Bijvoeglijk Naamwoord H1

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Het bijvoeglijk naamwoord

Wat is dat ook alweer in het Nederlands? 

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

Bijvoeglijk naamwoord MV

de jongens zijn groot= les garçons sont grands

de meisjes zijn groot= les filles sont grandes

M EV  V EV  M MV  VMV

                  

Bijvoeglijk naamwoord Frans

De jongen is groot= le garçon est grand

Het meisje is groot= la fille est grande

Vul aan: 1. Ik draag een blauw T-shirt.
Je porte un T-shirt .....

Vul aan: 2. Jij draagt een rode broek.
Tu portes un pantalon ....

Vul aan: 3. Hij draagt een groene pet.
Il porte une casquette ....

Vul aan: 4. Zij draagt een grijze jurk.
Elle porte une robe ....

Vul aan: 5. Ik heb vier zwarte T-shirts.
J'ai quatre t-shirts ....

Vul aan: 6. Jij hebt drie grijze jurken.
Tu as trois robes ....

https:

Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?

1. La fleur est vert
2. La fleur est verte

Wat is een
bijvoeglijk naamwoord?

1. Dat zijn namen van mensen, dieren of dingen.
2. Dat zegt iets over zelfstandige naamwoorden.
3. Dat is een werkwoord.

Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?

1. La maison est beau.
2. La maison est belles.
3. La maison est belle.
4. La maison est beaux.

Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?

1. les chats sont gris
2. les chats sont grises

Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?

1. Le lit est grand.
2. Le lit est grande.

Bijvoeglijk naamwoord: wat is juist?

1. Les filles sont petit.
2. Les filles sont petite.
3. Les filles sont petits.
4. Les filles sont petites.

Kleuren kunnen gebruikt worden als bijvoeglijke naamwoorden. Wat zijn bijvoeglijke naamwoorden?

Vorm van het bijvoeglijk naamwoord: Zet het bijvoeglijk naamwoord tussen haakjes in de juiste vorm.
J'ai un oncle _____________ [sportif]
Noteer alleen de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord