P3 VWO4 cours 4 - 20250411

1 / 39
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 39 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Startklaar
  • Enlevez votre manteau. 
  • Mettez votre téléphone portable dans votre sac à dos.
  • Écouteurs dans vos sacs à dos.
  • Posez vos sacs à dos par terre.
  • Ordinateur portable fermé dans le sac à dos. 
  • Mettez votre matériel scolaire sur la table.
timer
5:00

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Welkom bij VAK
Unit #:
Learner Profile: ....
ATL: ....
Related concepts: ....
Key concept: ....
Statement of Inquiry
Global context: ....

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Programma
  • Correction des exercices/Correctie van oefeningen
  • Les mots interrogatifs/ Vraagwoorden
  • Lire/ Lezes

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

  • Examenidioom
                F-N / N-F
                - 2 L’éducation nationale
                - 16 La vie active

  • Grandes Lignes
                - Chapitre 5
                - Vocabulaire A, b et C


Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Overzicht periode #
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
...
...



...
...
...
...
...

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Écris 3 mots, en français, que tu te souviens du vocabulaire A.
Schrijf 3 woorden, in het Frans, die je onthoudt uit woordenschat A

Slide 7 - Mind map

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Je sais utiliser les pronoms interrogatifs./ Ik weet hoe ik vragende voornaamwoorden moet gebruiken.
  • Je comprends un texte en français./ Ik begrijp een tekst in het Frans. 

 
 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Devoir
Huiswerk

Slide 9 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Correction
Correction 5d et 5e page 49





Slide 10 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Correction
Correction 6 page 49





Slide 11 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Correction
Correction 7 page 50





Slide 12 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Correction
Correction 8a page 50





Slide 13 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Correction
Correction 8b page 50





Slide 14 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Les mots interrogatifs 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Video

This item has no instructions

Controle activiteiten
Les pronoms interrogatifs= vraagwoorden
1 Wat
2 Wie
3 Waarom
4 Waar
5 Wanneer
6 Hoe
7 Hoeveel
8 Welk-e (adjectif interrogatif)
Écrivez ces pronoms interrogatifs en français./
Schrijf deze vragende voornaamwoorden in het Frans.

Slide 17 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Correction
Les pronoms interrogatifs
1 Wat
2 Wie
3 Waarom
4 Waar
5 Wanneer
6 Hoe
7 Hoeveel
8 Welk-e (adjectif interrogatif)
1 Que/qu'est-ce que/ quoi
2 Qui
3 Pourquoi
4 Où
5 Quand
6 Comment
7 Combien
8 - quel(s) / quelles(s)

Slide 18 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Exercice
Schrijf een zin met elk van de vraagwoorden.
1 Wat
2 Wie
3 Waarom
4 Waar
5 Wanneer
6 Hoe
7 Hoeveel
8 Welk-e (adjectif interrogatif)
Écrivez une phrase en utilisant chacun des mots interrogatifs. 
1 Que/qu'est-ce que/ quoi
2 Qui
3 Pourquoi
4 Où
5 Quand
6 Comment
7 Combien
8 Quel(s) / quelles(s)

Slide 19 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Instructie - page 51

Slide 20 - Slide

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Instructie - page 51

Slide 21 - Slide

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Instructie - page 51

Slide 22 - Slide

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Instructie - page 51

Slide 23 - Slide

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Les adjectifs interrogatifs
Vragend bijvoeglijk naamwoord

Slide 24 - Slide

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Les adjectifs interrogatifs
Vragend bijvoeglijk naamwoord

Slide 25 - Slide

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Instructie - page 51

Slide 26 - Slide

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische, herkenbare voorbeelden die aansluiten bij de Global Context, waardoor leerlingen deze kunnen relateren aan hun eigen leefwereld en ervaringen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Aan de slag
Faites l'exercice imprimé.
Maak de afgedrukte oefening.

Slide 27 - Slide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd en leerlingen worden steeds zelfstandiger. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Correction
Exercices A et B.
Oefeningen A en B.

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Correction de l'exercice C. 

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Correction de l'exercice C. 

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Correction de l'exercice D. 

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Réponses de l'exercice D. 
1. Quel est votre prénom ?
2. Dans quelle ville est-ce que vous habitez ?
3. Quelle est votre profession ?
4. Quelles sont vos dates de vacances ?
5. Quel âge est-ce que vous avez ?
6. Quels sont vos loisirs ?
7. À quelle heure est-ce que vous déjeunez ?
8. Quel est votre film préféré ?
9. Quelle est votre nationalité ?
10. Quelle est votre adresse ?

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Homework
Grandes Lignes B:

- Exercices 9 et 10 pages 51 et 52.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Instructie
Lisez le livre:
Lees het boek:

"Oscar et la dame rose."

Slide 34 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Slide 35 - Link

This item has no instructions

Instructie
Pendant la période 3, vous devez lire le livre 
'Oscar et la dame rose'. 
Nous lirons quelques parties ensemble. 
D'autres parties et chapitres, vous devrez les lire chez vous, à la maison.
"Tijdens periode 3 moeten jullie het boek 
'Oscar en de dame in het roze' lezen. 
We zullen enkele delen samen lezen. 
Andere delen en hoofdstukken moeten jullie thuis lezen."

Slide 36 - Slide

4. Inclusieve didactiek
De docent past een inclusieve didactiek toe door de interactie, eventueel in de thuistalen, in de klas te stimuleren om tot beter begrip van de lesstof te komen. De docent creëert een contextrijke leeromgeving door actief de culturele achtergronden van leerlingen bij de lesinhoud te betrekken. Hierin is de docent zich bewust van de verschillen in de klas. Door flexibel of heterogeen te differentiëren blijft iedereen bij de les betrokken. Gedurende de les reageert de docent positief en proactief op gedrag en maakt het daarmee makkelijker voor leerlingen om gewenst gedrag te laten zien.

Reflectie
  • Je comprends un texte en français./ Ik begrijp een tekst in het Frans. 
  • Je sais utiliser les pronoms interrogatifs./ Ik weet hoe ik vragende voornaamwoorden moet gebruiken.

Slide 37 - Slide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende Unit. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag op basis van het Learner Profile en de ATL-skills. Dit wordt vastgelegd in Toddle. Samen blikken docent en leerlingen vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Slide 39 - Slide

This item has no instructions