2A Freitag, den 27. September 2019

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Freitag, den 27. September 2019

• Willkommen
• Ziel dieser Unterrichtstunde
• Lernliste und Redemittel D
• Haben und sein: digital Üben
• Großbuchstaben (hoofdletters)
  
• Lernliste: Puzzel
• Aufgabe 10: Sätze schreiben
• Wiederholungsaufgaben
  
• Hausaufgaben
  
• Zum Schluss

Ziel dieser Unterrichtstunde:

Je kunt je voorbereiden op de repetitie

Lernliste und Redemittel D

Mijn naam is Lina.
(Vertalen in het Duits)

Ben jij Nederlander?
(vertalen in het Duits)

Ja, mijn moeder en mijn vader ook.
(vertalen in het Duits)

de moeder

1. der Mutter
2. der Muter
3. die Mutter
4. die Muter

das Lieblingsessen

1. het lievelingseten
2. het liefdeseten
3. het lieve eten

bitte sehr
(vertalen in het Nederlands)

lustig
(Vertalen in het Nederlands)

Zwitserland
(vertalen in het Duits)

Haben und sein

digitaal oefenen!!

Großbuchstaben (hoofdletters):

Wanneer een hoofdletter?

1. 2 oefeningen
2. Zelfstandig maken
3. Klaar: M Wiederholungsaufgaben S63  opdrachten 62
4. Bespreken van de 2 oefeningen

Puzzel: Lernliste

1. Afmaken van de puzzel.
2. Klaar: Maken Wiederholungsaufgaben    S63 Aufgabe 62 A, B, C en D
3. Bespreken puzzel

Aufgabe 10: Sätze schreiben

S19

1. Maak in totaal 8 zinnen.
   
2. Vier zinnen met het werkwoord sein
3. Vier zinnen met het werkwoord haben
4. Kies uit elke kolom 1 woord.
5. Denk er om dat je de juiste vorm van het werkwoord neemt.
6. Klaar: Leren Redemittel D
   
7. Bespreken van opdracht
   

Wiederholungsaufgaben

S63

1. Aufgabe 62 A, B, C en D
2. Klaar leren Redemittel D

Hausaufgaben

Dienstag, den 1. Oktober 2019

W Lernliste S66 D en D(T) +  S67 B Lesen

W werk/leerboek S15:

    I het persoonlijk voornaamwoord

    II de werkwoorden sein en haben

    III er, sie, es, Sie

    IV wer en was

W Redemittel D NL -> Duits

M Wiederholungsaufgaben S63  Aufgaben 62 A, B, C en D

Zeit übrig: Aufgabe 30 Schule

S34-36

1. Gezamenlijk lezen van de tekst
2. Zelfstandig maken vanaf 30B
3. Klaar: Leren Redemittel D, werkwoorden haben en sein, Lernliste
4. Bespreken Aufgabe 30

Zum Schluss: