week 11 (past simple vs present perfect,making reservations) (speaking 9.4)

Tuesday 20 April
Week 11, Speaking; making reservations
Past simple vs present perfect
* wanneer gebruik je welke vorm?
* hoe maak je deze vorm?
1 / 14
next
Slide 1: Slide
EngelsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Tuesday 20 April
Week 11, Speaking; making reservations
Past simple vs present perfect
* wanneer gebruik je welke vorm?
* hoe maak je deze vorm?

Slide 1 - Slide

Tuesday 20 April
 Speaking; making reservations

Slide 2 - Slide

Cutlery
Maintenance
To file
Rug
Additional
Wardrobe
Bestek
Onderhoud
Indienen
Vloerkleed
Extra
Kledingkast

Slide 3 - Drag question

Tuesday 20 April
Ik wil graag een tweepersoonskamer reserveren. 
Ik wil graag een klacht indienen. 
Ik wil mijn reservering wijzigen. 

Slide 4 - Slide

example sentences

Slide 5 - Slide

Get your books and look at the irreg verbs

Slide 6 - Slide

De werkwoorden in blauw zijn onregelmatig. Hieraan zie je hoe vaak die gebruikt worden. Het is daarom belangrijk dat je de meest voorkomende goed kent. 

Slide 7 - Slide

* ervaringen tot nu toe.
* in het verleden gestart en duurt nog voort.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Last year I _______ my friend in Paris.
Stel jeezelf de vraag: is het een afgronde handeling die je makkelijk in een agenda kunt plaatsen (2e rijtje), of een handeling die in het verleden is begonnen en waarvan de gevolgen nu nog merkbaar zijn (3e rijtje + have/has). Zie ook grammar 30, blz 227, book B). 
A
visited
B
have visited

Slide 10 - Quiz

My colleague ______ all invoices. Now they're ready to be paid.
A
checked
B
has checked

Slide 11 - Quiz

He ____ smoking after he had an accident.
A
quit
B
has quit

Slide 12 - Quiz

What ______ you ______ for me lately?
A
did ... do
B
have .... done

Slide 13 - Quiz

I _____ not _____ any books recently.
A
did .... read
B
have ..... read

Slide 14 - Quiz