4.2 Kernstraling - Herhalen

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Herhalen toets

Hoofdstuk 4

Planning

Kennen/kunnen lijst

Spullen toets

Herhalen en oefenen

Waaruit bestaat de atoomkern?

Waaruit bestaat de elektronenwolk?

De samenstelling van een atoom

De kern van een atoom:

• Protonen
• neutronen

Elektronenwolk

• Elektronen
  

Atomen

Protonen zijn positief

Elektronen zijn negatief.

Atomen als geheel zijn ongeladen, want het aantal protonen is precies gelijk aan het aantal elektronen. 

Protonen = elektronen 

Je hebt altijd evenveel protonen als elektronen!!

Een atoom heeft 8 protonen. Hoeveel elektronen heeft dit atoom?

Een atoom heeft 26 elektronen. Hoeveel protonen heeft dit atoom?

Hoeveel protonen en elektronen heeft zilver?

Hoeveel protonen en elektronen heeft zilver?

Stap 1:   Zoek in Binas het atoomnummer op. 

Stap 2:   Atoomnummer = aantal elektronen = aantal protonen

Stap 3:   Atoomnummer = 47, dus aantal protonen = 47, dus aantal           elektronen = 47

Hoeveel protonen en elektronen heeft fosfor?

Hoeveel protonen en elektronen heeft zilver?

Stap 1:   Zoek in Binas het atoomnummer op. 

Stap 2:   Atoomnummer = aantal elektronen = aantal protonen

Stap 3:   Atoomnummer = 15 , dus aantal protonen = 15, dus aantal           elektronen = 15

Isotopen

Je hebt stoffen met hetzelfde atoomnummer, maar een verschillend aantal neutronen (Binas tabel 32)

Atomen met hetzelfde aantal protonen, maar met een verschillend aantal neutronen heten isotopen. 

Massagetal

Het massagetal is het totaal aantal deeltjes in de atoomkern. 

protonen + neutronen

Massagetal

Het massagetal is het totaal aantal deeltjes in de atoomkern. 

Massagetal = protonen + neutronen

Binas tabel 32

Wat is het massagetal van zuurstof?

Neutronen

Massagetal = protonen + neutronen

Massagetal zoek je op in binas

Protonen vind je ook in binas (atoomnummer)

Neutronen = massagetal - protonen

Hoeveel neutronen heeft zuurstof?

Neutronen

Stap 1: Zoek het massagetal op

Stap 2: Zoek het atoomnummer op

Stap 3: invullen         Neutronen = massagetal - protonen

Stap 4: berekenen