1AH - F, G + H - 24/1 - chapitre 2 ed6

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Aujourd'hui

- herhaling van de ontkenning

- phrases clés

- les nombres

Lundi 24 janvier

Doelen:  aan het einde van deze les weet je wat een ontkenning in het Frans is en ken je de getallen 20-100

Wat is een ontkenning?

Kun je voorbeelden noemen?

De ontkenning in het Frans

NIET = NE...PAS

Ik praat = je parle

Ik praat niet = je ne parle pas

je = onderwerp            ne ... pas = niet             parle = persoonsvorm

De ontkenning in het Frans

NIET = N' ... PAS

Jij koopt =tu achetes

Jij koopt niet = tu n' achetes pas

tu = onderwerp            n' ... pas = niet              

achetes = persoonsvorm (MAAR BEGINT MET EEN KLINKER!)

Maak ontkennend:
Elle parle avec mon frère.

Maak ontkennend:
J'aime mon chien.

Maak ontkennend:
Ma soeur et moi ont treize ans.

Dit was je huiswerk:

Maak: opdracht 31b + 32ab op blz. 88+89 van je wb

Klaar? Herhaal de getallen 0-100

Exercice 32a

2 Elles ne travaillent pas au marché. 3 Tu n’aimes pas le brie?

4 Ce n’est pas un hypermarché!

5 Vous ne mangez pas les fruits?

6 Je ne cherche pas le chocolat.

Exercice 32b

2 1 On regarde les prix.

    2 On ne regarde pas les prix

.3 1 Je déteste les citrons.

    2 Je ne déteste pas les citrons.

4 1 Tu cherches la boulangerie.

    2 Tu ne cherches pas la                 boulangerie.

5 1 J'aime les fruits.

    2 Je n’aime pas les fruits.

6 1 C’est une bonne crêpe.

    2 Ce n’est pas une bonne crêpe.

Phrases clés 

(page 86)

Je gaat samenwerken met een klasgenoot. De een is de verkoper de ander koopt iets. Je zegt als koper wat je wilt in het Frans en de verkoper geeft aan hoe duur het is in het Frans.

3 croissants = €2, 65

1 baguette = 

€0,95

4 oranges = €1,30

un café = 3,88

1 pizza = €11, 74

Jeu les nombres