2pA 11/04/24

Ma 11 avril 2024

Programme: 
  • Devoirs Plenda
  • Chap. 3 Leçon E

Devoirs 16/04:
Herhalen ABCD

Chap. 3 SO 1 16/04/24 ABCD + cijfers 0-->1000
1 / 11
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with text slides.

Items in this lesson

Ma 11 avril 2024

Programme: 
  • Devoirs Plenda
  • Chap. 3 Leçon E

Devoirs 16/04:
Herhalen ABCD

Chap. 3 SO 1 16/04/24 ABCD + cijfers 0-->1000

Slide 1 - Slide

Imagine: c’est bientôt l’anniversaire de ton meilleur ami ou de ta meilleure amie. Tu veux organiser une fête et acheter un cadeau. Écris une invitation à tous tes amis.

Vertel waarom je schrijft.
Vertel wat voor een feest je wilt organiseren, waar en wanneer.
Vertel welke vier cadeaus je in gedachten hebt voor je vriend(in), hij/zij is gek op kleding.
Zoek plaatjes bij de cadeaus of teken zelf een voorbeeld.
Geef informatie over de cadeaus (prijs, kleur, etc.) zoals in het onderstaande voorbeeld.
Exemple: Ces baskets rouges Adidas: 37,50 €





ÉCRIRE

Slide 2 - Slide

C'est bientôt l'anniversaire de notre amie Sarah!
Je veux organiser une fête chez moi, ce weekend.
Sarah aime faire du shopping et les vêtements.
J'ai quatre idées pour des cadeaux:

  • Ces basckets rouge Adidas: 37 Euros 50
  • Cette robe noire: 25 Euros
  • Cette jupe blanche: 29 Euros 99
  • Ce sac bleu: 21 Euros 50

Qu'est-ce que vous en pensez? À bientôt!







ÉCRIRE

Slide 3 - Slide

Bonjour !
Comment ça va?
Quelle est la date d'aujourd'hui?
Quel temps fait-il? 
Tu veux acheter quelque chose?
Qu'est-ce que tu aimes porter?


Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

écrire une invitation

Slide 6 - Slide

Je nodigt je vriendengroep uit: 
- je zegt dat je een feest wil organiseren
- je zegt waar het is en om hoe laat
- je geeft een cadeautip (kleding)
- je zegt hoe die kleding eruit ziet (kleur, prijs, ...)
je schrijft een UITNODIGING
dus je groet je vriendengroep
je sluit je bericht af

het enthousiasme straalt ervan af!

Slide 7 - Slide

Mind map over verjaardag:
  • les jours de la semaine
  • les mois
  • les vêtements
  • les couleurs
  • le temps des verbes

Slide 8 - Slide

Les nombres
60 = soixante                                                 80  = quatre-vingts (4x20)  
61  = soixante et un                              ! 81  = quatre-vingt-un
62 = soixante-deux                                    82  = quatre-vingt-deux
etc.                                                                     etc.

70  = soixante-dix (60+10)                       90  = quatre-vingt-dix (4x20+10)
71   = soixante et onze                             ! 91   = quatre-vingt-onze
72  = soixante-douze                                 92  = quatre vingt-douze
etc.                                                                     etc.

LET OP:
bij 81 en 91 geen et maar een streepje


Slide 9 - Slide

Apprendre/leren:
vocabulaire 
Réviser/Herhalen 
vocabulaire 

-DEVOIRS-

Slide 10 - Slide

Huiswerk, pour vendredi :
  • Apprendre 1 page 32
  • Online methode: civilisation
    (inhoudsopgave & quiz) 

Slide 11 - Slide