Architectuur

Architectuur
ARCHITECTUUR

1 / 35
next
Slide 1: Slide
Culturele en kunstzinnige vormingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Architectuur
ARCHITECTUUR

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Planning architectuur 
1. Waar werken we naartoe? 
2. Leerdoelen 
3. Wat is architectuur? 
4. Architectuurstromingen: 
    Modernisme & structuralisme & Postmodernisme
5. Korte quiz
6. Afsluiting met terugblik

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

1. Waar werken we naartoe? 

Pitch
Gebruik de contrast begrippen uit het Architectuur hoofdstuk voor je eigen Architectuur pitch, van een stroming. 
Hoofdstuk 13: Architectuur 



Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat eraan komt: Architectuurtocht!

Dat houdt in dat:

Over vier weken jullie op pad gaan!
- In groepjes door Utrecht



Slide 4 - Slide

This item has no instructions

2. Leerdoelen
Aan het einde van de twee architectuurlessen kan je...



1. in eigen woorden uitleggen wat architectuur is en kan hier enkele voorbeelden van geven met betrekking tot de drie principes voor architectuur: schoonheid, stevigheid en functionaliteit.

2. In eigen woorden uitleggen wat de hoofdkenmerken van de vijf architectuurstromingen: modernisme, structuralisme, postmodernisme, supermodernisme en neotraditionalisme zijn.

3. De vijf verschillende architectuurstromingen van elkaar onderscheiden a.d.h.v. de zes architectuurkenmerken: functie, vorm, omgeving, constructie, materiaal en visie. 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Wat is architectuur?
Wat valt er allemaal onder architectuur?

Slide 6 - Mind map

Architectuur (CONTRAST) 

"is een ('toegepaste') kunst van het ontwerpen van de gebouwde omgeving: gebouwen, interieurs, landschappen, pleinen, parken, speelplaatsen, steden noem maar op!" 
WAT IS ARCHITECTUUR?
Architectuur is de (toegepaste) kunst van het ontwerpen van de gebouwde omgeving: gebouwen, woningen, interieurs, meubels, landschappen en steden


schoonheid, stevigheid en functionaliteit
WAAROM?

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wat zie je in de volgende afbeelding?

 Materiaal
Lijnen en vormen
Kleur
Symmetrie
Functie [of doel]

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

timer
3:00

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

timer
3:00
MODERNISME
1920-1970

Slide 10 - Mind map

Vul de gegeven antwoorden maar in!
"Form follows function"

"Less is more"

"Strakke soberheid"

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Charles-Édouard Jeanneret (1887-1965), 'Le Corbusier,' Villa Savoye (Poissey, Frankrijk 1931.
Vijf elementen van een nieuwe architectuur

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Vijf elementen van een nieuwe architectuur
door Le Corbusier
1.Les pilotis: zuilen > opgetild wonen

2. Le toit-jardin:  Connectie met binnen en buiten > Functie: vloeiend doorlopen naar o.a. balkons en dakterrassen 

3. Le plan libre: Een vrije plattegrond indeling (constructie: Skeletbouw) 

4. La façade libre: vlakke/strakke gevel 'gordijn' 

5. La fenêtre en longeur: Horizontale ramen > geen onderbrekingen van muren en lichtdoorlatend

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

Video indien nodig (ligt aan de tijd management/voorkeur docent)

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

STRUCTURALISME
        1960-1990

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Luister én kijk goed naar de volgende video en noteer op papier of je iPad het volgende:


Schrijf de bouwkenmerken op die je hoort én ziet die we zojuist besproken hebben.
Wat is het doel van deze manier van bouwen?



Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Video

This item has no instructions

Wat zag je? 

Doel?



Slide 20 - Slide

This item has no instructions

"De nadruk op functies (modernisme) stond ontmoeting in de weg"

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

POSTMODERNISME
1980-2000

1. Vrije vormen en uitbundige kleuren
2. Speelse details
3. Gebruik van stijlen uit het verleden. 


Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Wel Postmodern

Niet Postmodern

Slide 23 - Drag question

This item has no instructions

Wel Postmodern


Niet Postmodern


Slide 24 - Drag question

This item has no instructions

Wel Postmodern

Niet Postmodern

Slide 25 - Drag question

This item has no instructions


Reactie op het modernisme:
"Less is a bore"

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Is/zijn er een stroming(en) die een reactie zijn op het Modernisme?
A
Structuralisme
B
Geen
C
Postmodernisme
D
Beide

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Quiz


Pak je laptop of mobiel erbij!
Let op! Meerdere antwoorden kunnen kloppen.

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Bij welke architectuurstroming hoort de leus "Less is a bore"
A
modernisme
B
postmodernisme
C
Geen van deze opties
D
structuralisme

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Welke antwoorden horen er bij het Modernisme?
A
"Form follows function"
B
IJzer, glas en betonconstructies
C
"Less is more"
D
'Villa Savoy,' Le Corbusier

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Wat hoort bij het Postmodernisme?
A
Bouwen naar een 'community'
B
Veel gebruik van glas (glazen wanden)
C
Stijlen uit het verleden
D
Speelse details

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Bij welke architectuurstroming hoort dit gebouw?



Dit gebouw hoort bij de architectuur van het...?
A
Modernisme
B
Structuralisme
C
Geen
D
Postmodernisme

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Terugblik
- Schrijf voor jezelf op in één kernzin:

1. Wat heb ik geleerd in deze les?
2. Wat was verrassend? Meest bijgebleven aan deze les?
3.. Wat vond ik nog lastig aan deze informatie/les?


timer
5:00

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Terugblik:
Aan het einde van de les kan je...



1. in eigen woorden uitleggen wat architectuur is en kan hier enkele voorbeelden van geven met betrekking op de drie principes voor architectuur: schoonheid, stevigheid en functionaliteit.

2. In eigen woorden uitleggen wat de hoofdkenmerken van de vijf architectuurstromingen: modernisme, structuralisme, postmodernisme, supermodernisme en neotraditionalisme zijn.

3. De vijf verschillende architectuurstromingen van elkaar onderscheiden a.d.h.v. de zes architectuurkenmerken: functie, vorm, omgeving, constructie, materiaal en visie. 

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Volgende week: 
- Neotraditionalisme
- Supermodernisme




Slide 35 - Slide

This item has no instructions