21-22 / Par. 4.1 en 4.2

Goederenstroom en voorraadbeheer
Klas 1hvsb
Schooljaar 2021-2022
Opleiding Verkoopspecialist
Docent: mevrouw Jansen
1 / 47
next
Slide 1: Slide
RetailMBOStudiejaar 1

This lesson contains 47 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Goederenstroom en voorraadbeheer
Klas 1hvsb
Schooljaar 2021-2022
Opleiding Verkoopspecialist
Docent: mevrouw Jansen

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Inhoud les
  • Uitleg par. 4.1  Soorten voorraad en voorraadniveaus
  • Uitleg par. 4.2  Voorraad inventariseren
  • Aan de slag

Slide 4 - Slide

Lesdoelen:
  • Je leert welke soorten voorraad er zijn en
      wat de hoofdfunctie van voorraad is.
  • Je leert welke begrippen er te maken
      hebben met het voorraadniveau (hoogte
       van de voorraad).
  • Je leert hoe je de economische voorraad
      uit moet rekenen.
  • Je leert wat voorraad inventariseren is.
  • Je leert de stappen van het
      inventarisatieplan.


Slide 5 - Slide

Inleiding H4
  • Het is voor een winkelier belangrijk om te weten hoe groot zijn voorraad is.
  • Voorraad neemt veel ruimte in.
  • Maar een winkelier wil ook geen ‘nee’ verkopen aan zijn/haar klanten.
  • Teleurstellingen zoals ‘nee’ verkoop kun je voorkomen door goed voorraadbeheer.
  • Door bijvoorbeeld inzicht te hebben in je voorraadkosten.
  • We gaan hierover een filmpje bekijken.


Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Hoofdfunctie voorraad: waarom houd je voorraad aan?
  • Geen nee-verkoop
  • Schommelingen in de vraag opvangen

Slide 8 - Slide

Soorten voorraad
  • De soorten voorraad geven aan waarom je van een product
     (extra) voorraad aanhoudt.
  • Welke soorten voorraad ken je?

Slide 9 - Slide

Pijplijnvoorraad
  • Noem je ook wel voorinkopen.
  • De voorraad is al wel besteld bij de leverancier, maar nog niet
     geleverd bij de winkel. De voorraad zit in de 'pijplijn'.

Slide 10 - Slide

Actievoorraad

Slide 11 - Slide

Seizoensvoorraad

Slide 12 - Slide

Extra voorraad
  • Is de voorraad die je hebt, omdat de inkoop van extra stuks
     van een artikel extra korting oplevert.
  • Bij inkoop van meer producten krijg je bijvoorbeeld
     30 procent korting op de inkoopprijs van de leverancier.

Slide 13 - Slide

Bulkvoorraad
  • Artikelen die in grote hoeveelheden geleverd worden.
  • Bijvoorbeeld grind of zand bij een tuincentrum.
  • Deze voorraad noteer je in volume (liter) of gewicht (kg).

Slide 14 - Slide

Geef een ander woord voor pijplijnvoorraad.

Slide 15 - Open question

Antwoord vraag 
  • Voorinkopen.
  • Pijplijnvoorraad is voorraad die al wel besteld is door de
     winkelier bij de leverancier, maar die nog niet is geleverd.
  • De winkelier loopt al wel een prijsrisico over deze voorraad.

Slide 16 - Slide

Voorraadniveaus
  • We hebben het dan over de hoogte van de voorraad.
  • Hoeveel voorraad heb je van een bepaald product in de winkel of het
     magazijn liggen? Of hoeveel zouden er moeten liggen?
  • Op de volgende dia's de begrippen die met voorraadniveau te maken
     hebben.

Slide 17 - Slide

Minimum- en maximumvoorraad
Waarom houd je een minimumvoorraad aan?
Waarom houd je een maximumvoorraad aan?

Slide 18 - Slide

Minimum- en maximumvoorraad
Minimumvoorraad
  • zo min mogelijk 'nee' verkoop

Maximumvoorraad
  • maximaal opslaan zonder dat kosten of risico te groot worden
  • maximale schapruimte
  • houdbaarheid producten

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Technische voorraad
  • Werkelijke of fysieke voorraad die in de winkel of magazijn aanwezig is.
  • Alles wat je kunt tellen.

Slide 21 - Slide

Economische voorraad
  • De voorraad waarover de winkelier het risico van een prijsdaling of een
     prijsstijging loopt.

Slide 22 - Slide

Administratieve voorraad
  • Voorraad die volgens de administratie in de winkel en het magazijn moet
      liggen.
  • Kan in de praktijk verschillen met de werkelijke voorraad (door niet-
      genoteerde schade, onopgemerkte diefstal of fouten in de
      voorraadadministratie).

Slide 23 - Slide

Veiligheidsvoorraad
Vangt schommelingen in de vraag naar een product op.

