wk 46 2021 2022

LES 1
timer
5:00
1 / 36
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

LES 1
timer
5:00

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Terugblik
Tekstbegrip
Enkele klassen hebben door middel van een beeldsamenvatting laten zien dat ze een tekst prima hebben begrepen. Andere klassen hebben opvallende zinnen en moeilijke woorden verklaard. 

Spelling
Je hebt geleerd wanneer je de meervouds -n schrijft (sommige/sommigen) en hebt geoefend met de spelling van samenstellingen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Tekstbegrip
  • Je leert de inhoud van een tekst vast te leggen door middel van een mindmap.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat zouden jouw ouders over jouw gamegedrag zeggen?

Slide 4 - Mind map

This item has no instructions

Mindmap (tijdens het lezen)

Lees de tekst over de Game-industrie in China. Markeer of onderstreep tijdens het lezen zinnen die de kern van de alinea aangeven. 
Maak een mindmap van deze tekst. Met alleen de mindmap zou je de tekst moeten kunnen navertellen aan iemand die de tekst niet heeft gelezen. Schrijf in het midden het onderwerp van de tekst. 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Reageren op stellingen (na het lezen)
Hieronder staan enkele stellingen. Wat vind jij? 

1. In de uren die een leerling per week stopt in gamen, kan ook al het huiswerk gemaakt worden. 
2. Gamen is slecht voor de jeugd. 
3. Het is goed dat populaire games een tijdslot krijgen. 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Spelling
  • Je weet welke onderdelen je moet leren voor de 1-toets over blok 1 t/m 3.
  • Je maakt de oefentoets.
  • volgende week 1-toets spelling blok 1 t/m 3

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wat moet je leren? 
Blok 1

  • pv tt
  • pv vt
  • vdw
  • gebiedende wijs

Zie dia 10.
Blok 2

  • 2 onderwerpen en gezegdes in een zin
  • bijvoeglijke naamwoorden (zie dia 11)
  • hoofdletters en kleine letters
Blok 3

  • meervoud zelfstandig naamwoord (zie dia 12)
  • meervouds -n (zie schema boek blok 3 spelling)

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Lesplanning
  • Neem de leerstof in de vorige dia nog een keer goed door in je boek. 
  • Maak de oefentoets (zonder aantekeningen erbij). Je hebt nu een 0-meting --> je weet nu hoe je de toets op dit moment zou maken en wat er nog verbeterd moet worden.
  • In de volgende les ga je met die onderdelen zelf oefenen. In de volgende dia's vind je nog een keer de uitleg:

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Link

This item has no instructions

Slide 11 - Link

This item has no instructions

Slide 12 - Link

This item has no instructions

LES 2
timer
5:00

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Tekstbegrip
  •  Je leert de tekst te begrijpen door je reactie meteen in de tekst te schrijven (waar je het mee eens bent of oneens).

Je gaat nu eerst kijken naar een fragment dat met het tekstonderwerp te maken heeft. 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Video

This item has no instructions

Tijdens het lezen

Lees de tekst over het dramatische leesniveau. Zet voor de kantlijn een + waar het mee eens bent, een - waar je het niet mee eens bent en een ? waar je nog over twijfelt. 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Een man met rood haar
zet streepjes in zijn gezicht
op een doek vol kleur.

Slide 17 - Slide

Lees het gedicht voor. Vraag: - Wie weet welke dichtvorm dit is? > Het is een haiku, een dichtvorm die bedacht is in Japan. - Wie kan het lettergrepenschema benoemen? - Is het een goed gedicht over dit schilderij? Waarom wel, of niet? Of gaat het misschien meer over de maker? Of over allebei?

een - man - met - rood - haar

zet - streep - jes - in - zijn - ge - zicht

op - een - doek - vol - kleur

Slide 18 - Slide

Bespreek vervolgens de opbouw van het gedicht: drie regels, met lettergrepenschema 5 - 7 - 5. Vertel dat het bij haiku's gaat het om het aantal lettergrepen, niet om het aantal woorden. Sta eventueel nog even stil bij het afbreken van woorden, en hoe iets soms anders kan klinken dan je het meestal schrijft: 'stree - pjes' vs. 'streep - jes'.
Een haiku schrijven
Een haiku bestaat dus uit: drie regels, met lettergrepenschema
5
7
5

Schrijf nu zelf een haiku bij het tekstonderwerp.

Slide 19 - Slide

Toon deze samenvatting even kort alvorens naar het volgende voorbeeld te gaan. Is de klas al bekend met haiku's, dan is dit een goed moment om afwijkende lettergrepenschema's (zie: VOORBEREIDING - differentiatie) te introduceren. Met de schrijftool onderaan de pagina kunnen de cijfers worden doorgestreept en aangepast.
Spelling
  • We bespreken de oefentoets op lastige onderdelen.
  • Je weet met welke onderdelen je nog even goed moet oefenen.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Oefenen voor de 1-toets

Je gaat 20 minuten zelfstandig oefenen voor de 1-toets. Bekijk nog een keer de dia's uit de eerste les van deze week (waar verwezen wordt naar instructiefilmpjes + uitleg).
Oefen op sites als jufmelis.nl en cambiumned.nl
Vraag je docent om uitleg als je niet uit een antwoord komt. 

De laatste 10 minuten oefenen we via LessonUp met een gedeelte van de leerstof. 
timer
20:00

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

De ramenwassers (verwachten) gisteren veel regen en zegden daarom alle afspraken af.

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Waar zouden de docenten (verwachten) dat deze leerling het jaar nu wel haalt?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Oeps, ik heb per ongeluk jouw werkstuk (deleten).

Slide 24 - Open question

This item has no instructions

Tijdens het pinnen moet je opletten dat je niet (skimmen) wordt.

Slide 25 - Open question

This item has no instructions

Hij (daten) vanmiddag met mijn buurmeisje.

Slide 26 - Open question

This item has no instructions

de te (repareren) eettafel

Slide 27 - Open question

This item has no instructions

een (printen) foto

Slide 28 - Open question

This item has no instructions

een (rotan) stoel

Slide 29 - Open question

This item has no instructions

Een (stro) hoed

Slide 30 - Open question

This item has no instructions

Wat is juist?
A
Oude Testament
B
oude testament

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Wat is juist?
A
kerstmaaltijd
B
Kerstmaaltijd

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Wat is juist?
A
Moslim
B
moslim

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Wat is juist?
A
Middeleeuwen
B
middeleeuwen

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Wat is juist?
A
24 leerlingen hebben zich opgegeven.
B
24 Leerlingen hebben zich opgegeven.

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

Wat is juist?
A
'S morgens kom ik moeilijk mijn bed uit.
B
's Morgens kom ik moeilijk mijn bed uit.
C
's morgen kom ik moeilijk mijn bed uit.
D
s' Morgens kom ik moeilijk mijn bed uit.

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions