Ecologie les voor PTA

Voorbereiding PTA

Ecologie

1 / 35
next
Slide 1: Slide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Voorbereiding PTA

Ecologie

Slide 1 - Slide

In deze les
Huiswerkcontrole + kort nabespreken

Toets Ecologie
- Even oefenen per leerdoel (8 vragen)
- Mindmap




Slide 2 - Slide

Leerdoelen

Slide 3 - Slide

Huiswerk
Let op! Maken bladzijde 27 t/,m 37 in je map



Deze opdrachten overslaan
Opdracht 54, bladzijde 28
Opdracht 4, bladzijde 30
Opdracht 11/12/13, bladzijde 33
Opdracht 18/19, bladzijde 35
Opdracht 27/28, bladzijde 37









Slide 4 - Slide

Opdracht 7 en 8, bladzijde 31

Slide 5 - Slide

Opdracht 16 en 17, bladzijde 34

Slide 6 - Slide

Opdracht 20, bladzijde 35

Slide 7 - Slide

Opdracht 21 en 22, bladzijde 35

Slide 8 - Slide

opdracht 27 t/m 29, bladzijde 37

Slide 9 - Slide

In deze les
Huiswerkcontrole + kort nabespreken

Toets Ecologie 
- Even oefenen per leerdoel (8 vragen)
- Mindmap




Slide 10 - Slide

Leerdoel 1
Je kunt beschrijven wat fotosynthese is en je weet welke (energierijke) stoffen daarbij worden verbruikt en worden gevormd.

Slide 11 - Slide

fotosynthese

Sleep onderstaande onderdelen naar de juiste plaats.
Deze twee stoffen ontstaan bij de fotosynthese:
Deze twee stoffen moet een plant opnemen voor de fotosynthese:
+
+
+
Licht
Water
Koolstof-dioxide
Glucose
Zuurstof

Slide 12 - Drag question

Leerdoel 2
Je kunt beschrijven wat verbranding is en je weet welke (energierijke) stoffen daarbij worden verbruikt en worden gevormd.

Slide 13 - Slide

Welke energiearme stof heb je nodig voor verbranding?

Slide 14 - Open question

Leerdoel 3
Je kunt omschrijven wat piramiden van aantallen en van biomassa weergeven.

Slide 15 - Slide

In de afbeelding is een piramide van biomassa getekend van een voedselketen. In deze voedselketen komen de volgende organismen voor: gras - kikkers en sprinkhanen.
Welke bewering is juist?


A
Alle consumenten hebben een biomassa van 85 kg
B
De producenten hebben de grootste biomassa
C
De kikkers hebben een biomassa van 22 kg.
D
De piramide van biomassa is niet altijd een piramide

Slide 16 - Quiz

Leerdoel 4
Je kunt beschrijven op welke manieren energie uit de voedselketen verdwijnt.

Slide 17 - Slide

Op welke twee manieren verdwijnt er energie uit een voedselketen?

Slide 18 - Open question

Leerdoel 5
Je kunt de koolstofkringloop beschrijven.

Slide 19 - Slide

Wanneer is de koolstofkringloop verstoord?
A
Als er minder koolstofdioxide geproduceerd wordt dan verwerkt kan worden door de planten
B
Als er meer koolstofdioxide geproduceerd wordt dan verwerkt kan worden door de planten
C
Als er minder zuurstof geproduceerd wordt door de planten dan koolstofdioxide
D
Als er meer zuurstof geproduceerd wordt door de planten dan koolstofdioxide

Slide 20 - Quiz

Leerdoel 6
Je kunt de invloeden op organismen indelen in biotische en abiotische factoren.

Slide 21 - Slide

               Abiotisch
                Biotisch

Slide 22 - Drag question

Leerdoel 7
Je kunt uitleggen hoe dieren zijn aangepast aan hun leefomgeving.

Slide 23 - Slide

Snavels bij vogels

Deze vogel heeft een snavel om een grotere prooi te vangen.

Deze vogel kan met zijn snavel goed zaadjes open maken


Deze vogel zeeft het water op zoek naar kleine diertjes en plantjes.

Met deze snavel kan de vogel insecten uit boomschors halen.
Deze vogel kan bodemdiertjes uit de grond pikken 

Slide 24 - Drag question

Leerdoel 8
Je kunt uitleggen hoe planten zijn aangepast aan hun leefomgeving

Slide 25 - Slide

Welk huidmondje hoort bij een droge omgeving en welke huidmondje hoort bij een vochtige omgeving?
Droge omgeving
Natte Omgeving

Slide 26 - Drag question

Planten in een natte omgeving hebben (1) bladeren en een (2) wortelstelsel.

A
1 = grote 2 = klein
B
1 = dikke 2 = klein
C
1 = kleine 2 = klein
D
1 = grote 2 = groot

Slide 27 - Quiz

Mindmap

Slide 28 - Slide

Einde van de les
- Leren voor de toets: bladzijde 70 t/m 130
- Maak daarbij een mindmap!

- Oefenen kan 

Slide 29 - Slide


Een juiste voedselketen is:
A
konijn-> havik-> vos
B
gras <- konijn <- vos
C
gras -> konijn -> havik -> vos
D
vos -> havik -> konijn ->gras

Slide 30 - Quiz

In de voedselketen is aangegeven wie door wie opgegeten wordt. Wie staat er aan het eind van de voedselketen?
A
algen
B
kikker
C
vis
D
reiger

Slide 31 - Quiz

Sleep naar juiste afbeelding!
Ecosysteem
Biotisch
Abiotisch

Slide 32 - Drag question

In de afbeelding staat een voedselpiramide afgebeeld.
Is dit een piramide van biomassa of een piramide van aantallen?
A
Het is een piramide van aantallen.
B
Het is een piramide van biomassa.

Slide 33 - Quiz

Hoe gebruikt deze vogel zijn snavel tijdens het eten?
A
Hij verscheurt zijn prooi met deze snavel
B
hij kraakt met zijn snavel de noten
C
hij prikt met deze snavel in de bodem op zoek naar bodemdiertjes
D
Hij zeeft met zijn snavel diertjes uit het water

Slide 34 - Quiz

Een plant heeft kleine bladeren en weinig huidmondjes. Wat voor plant is dit?
A
Landplant in vochtig milieu
B
Landplant in een droog milieu
C
Waterplant die op het water drijft
D
Waterplant die volledig onderwater is

Slide 35 - Quiz