2KB2 4 april

WELKOM
3 Kader
Welkom 2KB2

1 / 41
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

WELKOM
3 Kader
Welkom 2KB2

Slide 1 - Slide

 De les start over twee minuten !
- Mobiel in de bak
- Boek, laptop, pen en schrift op  
   tafel
- Tas van de tafel
- Eigen naam in LessonUp
- Iedereen doet mee

timer
2:00

Slide 2 - Slide

Lesdoel

  • Ik weet de betekenis van een samenstelling.

Slide 3 - Slide

Afspraken
  • Mobiel in de bak.
  • Als de docent praat, luisteren we.
  • Als we iets willen zeggen of antwoord geven, steken we onze hand op.
  • We luisteren als een medeleerling een vraag stelt.
  • We doen mee in de les.
  • We maken ons huiswerk.

Slide 4 - Slide

Programma van de les 2KB2
1 april
Programma:

  • Aanwezigheid
  • Terugblik/Huiswerk
  • Samenstellingen
Lesdoel:
Ik weet de betekenis van een samenstelling

Slide 5 - Slide

Allereerst...
Is iedereen aanwezig?

Slide 6 - Slide

Lesdoel

  • Ik weet wat de betekenis van een samenstelling is.
(Hoofdstuk 5 Woordenschat)

Slide 7 - Slide

Huiswerk e-mail van donderdag 

Maak Schrijven H5 1 t/m 2 op blz 123 voor donderdag.
Stuur de mails uit opdracht 2 naar j.blank@berechja.nl of via magister mail naar j. blank (BLJ)

Niet ingeleverd voor vanochtend 0.800 volgende week inkomen.


Slide 8 - Slide

H5 Woordenschat: samenstellingen

Slide 9 - Slide

Samenstellingen:
Sommige woorden zijn samengesteld uit twee of meer woorden. 
Het laatste woord van een samenstelling is het belangrijkst. Dat bepaalt de betekenis.

Bijvoorbeeld:
Een winterjas is een soort jas: een jas die je in de winter draagt. 
Een leesbril is een soort bril: een bril waarmee je kunt lezen.

Gebruik een woordenboek als je de betekenis niet zelf kunt bedenken. 
Soms staat een samenstelling niet in het woordenboek. Je kunt dan de losse woorden opzoeken. 
Bijvoorbeeld:
- Bij de meeste pretparken krijg je groepsreductie. 
Je kijkt dan in het woordenboek bij reductie (= korting).

Slide 10 - Slide

Huiswerk van vandaag
Maken Hoofdstuk 5 Woordenschat
Over samenstellingen
Startopdracht, opdracht 1 en opdracht 2

Slide 11 - Slide

Kopieer de link en bekijk de instructiefilm over samenstellingen:
https://player.vimeo.com/video/265189244

Slide 12 - Slide

Samenstellingen:
Sommige woorden zijn samengesteld uit twee of meer woorden. 
Het laatste woord van een samenstelling is het belangrijkst. Dat bepaalt de betekenis.

Bijvoorbeeld:
Een winterjas is een soort jas: een jas die je in de winter draagt. 
Een leesbril is een soort bril: een bril waarmee je kunt lezen.

Gebruik een woordenboek als je de betekenis niet zelf kunt bedenken. 
Soms staat een samenstelling niet in het woordenboek. Je kunt dan de losse woorden opzoeken. 
Bijvoorbeeld:
- Bij de meeste pretparken krijg je groepsreductie. 
Je kijkt dan in het woordenboek bij reductie (= korting).

