5.7 Grammatica: bwb 2MH

Welkom!
Ga startklaar zitten: pak je boek, schrift en pen!


1 / 29
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 29 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom!
Ga startklaar zitten: pak je boek, schrift en pen!


Slide 1 - Slide

This item has no instructions

H 5.7 Grammatica
DOEL:
  • Je weet wat een bijwoordelijke bepaling is.
  • Je kan een bijwoordelijke bepaling herkennen..

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

H 5.7 Grammatica
Deze zinsdelen ken je al:
  • werkwoordelijk gezegde
  • onderwerp
  • lijdend voorwerp
  • meewerkend voorwerp


Voorbeeld:      Luuk heeft zijn enkel verstuikt.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

H 5.7 Grammatica
Deze zinsdelen ken je al:
  • werkwoordelijk gezegde
  • onderwerp
  • lijdend voorwerp
  • meewerkend voorwerp
NIEUW: bijwoordelijke bepaling

Voorbeeld:    Luuk heeft tijdens de wedstrijd zijn enkel verstuikt.
                           Luuk heeft zijn enkel op het voetbalveld verstuikt.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Bijwoordelijke bepaling (bwb)
Een bijwoordelijke bepaling is een zinsdeel dat extra informatie geeft.

Er zijn verschillende soorten bijwoordelijke bepalingen:
  • tijd                           (wanneer?)
  • plaats                     (waar?)
  • middel                   (waarmee?)
  • oorzaak/reden   (waarom? waardoor?)
  • hoeveelheid        (hoeveel?)
  • richting                 (waarheen?)
  • hoedanigheid    (hoe?)

Slide 5 - Slide

andere werkwoorden met vaste voorzetsels?
H 5.7: Grammatica
Een bijwoordelijke bepaling is een zinsdeel dat extra informatie geeft.

Er zijn verschillende soorten bijwoordelijke bepalingen:
  • tijd                           (wanneer?)
  • plaats                     (waar?)
  • middel                   (waarmee?)
  • oorzaak/reden   (waarom? waardoor?)
  • hoeveelheid        (hoeveel?)
  • richting                 (waarheen?)
  • hoedanigheid    (hoe?)
Voorbeeld:
Luuk heeft tijdens de wedstrijd zijn enkel verstuikt.
Luuk heeft zijn enkel op het voetbalveld verstuikt.

Slide 6 - Slide

andere werkwoorden met vaste voorzetsels?
Aanvulzinnen
Werk samen met je buur (of buren).
- Schrijf midden op het blad: Ik eet brood.
- Vul de zinnen aan. Schrijf om de beurt een zinsdeel rondom de cirkel, bijvoorbeeld in de zon of 's ochtends.
- Ga zo door tot ieder minimaal 10 zinsdelen heeft bedacht.
timer
3:00

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

H 5.7 Grammatica
Aan de slag!

1. Kijk het huiswerk na van H5.3 Lezen; opdr. 8, 9, 10 en 13 (p. 90).
2. Maak van H5.7 opdracht 1, 4 en 6 (114-116).

  • Ben je klaar? Vraag om het nakijkblad.
  • Ga verder met opdracht 11 (p. 119).

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Welkom!
Pak je boek en ga lekker lezen!
timer
15:00

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Herhalen
Vragen:
  1. Wat is een 'bijwoordelijke bepaling'? Leg in eigen woorden uit.
  2. Op welke vragen kan een bijwoordelijke bepaling antwoord geven? Geef vijf voorbeelden.
  3. Waarom benoem je eerst pv, wg, o, lv en mv en pas daarna de bijwoordelijke bepaling?
  4. Heeft elke zin een bijwoordelijke bepaling?

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

H 5.7 Grammatica
DOEL:
  • Je weet wat een bijwoordelijke bepaling is.
  • Je kan een bijwoordelijke bepaling herkennen..

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Bijwoordelijke bepaling (bwb)
Een bijwoordelijke bepaling is een zinsdeel dat extra informatie geeft.

