What is LessonUp
Search
Channels
AI tools
Log in
Register
‹
Return to search
1 april H1A - much/many/a lot of
WELCOME
1 / 25
next
Slide 1:
Slide
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
This lesson contains
25 slides
, with
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
WELCOME
Slide 1 - Slide
test& versterk jezelf 1.2 gedaan
antwoorden reading nog noteren!
Slide 2 - Slide
Today's lesson
Reading
Homework - verv. opdracht
Periode 4
Grammar: much/many/a lot of
U4L4
Slide 3 - Slide
Read your book for 10 min
Slide 4 - Slide
Check homework
Hey, hey, hey, it's the US of A!
Slide 5 - Slide
Ziad, Dominique, Jafeth
Slide 6 - Slide
Periode 4
Toets luistervaardigheid (3x)
SO unit 5&6 (grammar) (2x)
Toets leesvaardigheid (3x)
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Wat betekent het?
Wanneer gebruik je welke?
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Telbaar/ontelbaar
telbaar
ontelbaar
eggs
dogs
houses
water
money
time
Slide 11 - Slide
Bevestigende zinnen
In
bevestigende
zinnen gebruik je
'a lot of'
We have a lot of books (=telbaar)
He drinks a lot of coffee (=ontelbaar)
Slide 12 - Slide
Vragende en ontkennende zinnen
Much of many
Wanneer gebruik je welke?
Slide 13 - Slide
Many
Many gebruik je bij
telbare
dingen in
vragende
en
ontkennende
zinnen
We don't have many plants in our house
(= ontkennend) -> telbaar
Do you have many friends?
(=vragend ) -> telbaar
Slide 14 - Slide
Much
Many gebruik je bij
ontelbare
dingen in
vragende
en
ontkennende
zinnen
I haven't got much time (= ontkennend ) -> ontelbaar
How much money do you need? (=vragend) -> ontelbaar
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
U4L4
Do exercise 7 on p. 153
Done? Read the blue grammar box on p. 171
Slide 17 - Slide
Few, a few, little, a little
A few
en
a little
betekenen
een paar/een beetje
Few
en
little
betekenen
weinig
Let hier dus goed op!
Slide 18 - Slide
Few / a few
Gebruik je bij
telbare
dingen (bevestigend, vragend en ontkennend)
He has
a few
coins in his pocket (=telbaar - een paar)
He has
few
coins in his pocket (=telbaar - weinig)
Slide 19 - Slide
little / a little
Gebruik je bij
ontelbare
dingen (bevestigend, vragend en ontkennend)
I've got
a little
time left (=ontelbaar - een beetje)
He has got
little
money left (=ontelbaar - weinig)
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Do exercise 8+9 on p. 153/154
Done? You can do exercise 10 on p. 154
Slide 22 - Slide
Tomorrow: study vocabulary Unit 4 lesson 2
Slide 23 - Slide
Listening exercise 7 on p. 103/104
Slide 24 - Slide
End of the lesson
Slide 25 - Slide
More lessons like this
Present Simple Q & N
June 2022
- Lesson with
38 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
2V Wider World unit 4 quantifiers & irr. verbs 56-70
June 2022
- Lesson with
16 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Much/many & possesive s
June 2022
- Lesson with
28 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Past Simple vs. Present Perfect
June 2022
- Lesson with
38 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
week 4.1: wip and uoe
August 2022
- Lesson with
21 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
week 8: conditionals/ McB act 1 and 2
August 2022
- Lesson with
29 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4
Interrogative Pronouns
June 2022
- Lesson with
17 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
1VE Some/Any + Plurals
June 2022
- Lesson with
25 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 1