Iedereen is anders

1 / 18
next
Slide 1: Slide
BurgerschapskundeBasisschoolGroep 5,6

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wie ben ik?
Dymfna Stadman
Friesland
Tekenen
1 kat
Pizza
't Kofschip
Juf
Zuidwolde geboren
Koken en bakken
Lezen
Chocolade
Formule 1

Slide 2 - Slide

Anders
                                
ik                                               
Uiterlijk                                 
karakter                                    
gedrag                                     
samenleving                          

Slide 3 - Slide

Ik en jij
Ik IK

Slide 4 - Slide

UIterlijk

Slide 5 - Slide

karakter

Slide 6 - Slide

gedrag

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Link

Samenleving

Slide 9 - Slide


WAT IS BURGERSCHAP?

hoe je met jezelf, anderen en je omgeving omgaat.

Sociaal gedrag=........??....

Slide 10 - Slide

Beschrijf van jezelf of je buurman/vrouw.
uiterlijk

gedrag

Slide 11 - Slide


DE BURGER

een inwoner van een land of plaats

Jullie zijn allemaal burgers van Hoogeveen,.....,.....maar ook van Nederland.

Slide 12 - Slide

Burgerschap en iedereen is Anders
Burgerschap gaat over ‘Wie je bent’.
Wat bepaalt wie je bent? Je naam, uiterlijk, je karakter maar ook wie je familie is, waar je vandaan komt, waar je woont en je geloof. Het gaat bijvoorbeeld ook over waar je goed in bent, wat je graag wilt leren en wat je mening is over onderwerpen die voor jou belangrijk zijn. Belangrijk is wie jij bent en wat je vindt, maar ook wat je doet.

Slide 13 - Slide

de identiteit
wie je bent
Je naam, waar je woont, waar je geboren bent enzovoorts.

.

Slide 14 - Slide

de cultuur
taal, geloof en gewoonten van mensen

De Nederlandse cultuur is anders dan de Indiase, Spaanse of Iraakse cultuur.

Slide 15 - Slide

de samenleving
De samenleving:
de mensen die samen in een land wonen
De meeste mensen in de Nederlandse samenleving
willen graag dat wij rekening met elkaar houden.

Slide 16 - Slide

Maak een All about YOU Hoodie 
Wat kan jij goed?
wat wil jij later worden?
wat vind jij niet leuk?
waar wordt je boos over?
wat vind jij belangrijk?
wat wil je leren?
Hoe zie je eruit?
Hoe is je karakter?
Wie is je familie?
Waar woon je?
Wat geloof je? 
Waar ben je goed in?

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide