ITTA Wiskunde 1

• Woordenschat
• ISK

ITTA Wiskunde 1

Welke vorm is dit?

1. een vierkant
2. een rechthoek

Welke vorm is dit?

Wat is dit?

1. de bal
2. de bol
3. de bel
4. de bil

Welke streep is verticaal?
typ: a of b of c

horizontaal

verticaal

diagonaal

Als er een komma in een zin staat, neem je een korte pauze.

1. Waar
2. Niet waar

Dit is een

1. stippenlijn
2. stippelijn
3. stipperlijn
4. stippellijn

Dit is een

1. de simbool
2. het symbool
3. het simbool
4. de symbool

verkleinen
Als je gezond leeft, ............... je de kans op ziektes.

In een kolom staat informatie ......

1. Naast elkaar
2. Tegen elkaar
3. Onder elkaar
4. Bij elkaar

Vermenigvuldigen is het zelfde als

1. +
2. -
3. x
4. :

Het aantal sterren in de nacht is

1. Weinig
2. Veel
3. Telbaar
4. Ontelbaar

Ik wil een nieuwe telefoon. Voordat ik de telefoon koop ga ik Samsung en Iphone met elkaar ..........

Toenemen is .....

1. Meer worden
2. Minder worden

Ik had eerst 2 truien, nu heb ik er 4.
Welk woord is dit?

Ik heb een chocoladereep gekocht. Maar mevrouw Andra vindt chocola ook lekker, dus ik geef ons allebei een halve.
Wat doe ik met de chocoladereep?

1. halven
2. halveren
3. halvenen
4. helfden

Een kruisje op een formulier zetten noem je:

Sommige oude mensen lopen een beetje

1. scheef
2. krom
3. stom
4. recht