        verder over na.

Slide 20 - Slide

Hoofdzaken en hoofdgedachte
10 Ergens heel goed in zijn. Zie ‘Wij zijn heel goed in verspilling.’ (al. 6)

11 Zorgen dat je grondstoffen opnieuw gebruikt: kringloopsamenleving.

Slide 21 - Slide

Hoofdzaken en hoofdgedachte
Nakijken opdracht 3

Slide 22 - Slide

Hoofdzaken en hoofdgedachte
1 Ze hebben waarschijnlijk een intelligentere samenleving waardoor ze geen
    sporen achterlaten. 

2 Als dat wel zo was dan zouden we slimmer met onze grondstoffen
    omgaan. ‘Een vergevorderde intelligente samenleving plundert haar
    planeet niet zoals wij dat doen’ (al. 6)
 

Slide 23 - Slide

Hoofdzaken en hoofdgedachte
3 Iemand een spiegel voorhouden

4 Ga over op een kringloopsamenleving.

Slide 24 - Slide

Huiswerk

Slide 25 - Slide

Huiswerk
opdracht 2

Slide 26 - Slide

Huiswerk
opdracht 2

Slide 27 - Slide

Huiswerk
opdracht 3

Slide 28 - Slide

Huiswerk
volgende les
Maak opdracht 4 en 5 van blz. 16 t/m 19

Slide 29 - Slide