Mavo 4 aanpassing planten en dieren

1 / 20

Slide 1: Slide

BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

De meeste aanpassingen van planten gaan over de hoeveelheid licht of water in het milieu en huidmondjes.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Aanpassing plant bij kou

- Wortels aan de oppervlakte

- Klein blijven

- Elkaar warm houden

- Bescherming donshaartjes

Slide 6 - Slide

Aanpassingen planten in droge omgeving

Bladeren met klein oppervlak, dikke waslaag en weinig huidmondjes.
Huidmondjes diep verzonken in de opperhuid.
Stengels en bladeren behaard.
Vetplanten slaan water op in de bladeren.
Cactussen, bevatten stekels en slaan water op in hun stengel. Ook hebben ze een groot wortelstelsel.

Slide 7 - Slide

Aanpassingen planten aan het licht

Zonplanten groeien waar veel licht is.
Schaduwplanten groeien bij weinig licht
Voorjaarsbloeiers
Grote, dunne, donker groen bladeren.
Klimplanten houden zich vast met hechtwortels of ranken.
Sommige nemen voedingsstoffen op van gastheer.
Groeien snel

Slide 8 - Slide

Aanpassing plant bij hitte

- Diepe wortels

- Kleine bladeren

- Waslaagje

- Haren of stekels tegen de zon

Slide 9 - Slide

Aanpassing plant bij kou

- Wortels aan de oppervlakte

- Klein blijven

- Elkaar warm houden

- Bescherming donshaartjes

Slide 10 - Slide

Aanpassing bij dieren

Slide 11 - Slide

Aangepast aan water

Slide 12 - Slide

Aangepast aan land

Slide 13 - Slide

Vogels

Slide 14 - Slide

Vogels

Slide 15 - Slide

Aanpassing

aan kou

- dikke vacht

- verenkleed

- dikke vetlaag

- opzetten

verenkleed

Slide 16 - Slide

Aanpassingen tegen de kou

Bouw:
Isoleren (vet, veren, haren)

Gedrag:
Winterrust
Winterslaap

Slide 17 - Slide

Aanpassingen aan een warme omgeving

Voorbeelden zijn:

1. dunne vacht

2. grote oren

3. lange poten

Het lichaamsoppervlak vergroten, zodat er zoveel mogelijk warmte weg kan.

Slide 18 - Slide

Aanpassingen tegen warmte

Bouw: groot lichaamsoppervlak

Gedrag: nachtdieren, onder de grond.

Creëren van een luchtstroom of hijgen.

Slide 19 - Slide

Aanpassing aan warmte

Aanpassing aan kou

Slide 20 - Slide