11.1 Gaschromatografie 2.0

• Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Gaschromatografie

Herhaling:

We kunnen uitvinden welke stof en hoeveelheid stof aan de hand van een gaschromatogram.

Voorbeeld:

Waarom hebben propaan-1-ol en butaan-1-ol niet dezelfde retentietijd?

In welk soort stationaire fase heeft butanon een kortere retentietijd en waarom?

Welke van deze kolommen heeft een polaire vulling en waarom?

	Pentaan	Propanon
Kolom A	130 s	75 s
Kolom B	20 s	420 s

Welke van deze twee moleculen gaat sneller door een polaire fase en waarom?

In een graschromatogram met een apolaire kolom is een mengsel van octaan en 2,2,4-trimethylpentaan gestopt. Octaan heeft een kookpunt van 126 graden en 2,2,4-trimethylpentaan 99 graden

Welke piek is veroorzaakt door octaan?

De blauwe lijn geeft de totaal oppervlakte onder de rode curves. Wat is de molverhouding van het mengsel?

In welk soort stationaire fase heeft hexaan een korte retentietijd en waarom?