Slide 13 - Slide

Kies het juiste woord:

Waarom ... jullie zoveel keuzemogelijkheden?
A
bieden
B
verdubbelen

Slide 14 - Quiz

Kies het juiste woord:

Op het nieuwe stadsplein is veel aandacht besteed aan ...
A
aantallen
B
groen

Slide 15 - Quiz

Kies het juiste woord:

Wij ... 's nachts om 4 uur op de luchthaven.
A
arriveren
B
droppen

Slide 16 - Quiz

Kies het juiste woord:

Het centraal station in Hilversum is het ....
A
dichtstbijzijnde
B
rondom

Slide 17 - Quiz

Kies het juiste woord:

De woning van oma wordt ..., omdat ze in een rolstoel zit.
A
vermeden
B
aangepast

Slide 18 - Quiz

Kies het juiste woord:
Het kan even duren, maar als het ... zomer is, kun je je korte broek weer aan.
A
eenmaal
B
waarschijnlijk

Slide 19 - Quiz

Kies het juiste woord:

Grote ... vissen zijn aangespoeld op het strand.
A
aantallen
B
droppen

Slide 20 - Quiz

Kies het juiste woord:

Om de vakantiedrukte te ...., rijdt mijn vader midden in de nacht naar Zwitserland
A
verdubbelen
B
vermijden

Slide 21 - Quiz

Kies het juiste woord:

Volgend jaar gaan wij ... op vakantie naar Italië
A
aanpassen
B
waarschijnlijk

Slide 22 - Quiz

Kies het juiste woord:

Mijn vader zal op opgehaalde bedrag aan sponsorgeld ...
A
vermijden
B
verdubbelen

Slide 23 - Quiz

Kies het juiste woord:

Het ... voor extra bagage aan boord wordt elk jaar verhoogd.
A
tarief
B
aantal

Slide 24 - Quiz

Kies het juiste woord:

"Wil jij die lege colaflessen in de schuur ... ?", vroeg mijn moeder na het feest.
A
bieden
B
droppen

Slide 25 - Quiz


A
hondenkussen
B
honden kussen

Slide 26 - Quiz


A
hondenkussen
B
honden kussen

Slide 27 - Quiz

Vul het juiste voor- of achtervoegsel in:

tussen landen = ...land
A
vol
B
loos
C
inter
D
ex

Slide 28 - Quiz

Vul het juiste voor- of achtervoegsel in:

met veel hoop = hoop...
A
vol
B
loos
C
inter
D
ex

Slide 29 - Quiz

Vul het juiste voor- of achtervoegsel in:

zonder werk = werk...
A
vol
B
loos
C
inter
D
ex

Slide 30 - Quiz

Vul het juiste voor- of achtervoegsel in:

geen collega meer = ...collega
A
vol
B
loos
C
inter
D
ex

Slide 31 - Quiz

Vul het juiste voor- of achtervoegsel in:

elke maand = maand...
A
elijks
B
on
C
non
D
her

Slide 32 - Quiz

Vul het juiste voor- of achtervoegsel in:

niet te betalen = ...betaalbaar
A
elijks
B
on
C
non
D
her

Slide 33 - Quiz

Als het mooi weer is, gaan wij deze zomer ... weer kamperen in de Ardennen
A
eenmaal
B
waarschijnlijk
C
rondom
D
dichtstbijzijnde

Slide 34 - Quiz

Ik ga ... de zomervakantie vaker met de fiets naar school.
A
eenmaal
B
groen
C
rondom
D
dichtstbijzijnde

Slide 35 - Quiz

Wie raadt het ... tienen dat ik dit jaar voor wiskunde heb gehaald?
A
eenmaal
B
groen
C
aantal
D
dichtstbijzijnde

Slide 36 - Quiz

Mijn fiets is vannacht uit de voortuin gestolen, maar gelukkig vond mijn buurvrouw hem in het ... aan de overkant.
A
eenmaal
B
groen
C
verdubbelt
D
dichtstbijzijnde

Slide 37 - Quiz

Als je ... weet hoe lekker citroenijs is, kun je er niet meer vanaf blijven!
A
eenmaal
B
tarief
C
verdubbelt
D
dichtstbijzijnde

Slide 38 - Quiz

Het ... voor de overtocht naar Texel, vind je op de website van TESO.
A
eenmaal
B
tarief
C
verdubbelt
D
dichtstbijzijnde

Slide 39 - Quiz

Huiswerk
Hoofdstuk 5 Woordenschat
Over samenstellingen 
Opdracht  8

Slide 40 - Slide

Terugblik
Hoe vond je de les gaan?
Wat heb je geleerd?

Slide 41 - Slide