Maatschappijleer - 2.3 Rolpatronen

Maatschappijleer
Jongeren
2.3 Rolpatronen
1 / 16
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Maatschappijleer
Jongeren
2.3 Rolpatronen

Slide 1 - Slide

Alle regels en gewoonten die je leert van je ouders, je leraren, je vrienden en de media, noem je...
A
Gedrag
B
Waarden
C
Normen
D
Socialisatie

Slide 2 - Quiz

Socialisatie: van wie leren we?
  • In het gezin
  • School
  • Vrienden
  • Sportclub
  • Werk
  • Media
  • Geloof
  • Overheid

Slide 3 - Slide

Rolpatroon
Iedereen heeft verschillende rollen. Op school gedraag je je anders dan thuis, en bij je vrienden of bij je bijbaantje gedraag je je ook weer anders.

 
Rolpatroon = hoe iemand zich volgens anderen moet gedragen. 

Een serveerster moet bijvoorbeeld vriendelijk zijn tegen klanten, ook al heeft ze een rotbui.


Slide 4 - Slide

Wat zou het rolpatroon van een docent moeten zijn volgens jou?

Slide 5 - Open question

Rollen doorbreken
Wanneer je je gedraagt volgens een rolpatroon, dan vertoon je rolbevestigend gedrag.

Roldoorbrekend gedrag = Gedrag dat je niet direct bij iemands rol verwacht.



 

Slide 6 - Slide

Kun je een voorbeeld geven van roldoorbrekend gedrag?

Slide 7 - Open question

Rolbevestigend?

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Gendernormen
De normen die bij een man of vrouw horen noemen we gendernormen.

Soms is dat niet fijn omdat je bijvoorbeeld als meisje ook graag gaat skaten en sommige jongens liever naar ballet gaan.

Slide 10 - Slide

Gendernormen
Sinds de jaren ‘60 zijn gendernormen aan het veranderen:
Het verschil tussen typische jongens- en meisjesdingen verandert.

Genderneutraal = Als er helemaal geen onderscheid meer gemaakt wordt tussen vrouwen en mannen.

Slide 11 - Slide

Transgender
Als iemand bijvoorbeeld een meisje is, maar zich vanbinnen meer als jongen voelt, dan spreken we over transgender.
 Omdat daar soms raar over wordt gedacht, kan dat voor deze persoon soms heel moeilijk zijn.

Slide 12 - Slide

Genderneutraal
Omdat niet iedereen in het hokje van ‘man’ of 'vrouw' past, wordt daar steeds meer aan gedacht. We noemen dit genderneutraal.

 
Denk bijvoorbeeld aan de trein waarin reizigers niet meer met ‘Geachte heer of mevrouw’, maar met ‘Beste reiziger’, wordt aangesproken.

Slide 13 - Slide

0

Slide 14 - Video

Zelfstandig lezen
Bladzijde 36

Slide 15 - Slide

Opdrachten maken
2.3 Rolpatronen
Vraag 1, 2, 4, 5 en samenvatting
Bladzijde 37 en 38

Slide 16 - Slide