NN1 Blok 3 H5 Schrijven: een advertentie maken 2

1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide


Ik zit klaar voor de les:

  • Mijn spullen liggen op tafel (boek, pen, papier, laptop).
  • Mijn telefoon en oortjes zitten in mijn tas.
  • Mijn jas hangt aan de kapstok.
  • Ik heb geen pet of capuchon op.
  • Ik heb geen eten of drinken meer bij mij.

Slide 2 - Slide

NN1 Blok 3 
H5 Schrijven: een advertentie maken
Les 2

Slide 3 - Slide


Terugblik:
De vorige les zijn we bezig geweest met leren over het maken van een advertentie.

Slide 4 - Slide

Wat moet er in een advertentie komen te staan. Noem 3 dingen:

Slide 5 - Mind map


Deze les:
  • Nakijken huiswerk
  • Herhaling instructie
  • Aan de slag 

Slide 6 - Slide


Lesdoel:


Ik kan een advertentie maken
en ik weet wat er in een advertentie moet staan

Slide 7 - Slide

Bekijk het instructiefilmpje:

Slide 8 - Slide

Een advertentie maken

In een advertentie geef je kort en duidelijk aan wat je wilt verkopen. 
Je zet een advertentie op internet, in een tijdschrift, in een krant of je hangt hem op in de supermarkt.

Zo maak je een advertentie:
  • Zet als titel boven de advertentie de woorden Te koop of Aangeboden.
  • Geef kort informatie: hoe ziet het eruit? Wat is er opvallend aan? Wat kun je er allemaal mee?
  • Gebruik ook woorden waarmee je mensen enthousiast maakt, zoals: Nergens goedkoper!, Spiksplinternieuw!
  • Noem de prijs.
  • Heb je genoeg ruimte? Gebruik dan een afbeelding.
  • Zet onder je advertentie je naam en je telefoonnummer of e-mailadres.

Slide 9 - Slide


Opdracht:

Maak een advertentie van iets dat je kunt verkopen op marktplaats (kleding, oude telefoon enz).
De advertentie moet voldoen aan de criteria op de volgende bladzijde




Slide 10 - Slide

Inhoud:
1. In de advertentie staat wat er wordt aangeboden.
2. In de advertentie staat alle belangrijke informatie.
3. In de advertentie staat wat de prijs is.

Opmaak:
1. Boven de advertentie staat 'Te Koop' of ‘Aangeboden’
2. Onder de advertentie staat een naam, telefoonnummer en/of e-mailadres.
3. De advertentie heeft maximaal 100 woorden.
4. Bij de advertentie staat een passende afbeelding.

Spelling en taal:
1. Elke zin begint met een hoofdletter en de woorden zijn goed gespeld.
2. Elke zin eindigt met een punt of een vraag- uitroepteken.
4. Er zijn korte, duidelijke zinnen gebruikt.
5. Er staan enthousiaste woorden in de advertentie.












Slide 11 - Slide


Evaluatie:
  1. Wat was het lesdoel?
  2. Hoe ging het vandaag?
  3. Wat is het huiswerk:

Slide 12 - Slide

Huiswerk:

Maak een advertentie van iets dat je kunt verkopen op marktplaats

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide