Lees eerst de bijbehorende opgaven en daarna de tekst door. Je kunt dan tijdens het lezen van de tekst de stukken markeren waarvan je denkt dat ze over de vragen gaan.
Een opgave bevat altijd een instructie waarin staat wat je moet doen.
Wat je moet doen is aangegeven met handelingswoorden.
Slide 30 - Slide
Leesvaardigheid
Handelingswoorden:
Licht toe/leg uit. Een antwoord zonder toelichting of uitleg levert je geen punten op, ook niet als je antwoord juist is.
Bereken. Werk zoveel mogelijk volgens de stappenplannen of voorbeeldberekeningen in de theorie. Mis je gegevens? Ga dan na of je die in BINAS kunt vinden!
Neem over en ... . Bij een tabel zijn vaak enkele gegevens ingevuld en is het de opdracht om de tabel compleet te maken.
Andere handelingswoorden kunnen zijn: benoem, geef, schets.
Slide 31 - Slide
BINAS
pak je wisbordje
schrijf het antwoord op de vragen op het wisbordje
Slide 32 - Slide
BINAS
Wat is de triviale naam van methanal?
Wat is de relatieve atoommassa van strontium ?
Nordic gold is een legering van ...?
Wat is het meest opmerkelijke gevaaraspect wanneer je Natriumnitraat morst?
In welke groep in het periodiek systeem kun je Fe vinden?
Slide 33 - Slide
BINAS (tussenstand?)
Bij welke categorie afval hoort een tennisbal?
Een geelgroene vlam is afkomstig van het metaal...?
Wat is het smeltpunt van ethanol in graden Celsius?
Welke lading heeft het kwik- ion?
Wat is de atoomnummer van einsteinium?
Wat is het symbool van dichtheid?
Welke kleur heeft rodekoolsap bij geconcentreerde HCl?
Slide 34 - Slide
BINAS (Eindstand?)
Winnaar of finale vraag?
Wat is de rationele naam van helse steen?
Slide 35 - Slide
A3; Rekenvaardigheden
Nodig: Boek A, BINAS, Pen en Papier
In deze paragraaf van de examentraining kun je er opnieuw mee oefenen door de theorie te lezen en de opgaven te maken.
Slide 36 - Slide
A3; Rekenvaardigheden
SIGNIFICANTE CIJFERS
Bij berekeningen kun je vaak de uitkomst van je rekenmachine niet in zijn geheel overnemen (H7.6).
Vermenigvuldiging of een deling heeft hetzelfde aantal cijfers als de meetwaarde/gegevens met het kleinste aantal cijfers.
Bij elkaar optellen of van elkaar aftrekken dan wordt het antwoord in niet meer decimalen geschreven dan de meting/gegevens met het kleinste aantal decimalen.
Slide 37 - Slide
A3; Rekenvaardigheden
EENHEDEN OMREKENEN
Bijvoorbeeld het omrekenen van gram naar milligram: BINAS 2 en 3, én H7.6
Regelmatig staat er voorgeschreven in welke eenheid je het antwoord moet uitdrukken.
Alleen als dit er niet bij staat, mag je zelf kiezen welke eenheid je gebruikt.
Slide 38 - Slide
A3; Rekenvaardigheden
Meer informatie in je boek achterin bij de VAARDIGHEDEN!
V9 Je kunt werken met grootheden en eenheden.
V10 Je kunt werken met voorvoegsels.
V11 Je kunt werken met formules.
V12 Je kunt rekenen met verhoudingstabellen.
Slide 39 - Slide
A3: Rekenvaardigheden
Tijd: 20 minuten
Nodig: Boek A, BINAS, Pen en Papier
Wat: Lees de theorie en maak de opgaven van A3 3-4-8-9
timer
20:00
Slide 40 - Slide
A3: Rekenvaardigheden
Nog opgaven te bespreken?
Tijd: 20 minuten
Nodig: Boek A, BINAS, Pen en Papier
Wat: Lees de theorie en maak de opgaven van A3 5-10-11
timer
20:00
Slide 41 - Slide
Inhalen SE H11
Telefoon/horloge opbergen
Tas voorin de klas
Nodig: BINAS
Klaar: Dan mag je de klas verlaten, maar pas na 30 minuten!
SUCCES !!
timer
30:00
Slide 42 - Slide
Examentraining
We zijn bezig in boek A met de REKENVAARDIHEDEN
Belangrijk: Significantie regels (zie link naar "kemia" filmpje in IL en kijk anders ook nog eens naar H7.6)