3K_Thema 6 Ecologie| bs. 3 Kringlopen

Hallo, Fijn dat jullie er zijn :)
Pak je boeken/laptop erbij
Doe je jas uit
Doe je telefoon in je tas
Wacht tot de les begint 
Steek je vinger op als je wat wil zeggen/vragen
Luister naar elkaar, want je hebt respect voor elkaar



1 / 10
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Hallo, Fijn dat jullie er zijn :)
Pak je boeken/laptop erbij
Doe je jas uit
Doe je telefoon in je tas
Wacht tot de les begint 
Steek je vinger op als je wat wil zeggen/vragen
Luister naar elkaar, want je hebt respect voor elkaar



Slide 1 - Slide

Welke voedselketen is goed genoteerd?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 2 - Quiz

waarmee begint een voedselketen altijd?
A
Reducent
B
Producent
C
Consument
D
Een dier

Slide 3 - Quiz

Thema 6: Ecologie
Basisstof 3: Kringlopen

Slide 4 - Slide

Bs. 3 Kringlopen

Slide 5 - Slide

Producenten
Reducenten
Consumenten
Afvaleters
Mineralen

Slide 6 - Drag question

0

Slide 7 - Video

Kringloop van koolstof

Slide 8 - Slide

In de lucht komt koolstof voor in de vorm van koolstofdioxide.
Planten (producenten) slaan koolstof op in de vorm van glucose.
Een deel van de energierijke stoffen wordt als brandstof gebruikt bij de verbranding. Hierbij ontstaat koolstofdioxide die aan de lucht wordt afgegeven.
Koolstofdioxide uit de lucht wordt met behulp van fotosynthese omgezet in glucose.
Bij planten vindt ook verbranding plaats. Een deel van de door de fotosynthese gemaakte glucose wordt bij verbanding weer verbruikt. 
Hierbij onstaat weer koolstofdioxide in de lucht. 
Bij de verbanding van de energierijke stoffen ontstaat weer koolstofdioxide in de lucht.
Als een plant wordt gegeten door een dier, komen de energierijke stoffen (koolhydraten, eiwitten en vetten) van de plant in het dier terecht.
Glucose wordt opgeslage in een plantaardige energierijke stoffen:
Koolhydraten, vetten en eiwitten.
Planten kunnen doodgaan. De stoffen in dode resten worden opgenomen door reducenten.
Een deel van plantaardige energierijke stoffen wordt in het dier gebruikt voor de verbranding.

Een ander deel wordt gebruikt als bouwstoffen. De plantaardige energierijke stoffen worden omgezet in dierlijke energierijke stoffen.

Dierlijke energierijke stoffen zijn: koolhydraten, vetten en eiwitten.
Een deel van van de plantaardige stoffen worden niet verteerd in een dier. Deze komen via de uitwerpselen weer buiten. Het dier kan ook sterven. De stoffen in de dode resten en in de uitwerpselen van dieren worden door reducenten opgenomen.
Schimmels en bacteriën (reducenten) gebruiken het grootste deel van de opgenomen energierijke stoffen als brandstof voor de verbranding. 
koolstofkringloop (druk op '+' voor uitleg)

Slide 9 - Slide

Aan de slag 
Lees en maak 6.3 Koolstofkringloop
opdracht 1,2,3,5,6,7

Slide 10 - Slide