H1 Krachten Gebruiken - 1.1 Hefbomen gebruiken (deel 1)

H1 Krachten gebruiken - 1.1 Hefbomen gebruiken
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp: 
JA!
Telefoons in de telefoontas!
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

H1 Krachten gebruiken - 1.1 Hefbomen gebruiken
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp: 
JA!
Telefoons in de telefoontas!

Slide 1 - Slide

koppelen lessonup en teams
klascode lessonup:          mplbm

klascode teams:             ql1trwe
timer
5:00

Slide 2 - Slide

Wat ging hier mis?

Slide 3 - Slide

Leerdoelen 1.1 
1. Ik weet wat zwaartekracht is en hoe ik deze kan berekenen
2. ik weet hoe ik een kracht teken en maak daarbij gebruik van grootte, richting en aangrijpingspunt 
3. Ik weet wat Hefbomen zijn en weet hoe je daar mee werkt. 




Slide 4 - Slide

Wat is een kracht?
Krachten kun je niet zien -> Je kunt wel de gevolgen zien horen of voelen. 

Het Symbool van kracht is F en de eenheid van kracht is Newton  (N)

Krachten kun je meten met veerunster. 

Slide 5 - Slide

Wat is zwaartekracht

Slide 6 - Open question

De zwaartekracht is de aantrekkingskracht van de aarde op een voorwerp 

Het symbool voor zwaartekracht is Fz

Slide 7 - Slide

een kracht teken je met een pijl. 

met pijl teken je  Grootte, Richting en aangrijpingspunt van kracht

Een pijl teken je altijd op schaal.       
1cm = ..... N 

Slide 8 - Slide

een tas heeft een gewicht van 120 N. Hoe zwaar is deze tas ongeveer
A
10 kg
B
11 kg
C
12 kg
D
13 kg

Slide 9 - Quiz


Fz = 120 N en lengte van pijl is 3 cm. Welke krachtschaal is hier gebruikt. 
A
1 cm = 30 N
B
1 cm = 40 N
C
1 cm = 50 N
D
1 cm = 60 N

Slide 10 - Quiz

Zwaartekracht berekenen
voor het berekenen van zwaartekracht gebruik je de volgende formule: 

Fz = m . g 

Fz =  de zwaartekracht in newton (N) 
m = massa in kilogram (kg)
g = Gravitatieconstante en is 9,81  newton per kilogram (N/kg) 

Slide 11 - Slide

Pieter weegt 87 kg. bereken de zwaartekracht van Pieter. noteer de berekening en rond af op 1 decimaal. 
  • gevraagd:                     Fz Pieter  = ? 
  • gegevens:                    m = 87 kg  en g = 9,81 
  • eenheden:                   kloppen
  • Formule:                      Fz = m x g 
  • Berekening:                Fz = 87 x 9,81 
  • Antwoord:                   Fz = 853,5 N 

Slide 12 - Slide

de zwaartekracht van de tas is 120 N. Bereken de massa van de tas en rond af op 1 decimaal

Slide 13 - Open question

Wat is een hefboom?

Slide 14 - Open question

Hefboom
met een hefboom vergroot je 
jouw spierkracht

3 kenmerken: 
  1. draaipunt
  2.  een kort uiteinde waar werkkracht aangrijpt
  3. een lang uiteinde waar de spierkracht aangrijpt. 

Slide 15 - Slide

aan de slag
maken: 1.1 opdracht 1 t/m 7 
Noteer bij rekenvragen altijd berekening 
Tekenvragen maken in hulpwerkboek 

Slide 16 - Slide