Er zijn verschillende soorten bijwoordelijke bepalingen:
  • tijd                           (wanneer?)
  • plaats                     (waar?)
  • middel                   (waarmee?)
  • oorzaak/reden   (waarom? waardoor?)
  • hoeveelheid        (hoeveel?)
  • richting                 (waarheen?)
  • hoedanigheid    (hoe?)

Slide 13 - Slide

andere werkwoorden met vaste voorzetsels?
Bijwoordelijke bepaling
Opdracht met je buur,
blz. 117, opdracht 7.

Snel klaar? Maak opdr. 8


timer
1:00

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Nakijken opdracht 7

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
H5.7 Grammatica
1. Kijk het huiswerk na: opdracht 1, 4 en 6 (114-116).
2. Maak in stilte: opdracht 9 en 12 op blz. 118/ 119.

Klaar? Vraag om het nakijkblad!
Maak opdracht 11 op p. 119.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
Dicteewoorden:
  1.  
  2.  
  3.  
  4.  

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
Dicteewoorden:
  1.  egoïstisch
  2.  kopiëren
  3.  's ochtends
  4.  smeuïg
  5. vwo'er

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

H 5.7: Grammatica
Ga naar opdracht 8:
- Maak de opdracht direct in het boek of in je eigen schrift.
- Je werkt bij deze opdracht in tweetallen.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Lezen
timer
10:00

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Toets H4 bespreken

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Herhalen: bijwoordelijke bepaling

Slide 24 - Slide

andere werkwoorden met vaste voorzetsels?
Herhalen: bijwoordelijke bepaling
Een bijwoordelijke bepaling is een zinsdeel dat extra informatie geeft.

Er zijn verschillende soorten bijwoordelijke bepalingen:
  • tijd                           (wanneer?)
  • plaats                     (waar?)
  • middel                   (waarmee?)
  • oorzaak/reden   (waarom? waardoor?)
  • hoeveelheid        (hoeveel?)
  • richting                 (waarheen?)
  • hoedanigheid    (hoe?)
  • (rest)

Slide 25 - Slide

andere werkwoorden met vaste voorzetsels?
Herhalen: bijwoordelijke bepaling
Een bijwoordelijke bepaling is een zinsdeel dat extra informatie geeft.

Er zijn verschillende soorten bijwoordelijke bepalingen:
  • tijd                           (wanneer?)
  • plaats                     (waar?)
  • middel                   (waarmee?)
  • oorzaak/reden   (waarom? waardoor?)
  • hoeveelheid        (hoeveel?)
  • richting                 (waarheen?)
  • hoedanigheid    (hoe?)
  • (rest)
blz. 114, opdr. 1, zin a:

Heb jij op dit moment een speciaal iemand

in je leven?

Slide 26 - Slide

andere werkwoorden met vaste voorzetsels?
Herhalen: bijwoordelijke bepaling
Een bijwoordelijke bepaling is een zinsdeel dat extra informatie geeft.

Er zijn verschillende soorten bijwoordelijke bepalingen:
  • tijd                           (wanneer?)
  • plaats                     (waar?)
  • middel                   (waarmee?)
  • oorzaak/reden   (waarom? waardoor?)
  • hoeveelheid        (hoeveel?)
  • richting                 (waarheen?)
  • hoedanigheid    (hoe?)
  • (rest)
blz. 114, opdr. 1, zin b:

De meeste mensen wensen nog steeds

liefde op het eerste gezicht.

Slide 27 - Slide

andere werkwoorden met vaste voorzetsels?
Herhalen: bijwoordelijke bepaling

c) Volgens het blad Quest kun je verliefdheid ook 'afdwingen'.

d) Werk met een onbekend iemand een vragenlijst van 36 vragen af.

e) Daarna kijk je vier minuten lang heel intens naar elkaar.

f) Veel proefpersonen voelden na afloop vlinders in hun buik.

Slide 28 - Slide

andere werkwoorden met vaste voorzetsels?
blz. 117, opdracht 7

Slide 29 - Slide

This item has no instructions