V3 - Taaldorp - Au bureau de police

1 / 36
next
Slide 1: Video
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Video

This item has no instructions

Au bureau de police
Programme
  • SO Taaldorp | 25'
  • Samen vertalen zin 1-5 Police | 10'
  • Vocabulaire & prononciation: Police | 10'
Ik begrijp wat de agent tegen mij zegt als ik aangifte wil doen van een diefstal.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Au bureau de police
Ensemble: phrases 1-5
Ik kan een eenvoudig gesprek op het politiebureau begrijpen.
timer
1:00

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Vocabulaire - Bureau de police
Connectez-vous sur









Cahier Quizlet 'Taaldorp'

Slide 4 - Slide

https://create.kahoot.it/my-library/kahoots/7b46d446-7e42-4fe6-8854-76f9b84fe99a
A3 
- Cahier taaldorp + vertaling open op 'Au bureau de police'

[Laptop blijft nog dicht]
L'ordinateur reste encore fermée.
timer
24:00

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Le plan de la classe G3
- Cahier taaldorp + vertaling 
open op 'Au bureau de police'

[Laptop blijft nog dicht]
L'ordinateur reste encore fermée.
timer
20:00

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Video

This item has no instructions

Au bureau de police
Programme
  • Conseils | 5'
  • Prononciation: Police | 10'
  • Parlez: Au bureau de police | 15'
  • Vocabulaire: Noël
Ik begrijp wat de agent tegen mij zegt als ik aangifte wil doen van een diefstal.
Lesdoelen:
  • Ik weet wat belangrijk is in de voorbereiding op taaldorp.
  • Ik heb het gesprek  'Au bureau de police' correct in mijn schrift staan.
  • Ik kan (de meeste) zinnen van 'Au bureau de police' correct uitspreken.
  • Ik ken minimaal 5 Franse woorden m.b.t. kerst.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Au bureau de police
Prononciation phrases
- Zinnen uitspreken > uitspraakregels p.3
- Laatste zinnen nog nakijken. (A3)
Ik kan een eenvoudig gesprek op het politiebureau begrijpen.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Phrases utiles
Basiszinnen (elk gesprek)
- Kunt u dat herhalen?
- Sorry, ik begrijp het niet.
- Kunt u langzamer praten?
- Bedankt en tot ziens!
 
Spellen: voornaam, achternaam, adres (camping)
- Let op letters: E, G, H, J, W

Cijfers: leeftijd, geboortedatum, bedragen, aantallen (elk gesprek)
- Cijfers 1 t/m 50 uit je hoofd
- Ken je eigen leeftijd!
- Ken je eigen geboortedatum 
- Ken je eigen huisnummer
Kloktijden (G2: à la gare / H2: au restaurant)
- À quelle heure ...... ?
- À ....... heures ..... 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Prononciation importante!
  • C'est / il est / elle est
  • Une caravane et un vélo.
  • Je voudrais / mais / aider
  • Je préfère / Je regarde
  • Je vais  / Je fais
  • répéter / vous pouvez / j'ai réservé

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Police: Lire & prononciation
Ouvrez votre cahier taaldorp à la page: 3 
* Bekijk de uitspraakregels.
* Gaan zo oefenen met de zinnen

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

timer
2:00
Parlez!
Tour 1:
- Standaard gesprek, met vertaling

Tour 2:
- Standaard gesprek, zonder vertaling


Slide 13 - Slide

This item has no instructions

9

Slide 14 - Video

This item has no instructions

00:21

Questions  "Noël en France"
Wat betekent Noël?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

00:46

Noël en France
Wat is een 'sapin' ?

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

01:10

Noël en France
Wat is "L'étoile" ?

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

01:45

Noël en France
Wat is "le réveillon" ?
A
Kerst
B
Kerstavond
C
Het diner
D
Het gerecht

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

02:07

Noël en France
Noem minimaal 2 gerechten/drankjes die tijdens 'Le réveillon' op tafel staan.

