Werkwoordspelling week 44 klas 2

Woensdag 31 oktober
  • Vorige les: resultaten werkwoordspelling besproken
  • Deze les:

       - Herhaling regels werkwoordspelling/ quizvragen in

           LessonUp

       - Zelfstandig werken aan opdrachten

       - Korte bespreking opdrachten

       - Evaluatie/ vooruitblik 

1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Woensdag 31 oktober
  • Vorige les: resultaten werkwoordspelling besproken
  • Deze les:

       - Herhaling regels werkwoordspelling/ quizvragen in

           LessonUp

       - Zelfstandig werken aan opdrachten

       - Korte bespreking opdrachten

       - Evaluatie/ vooruitblik 

Slide 1 - Slide

Lesdoel (staat op stencil)
  • Ik kan het verschil tussen de persoonsvorm en het voltooid deelwoord herkennen en benoemen.

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  • Ik kan de persoonsvorm tegenwoordige tijd correct spellen.
  • Ik kan de persoonsvorm verleden tijd correct spellen.
  • Ik kan het voltooid deelwoord correct spellen.

Slide 3 - Slide

Wat is géén manier op de persoonsvorm in een zin te vinden?
A
De zin in een andere tijd zetten (tijdproef).
B
Het onderwerp van getal (enkelvoud-meervoud) veranderen.
C
De vraag 'Wie/wat + WG?' stellen.
D
Een ja/nee-vraag van de zin maken.

Slide 4 - Quiz

Wat is de persoonsvorm in de volgende zin?

'Vanavond wordt Jamilla door Fleur opgehaald om naar het schoolfeest te gaan.'
A
wordt
B
Mexx
C
opgehaald
D
gaan

Slide 5 - Quiz

Spelling persoonsvorm tegenwoordige tijd
  • Werken
  • Lopen
  • Antwoorden

Slide 6 - Slide

Spelling persoonsvorm verleden tijd
  • Werken
  • Durven
  • Antwoorden

Slide 7 - Slide

Spelling voltooid deelwoord
  • Werken
  • Durven
  • Antwoorden


Let op werkwoorden die beginnen met be-, ge-, ver-, ont-, er- en her-! Wat gebeurt er dan?

Slide 8 - Slide

Luister naar de zin.
Wat is de persoonsvorm in deze zin?

Slide 9 - Open question

Wat hoort er op de puntjes?

Ik had hem bijna niet (herkennen) ....... .

Slide 10 - Open question

Aan de slag!

Wat?                  Opdracht werkwoordspelling in mapje

Hoe?                  Zelfstandig, zachtjes overleggen mag

Hulp?                 Buurman/buurvrouw, docent

Tijd?                   Tot 13.50 uur

Resultaat?      Antwoorden netjes op stencil. Let op verzorging!

Klaar?                Lezen uit leesboek


Slide 11 - Slide

Evaluatie
  • Hoe is de opdracht verlopen?

Slide 12 - Slide

Lesdoel behaald?
  • Ik kan het verschil tussen de persoonsvorm en het voltooid deelwoord herkennen en benoemen.


  1. Ik heb het lesdoel van deze les behaald.
  2. Koen versiert het meisje op het halloweenfeest.
  3. De school is mooi versierd vanavond.

Slide 13 - Slide

Volgende week
  • Opdracht werkwoordspelling nakijken
  • Start 2.2 Lezen
  • Veel plezier vanavond!

Slide 14 - Slide