argumentatie en drogredenering

Nederlands, FL
Argumentatie - drogredenen - (betoog)

2 oktober 2023
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1,2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Nederlands, FL
Argumentatie - drogredenen - (betoog)

2 oktober 2023

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Programma
Jens en Marit > licentie activeren en de referentietoets maken
Doelen van de les
Terugblik vorige week
Drogredenen
Argumentatie en betoog
Klas 1 > meedoen/luisteren met klas 2 (argumenteren en betoog)
opdracht in tweetallen (Arjen Lubach)
Aan de slag

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
  • Je  herkent verschillende drogredenen
  • je kunt goede argumenten onderscheiden van zwakke argumenten (drogredenen)

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

welke twee soorten standpunten weet je nog?

Slide 4 - Mind map

This item has no instructions

2 belangrijke soorten standpunten
1. Feitelijke standpunt (mededelend) > feit op waarheid controleerbaar
2. Waarderend standpunt (oordelen) > ben je het ermee eens of niet

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Drogredenen
Een standpunt onderbouw je met argumenten

Bij een drogredenering klopt er iets niet aan het gebruikte argument

Slide 6 - Slide

Als je jouw mening of standpunt wil onderbouwen met een argument, dan is het belangrijk dat je een kloppend en sterk argument gebruikt om de ander te overtuigen. Een drogreden is geen sterk argument, want bij een drogreden klopt er iets niet in de argumentatie. Op het eerste gezicht lijkt er misschien weinig mis te zijn met deze argumenten, maar als je er wat beter naar kijkt en er eens goed over nadenkt, zal je zien dat de argumentatie niet deugt.
De onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
Er wordt gedaan alsof er een verband is tussen de oorzaak en het gevolg van iets, terwijl dit verband niet bestaat of niet bewezen is. 

Voorbeeld:
Sinds het verboden is om te appen op te fiets, zijn er minder dodelijke verkeersongevallen geweest. Appen op de fiets zorgt dus voor veel doden.


Slide 7 - Slide

Het kan ook toeval zijn dat er minder dodelijke verkeersongevallen zijn geweest. Het is niet bewezen dat appen op de fiets zorgt voor veel doden, dus dit is geen sterk argument.
De overhaaste generalisatie
Er wordt uit een enkel geval of een enkele situatie een conclusie getrokken die voor alle gevallen geldt. 

Voorbeeld:

 
Mijn oma dronk elke dag 3 glazen cola en zij is 92 jaar oud geworden. Het drinken van cola is dus gezond.

Slide 8 - Slide

Het feit dat één persoon toevallig cola dronk en oud werd, is geen bewijs om te kunnen zeggen dat cola gezond is. Misschien zou deze persoon wel 100 zijn geworden als ze geen cola had gedronken.
De cirkelredenering
Er wordt eigenlijk helemaal geen argument gegeven, maar het standpunt wordt in andere woorden herhaald. In een cirkelredenering wordt dus geen nieuwe informatie gegeven. 

Voorbeeld:
  
Ik ben de baas, omdat ik het hier voor het zeggen heb

Slide 9 - Slide

In dit voorbeeld wordt er twee keer hetzelfde gezegd. Je kunt de cirkelredenering omdraaien:  De vraag blijft: waaróm is deze persoon de baas? Er is dus geen onderbouwing van het standpunt, wat het een zwakke argumentatie maakt.
De persoonlijke aanval
De persoon (de ‘tegenstander’) wordt aangevallen en niet zijn of haar argumenten. 

Voorbeeld:

 
Jij weet helemaal niks over gezond en gevarieerd eten, je bent zelf veel te zwaar!

Slide 10 - Slide

Door iemand persoonlijk aan te vallen, trek je zijn of haar geloofwaardigheid in twijfel, terwijl hier geen reden voor is. Iemand die te zwaar is kan best veel weten over gezond en gevarieerd eten. Er wordt hier op de man gespeeld in plaats van op de bal.
Het bespelen van het publiek
Er wordt iets beweerd waar je als publiek niet snel tegenin durft te gaan. 

Voorbeeld:

U bent natuurlijk allemaal slim genoeg om mijn standpunt te begrijpen.



Slide 11 - Slide

Hier zal je niet snel tegenin durven gaan, omdat je dan indirect zegt dat jij niet slim bent. Toch is het juist wél slim om te vragen naar een onderbouwing van het standpunt, omdat deze ontbreekt.
Een onjuist beroep op een autoriteit
Er wordt een bekend persoon aangehaald om het standpunt mee te onderbouwen, maar deze persoon heeft weinig te maken met de zaak. 

Voorbeeld:

 
De economie is alleen nog te redden als de Nederlandse staat eigenaar wordt van alle banken. Gordon zei dit gisteren nog op tv!


Slide 12 - Slide

Het feit dat Gordon dit heeft gezegd op tv, wil niet zeggen dat het dan ook waar is. Gordon is immers een zanger en geen econoom.

Slide 13 - Video

This item has no instructions

Het slikken van extra vitamine heeft geen enkele zin ....
Mijn moeder is dierenartsassistente en zij zegt dat het slikken van extra vitamine niet zinvol is.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Welke drogredenering?
A
cirkelredenering
B
generalisatie
C
onjuist beroep op autoriteit
D
persoonlijke aanval

Slide 15 - Quiz

Moeder is dierenartsassisent, ze heeft verstand van dieren, maar dat betekent niet dat ze ook weet of vitamines slikken wel of niet goed is voor mensen
Anne zal wel een goed resultaat halen, 


want alle andere studenten uit deze klas hebben ook een voldoende behaald.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Welke drogredenering?
A
cirkelredenering
B
generalisatie
C
onjuist beroep op autoriteit
D
persoonlijke aanval

Slide 17 - Quiz

Uit het feit dat 1 leerling uit de klas een goed resultaat behaalt, zegt niets over de rest van de klas
Ik vind vrijheid van meningsuiting belangrijk,

omdat iedereen moet kunnen zeggen wat hij denkt.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Welke drogredenering?
A
cirkelredenering
B
generalisatie
C
onjuist beroep op autoriteit
D
persoonlijke aanval

Slide 19 - Quiz

Hiermee zeg je twee keer hetzelfde, maar op een andere manier. Geen argument
Opdracht
Je krijgt zo een aflevering te zien van 'En nou is het afgelopen' van Arjen Lubach. Noteer de argumenten die je hoort omtrent het afschaffen van de mobiele telefoons op school. Welke argumenten zijn sterk en waarom? Herken je drogredenen? 

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Video

This item has no instructions

In tweetallen
Vergelijk welke argumenten je hebt opgeschreven en kijk daarna samen nogmaals het filmpje. Maak samen een schema van de argumenten en noteer daarbij of ze sterk of zwak zijn en daarachter de redenen. Herken je drogredenen, noteer dan duidelijk welke. 
Lever jullie document samen in via Teams. 

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Vooruitblik en huiswerk
Huiswerk klas 1: lezen theorie schrijven 1.1 (voorbereiden) + maken opdrachten 1 t/m 3
Huiswerk klas 2:  lezen theorie betoog (schrijven 2.6) en kies een onderwerp voor een betoog
Volgende week: 
klas 1 > schrijven 1.2, uitvoeren
klas 2 > uitleg betoog

Slide 23 - Slide

This item has no instructions