Slide 19 - Open question

This item has no instructions

02:34

Noël en France
Wat betekent 'Le Père Noël'

Slide 20 - Open question

This item has no instructions

02:49

Noël en France
Wanneer geven de Fransen cadeautjes met kerst?
A
Kerstavond
B
1e kerstdag - na het eten
C
1e kerstdag - 's ochtends
D
2e kerstdag

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

03:09

Noël en France
Wat is "Le renne" ?
A
De elf
B
De kerstman
C
Het rendier
D
De slee

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

03:39

Noël en France
Hoe wensen de Fransen elkaar een fijne kerst?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Quiz de Noël
Connectez-vous sur









Ga zitten tegenover de persoon die de vertaling heeft van het woord dat je bij de deur hebt gekregen.
Le plan de la classe
Les affaires (de spullen) sur la table:
Cahier Taaldorp, livre, cahier, ordinateur + trousse/stylo
Laptop blijft deze les dicht. (hooguit Quizlet helemaal aan het einde)

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Video

This item has no instructions

À l'hôtel & Au bureau de police
À l'hôtel: Ik kan een hotelkamer reserveren en om extra informatie vragen.
Au bureau de police: Ik kan aangifte doen van diefstal bij de politie.
  1. L'heure 'mondeling' | 5'
  2. Prononciation: À l'hôtel  | 5'
  3. Parlez: À l'hôtel | 15'
  4. Prononciation: Police | 5'
  5. Parlez: Police | 15'
Les devoirs: leren Taaldorp Au marché & Au restaurant
.
Lesdoelen:
  • Ik kan de (meeste) zinnen van 'Hôtel & Police' correct uitspreken.
  • Ik kan mijn geboortedatum in het Frans zeggen.
  • Ik kan mijn naam spellen.
  • Ik kan zeggen & begrijpen hoe laat het is.

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Planning mondeling
Donderdag 18 januari
  • 5e lesuur: A3fa1 (11.55 – 12.45 uur)
  • 6e lesuur: G3fa1 (13.15 – 14.05 uur)


1 lesuur:
- 3 gesprekjes
- Wees op tijd!
- telefoons in kluis
- smartwatch in kluis
- Geen pen/boekje/blaadje mee.

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

À l'hôtel: Lire & prononciation
Moeilijk woord?
- Schrijf voor jezelf de uitspraak fonetisch op!
Voorbeeld: voila = vwala

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Date de naissance
Ma date de naissance est le ....  
  • Jour (1 = premier)
  • Mois
  • Année
    2000 = deux-mille
    2002 = deux-mille-deux
    2003= deux-mille-trois etc. 

Exemple: 
"Ma date de naissance est le premier septembre deux-mille-deux"
timer
2:00
Les mois de l'année
  • Janvier
  • Février
  • Mars
  • Avril
  • Mai
  • Juin
  • Juillet
  • Août
  • Septembre
  • Octobre
  • Novembre
  • Décembre
Les mois de l'année

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

timer
2:00
Parlez!
Tour 1:
- Standaard gesprek buurman, met vertaling

Tour 2:
- Standaard gesprek, zonder vertaling


Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Au bureau de police: Lire & prononciation
Moeilijk woord?
- Schrijf voor jezelf de uitspraak fonetisch op!
Voorbeeld: voila = vwala

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

timer
2:00
Parlez!
Tour 1:
- Standaard gesprek buurman, met vertaling

Tour 2:
- Standaard gesprek, zonder vertaling

Tour 3:
- Variatie gesprek, zonder vertaling

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Prononciation importante!
  • C'est / il est / elle est
  • Une caravane et un vélo.
  • Je voudrais / mais / aider
  • Je préfère / Je regarde
  • Je vais  / Je fais
  • répéter / vous pouvez / j'ai réservé

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Phrases utiles
Basiszinnen (elk gesprek)
- Kunt u dat herhalen?
- Sorry, ik begrijp het niet.
- Kunt u langzamer praten?
- Bedankt en tot ziens!
 
Spellen: voornaam, achternaam, adres (camping)
- Let op letters: E, G, H, J, W

Cijfers: leeftijd, geboortedatum, bedragen, aantallen (elk gesprek)
- Cijfers 1 t/m 50 uit je hoofd
- Ken je eigen leeftijd!
- Ken je eigen geboortedatum 
- Ken je eigen huisnummer
Kloktijden (G2: à la gare / H2: au restaurant)
- À quelle heure ...... ?
- À ....... heures ..... 

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Quizlet: Taaldorp (H2)

Slide 36 - Slide

This item has no instructions