Herhalen thema 3 ordening

Ordening

1 / 41
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Ordening

Slide 1 - Slide

Waar ging het hoofdstuk ordening ook al weer over?

Slide 2 - Open question

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Hoe heten de 2 hoofdgroepen ook al weer?

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Slide

Wat waren de 7 rijken ook al weer?

Slide 7 - Open question

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

nu wat vragen

Slide 20 - Slide

Welke symmetrie heeft een kikker?
A
Tweezijdig
B
Veelzijdig
C
Niet symmetrisch

Slide 21 - Quiz

Wat voor skelet heeft dit dier?
A
geen skelet
B
inwendig skelet
C
uitwendig skelet

Slide 22 - Quiz

Wat voor symmetrie?
A
Tweezijdig symmetrisch
B
Niet symmetrisch
C
Veelzijdig symmetrisch
D
Geen van allen

Slide 23 - Quiz

Dit dier
is GEWERVELD
A
Klopt
B
Klopt niet

Slide 24 - Quiz

Alle gewervelden zijn/hebben
A
Uitwendig skelet en tweezijdig symmetrisch
B
Inwendig skelet en tweezijdig symmetrisch
C
Uitwendig skelet en veelzijdig symmetrisch
D
Inwendig skelet en veelzijdig symmetrisch

Slide 25 - Quiz

Een zeeanemoon behoort tot de neteldieren. Op grond van welke kenmerken behoort een zeeanemoon tot de neteldieren?

A
Het dier is niet symmetrisch en heeft een inwendig skelet.
B
Het dier is tweezijdig symmetrisch en heeft een uitwendig skelet.
C
Het dier heeft een geen skelet en is veelzijdig symmetrisch.
D
Het dier heeft een inwendig skelet en is tweezijdig symmetrisch.

Slide 26 - Quiz

Je ziet hier een plaatje van een bacterie.
Welk onderdeel heeft de bacterie niet?
A
Celwand
B
Celkern
C
Bladgroenkorrels
D
Celmembraan

Slide 27 - Quiz

Neteldieren
A
Symmetrisch met skelet
B
Symmetrisch zonder skelet
C
Asymmetrisch met skelet
D
Asymmetrisch zonder skelet

Slide 28 - Quiz

Wat waren de 6 belangrijkste stammen van het dierenrijk?

Slide 29 - Open question

Schimmels
Meercellig: 
  • Bestaat uit schimmeldraden
  • Voortplanting door sporen, uit een paddenstoel of aan het uiteinde van een schimmeldraad.


Slide 30 - Slide

Schimmel
Celkenmerken
Schimmels hebben een celkern. 
Ze hebben ook een celwand. 
Ze hebben geen bladgroenkorrels. 

Ze bestaan uit lange, dunne draden die je schimmeldraden noemt.  

Als er schimmel op je boterham zit, zie je die schimmeldraden als 'pluisjes'

Slide 31 - Slide

Rijk: Bacteriën
  • Prokaryoten = bacteriën.
  • Eencelligen, geen celkern.
  • Vormen:
     - Kokken: rond bolvormig.
     - Bacillen: langwerpig staafvormig.
  • Microscoop: 1000X vergroting
  • Voortplanting d.m.v. celdeling. 

Slide 32 - Slide

Nuttig en schadelijk
Bacteriën komen overal voor.
Natuur --> opruimen resten organismen
Voedsel --> (dode) resten organismen --> bacteriën --> bederf

Ontstekingen  worden veroorzaakt door bacteriën.
Antibiotica zijn medicijnen voor ontstekingen --> celwanden bacteriën

Slide 33 - Slide

nu wat vragen

Slide 34 - Slide

Op de huid bevinden zich niet ziekmakende bacteriën
Stelling: De functie van deze bacteriën is het beschermen tegen ziekmakende bacteriën
A
De stelling is correct
B
De stelling is niet correct

Slide 35 - Quiz

Sporen bij deze schimmel worden
gevormd aan het uiteinde van de
schimmeldraden
A
Penseelschimmels
B
Vliegenzwam
C
Gisten
D
Aardappelbovist

Slide 36 - Quiz

Bacteriën hebben...
A
wel een celwand geen celkern wel bladgroenkorrels
B
wel een celwand wel een celkern geen bladgroenkorrels
C
geen celwand geen celkern wel bladgroenkorrels
D
wel een celwand geen celkern geen bladgroenkorrels

Slide 37 - Quiz

Met welke organismen wordt yoghurt gemaakt?
A
bacterien
B
schimmels

Slide 38 - Quiz


Gebruik de tekst hiernaast

1) Tanja bekijkt door een microscoop een stukje wortel van een plant die ziek is door zo’n schimmel. Ze ziet wortelcellen en schimmelcellen.
Heeft een wortelcel een celwand? En heeft een schimmelcel een celwand?
A
Geen van beide cellen heeft een celwand.
B
Alleen een wortelcel heeft een celwand.
C
Alleen een schimmelcel heeft een celwand.
D
Zowel een wortelcel als een schimmelcel heeft een celwand.

Slide 39 - Quiz

Bij voedselproductie van bier wordt gebruik gemaakt van:
A
Bacteriën
B
Schimmels

Slide 40 - Quiz

Rest van de les
Voorbereiden voor de toets.
Kies uit: tekst lezen, tekst samenvatten, begrippenlijst maken, HW nakijken, oefenen met flitskaarten of Test Jezelf

Slide 41 - Slide