Voltooide Tijd - woensdag 2 november 2022

Wat weet je van.....
de voltooide tijd?
1 / 44
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Wat weet je van.....
de voltooide tijd?

Slide 1 - Slide

Voltooide Tijd
* In het verleden
* Het is klaar, afgelopen

* Twee werkwoorden:
1. hebben + voltooid deelwoord
2. zijn + voltooid deelwoord

Slide 2 - Slide

Voltooid Deelwoord
Regelmatig:          ge___(stam)___d/t  

Onregelmatig:           ge__(stam) ___en

Slide 3 - Slide

Regelmatige werkwoorden
volgen een regel:

werkwoord:       fietsen
de stam:              ?

Slide 4 - Slide

Regelmatige werkwoorden
volgen een regel:

werkwoord:       fietsen
de stam:              fiets

Slide 5 - Slide

Regelmatige werkwoorden
volgen een regel:

werkwoord:       fietsen
de stam:              fiets
ge + stam:           ?
              

Slide 6 - Slide

Regelmatige werkwoorden
volgen een regel:

werkwoord:       fietsen
de stam:              fiets
ge + stam:         gefiets
                

Slide 7 - Slide

Regelmatige werkwoorden
volgen een regel:

werkwoord:       fietsen
de stam:              fiets
ge + stam:         gefiets
+ d / t:                    ?

Slide 8 - Slide

Regelmatige werkwoorden
volgen een regel:

werkwoord:       fietsen
de stam:              fiets
ge + stam:         gefiets
+ d / t:                 gefietst

Slide 9 - Slide

NOG EEN WERKWOORD
werkwoord:         wonen
stam:                      ?

Slide 10 - Slide

NOG EEN WERKWOORD
werkwoord:         wonen
stam:                      woon


Slide 11 - Slide

NOG EEN WERKWOORD
werkwoord:         wonen
stam:                      woon
ge + stam:             ?


Slide 12 - Slide

NOG EEN WERKWOORD
werkwoord:         wonen
stam:                      woon
ge + stam:           gewoon

Slide 13 - Slide

NOG EEN WERKWOORD
werkwoord:         wonen
stam:                     woon
ge + stam:           gewoon
+ d / t:  

Slide 14 - Slide

NOG EEN WERKWOORD
werkwoord:         wonen
stam:                     woon
ge + stam:          gewoon
+ d / t :                gewoond

Slide 15 - Slide

Vraag:
wanneer gebruik je _d? (gewoond)
wanneer gebruik je -t? (gewerkt)

Slide 16 - Slide

Kijk naar de laatste letter van de stam :
Zit de letter in SOFTKETCHUP X ?

Dan voeg je -t toe.

Zit de letter niet in SOFTKETCHUP X ?

Dan voeg je -d toe.

Slide 17 - Slide

-t

Slide 18 - Slide

Geef de stam en het voltooid deelwoord van: Pakken

Slide 19 - Open question

Geef de stam en het voltooid deelwoord van: Schilderen

Slide 20 - Open question

Geef de stam en het voltooid deelwoord van: Hopen

Slide 21 - Open question

Geef de stam en het voltooid deelwoord van: Tekenen

Slide 22 - Open question

Geef de stam en het voltooid deelwoord van: Leven

Slide 23 - Open question

Geef de stam en het voltooid deelwoord van: Reizen

Slide 24 - Open question

Geef de stam en het voltooid deelwoord van: Wandelen

Slide 25 - Open question

Geef de stam en het voltooid deelwoord van: Maken

Slide 26 - Open question

Werkwoorden met een prefix
krijgen geen ge-

gebruiken
verhuizen
bestellen
herkennen
ontdekken

Slide 27 - Slide

Werkwoorden met een prefix
krijgen geen ge-

gebruiken      >     gebruikt
verhuizen      >     verhuisd
bestellen       >     besteld
herkennen    >     herkend
ontdekken    >     ontdekt

Slide 28 - Slide

Nu zinnen maken!
Wat hebben we nodig?
Twee hulpwerkwoorden.

* Hebben
* Zijn

Slide 29 - Slide

De volgorde in de zin
Ik heb mijn huiswerk gemaakt.
Zij heeft haar moeder gebeld.
We hebben een portret geschilderd.

Ik ben naar school gefietst.
Hij is op vakantie geweest.
Ze zijn te laat naar school gegaan.

Slide 30 - Slide

De volgorde:
- onderwerp (subject)
- persoonsvorm (hebben/zijn)
- rest van de zin
- voltooid deelwoord

Slide 31 - Slide

Zet in de voltooide tijd:
Alessandro maakt muziek.

Slide 32 - Open question

Zet in de voltooide tijd:
Casper zegt geen woord.

Slide 33 - Open question

Zet in de voltooide tijd:
Maria tekent een mooi portret.

Slide 34 - Open question

Zet in de voltooide tijd:
Stef luistert stil naar de juf.

Slide 35 - Open question

Zet in de voltooide tijd: Samuel gaat na school direct naar huis.

Slide 36 - Open question

Zet in de voltooide tijd:
Vildan en Rihab stoppen met kletsen.

Slide 37 - Open question

Zet in de voltooide tijd:
Het regent de hele dag.

Slide 38 - Open question

Zet in de voltooide tijd:
Louise verhuist naar Amerika.

Slide 39 - Open question

Zet in de voltooide tijd: Samantha en Sofia gaan op de fiets naar de markt.

Slide 40 - Open question

Zet in de voltooide tijd:
Kees komt op tijd naar de les.

Slide 41 - Open question

Zet in de voltooide tijd:
Melvin studeert in Canada

Slide 42 - Open question

Zet in de voltooide tijd:
Ik stop met roken.

Slide 43 - Open question

Slide 44 - Slide