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Oefenopgave 1
  • De technische voorraad in een winkel is 1.002 stuks.
  • Er staan bestellingen open van klanten van 321 stuks. Deze moeten nog geleverd worden aan
      de klanten.
  • Bij de leverancier zijn 175 stuks besteld, maar nog niet ontvangen.

Vraag: bereken de economische voorraad (in stuks).

Slide 28 - Slide

Uitwerking oefenopgave 1
  • Economische voorraad is de voorraad waarover een winkelier een prijsrisico loopt (prijsdaling of prijsstijging) 
  • Berekening:
                     technische voorraad                            1.002
                     voorinkopen                      +                         175     +
                     voorverkopen                    -                         321     -  
                     economische voorraad                           856

Slide 29 - Slide

Oefenopgave 2
  • De waarde van de voorraad in een woonwinkel is € 440.000,-. 
  • Van deze voorraad is al voor € 210.000,- verkocht, maar nog niet afgeleverd bij de klanten.
  • Bij de fabrikant van de meubels is een bestelling gedaan voor een bedrag van € 180.000,-. De
     bestelling is nog niet geleverd.

Vraag: hoe groot is de technische voorraad?

Slide 30 - Slide

Uitwerking oefenopgave 2
  • Technische voorraad is de werkelijke voorraad die in de   winkel aanwezig is.
  • In deze woonwinkel heeft deze voorraad een waarde van
      € 440.000,- (staat vermeld in de opgave).

Slide 31 - Slide

Oefenopgave 3
  • De waarde van de voorraad in een woonwinkel is € 440.000,-. 
  • Van deze voorraad is al voor € 210.000,- verkocht, maar nog niet afgeleverd bij de klanten.
  • Bij de fabrikant van de meubels is een bestelling gedaan voor een bedrag van € 180.000,-. De
     bestelling is nog niet geleverd.

Vraag: hoe groot is de pijplijnvoorraad?

Slide 32 - Slide

Uitwerking oefenopgave 3
  • Pijplijnvoorraad is de voorraad die in bestelling is bij de   leverancier, maar nog niet geleverd is.
  • Antwoord is dus € 180.000,-

Slide 33 - Slide

Oefenopgave 4
  • De waarde van de voorraad in een woonwinkel is € 440.000,-. 
  • Van deze voorraad is al voor € 210.000,- verkocht, maar nog niet afgeleverd bij de klanten.
  • Bij de fabrikant van de meubels is een bestelling gedaan voor een bedrag van € 180.000,-. De
     bestelling is nog niet geleverd.

Vraag: bereken de economische voorraad.

Slide 34 - Slide

Uitwerking oefenopgave 4

            Technische voorraad                         € 440.000,-
            Voorinkopen                      +                  € 180.000,-               +
            Voorverkopen                    -                  € 210.000,-                -
            Economische voorraad                    € 410.000          

Slide 35 - Slide

Par. 3.2 - Voorraad inventariseren
  • Wat is inventariseren van voorraad?
  • Waarom inventariseren?
  • Stappen (onderdelen) inventarisatieplan.

Slide 36 - Slide

Wat is inventariseren van de voorraad?

Slide 37 - Open question

Antwoord
Voorraad inventariseren is het tellen en registreren van de voorraad.

Slide 38 - Slide

Waarom is het zinvol om regelmatig de goederenvoorraad te controleren?

Slide 39 - Open question

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Vraag
Stap 1 in het inventarisatieplan is 'voorbereidingen treffen'.
Op welke punten let je bij de voorbereidingen van de inventarisatie?

Slide 42 - Slide

Antwoord
Voorbereidingen treffen voor het inventariseren van de voorraad.
Denk bijvoorbeeld aan:
  • Genoeg personeel aanwezig.
  • Artikelen in de winkel en het magazijn opruimen (ordenen, sorteren en controleren op
     volledigheid).
  • Haal beschadigde artikelen of die over de houdbaarheidsdatum zijn uit de schappen, leg ze
     apart en noteer ze op de daarvoor bestemde lijst.

Slide 43 - Slide

Vraag
  • Stap 2 in het inventarisatieplan is voorraad opnemen (dus
     voorraad tellen) 
  • Wat is het voordeel van digitaal en online inventariseren?

Slide 44 - Slide

Antwoord vraag 
Voordeel digitaal en online inventariseren:
  • Gegevens worden meteen verwerkt in een computer.
  • Je kunt dan meteen zien of de werkelijke voorraad klopt met de administratieve voorraad.
  • Je kunt tijdens openingstijd tellen als je online inventariseert. De verkopen worden dan       
      namelijk direct in de voorraad verwerkt.

Slide 45 - Slide

Samenvatting les
Wat hebben we behandeld?
  • Soorten voorraad.
  • De begrippen die met het voorraadniveau (hoogte van de voorraad) te maken hebben.
  • Berekening economische voorraad.
  • Voorraad inventariseren en de vijf stappen (onderdelen) uit het inventarisatieplan. 

Slide 46 - Slide

Aan de slag
Maken opdracht 2 t/m 13 van par. 4.1 en 4.2

Slide 47 - Slide