2ha chap 6 alles

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

C'est ....... jour

1. quel
2. quelle
3. quels
4. quelles

Tu fais .... sport ?

1. quelle
2. quelles
3. quel
4. quels

Tu parles ...... langues ?

1. quels
2. quelles
3. quel
4. quelle

C'est ..... mois ?

1. quelle
2. quels
3. quelles
4. quel

Tu as trouvé .......solution ?

1. quelle
2. quelles
3. quel
4. quels

vertaal het werkwoord

Je ne( begrijp) pas le chinois.

(Jij leert) l'espagnol à l'école ?

( Wij nemen) le bus

(Hij heeft genomen)le train hier soir.

(jullie hebben geleerd) le français ?

(zij begrijpen ) la leçon d'anglais.

vertaal

j'ai faim

un rendez-vous

un adulte

une boucherie

elle a visité

c'est tout droit

le vol

plein de

assez bien

en ville

de nacht

wachten

weggaan

ieder jaar

de apotheek

de haven

hetzelfde

tegen

de ontdekking

tussen

geef antwoord, gebruik de gegeven woorden

Tu parles anglais?
( vrij goed)

Vous pouvez m'aider?
( natuurlijk)

Où est la poissonerie?
( 2e links , rechtdoor)

A quelle heure ferme la boulangerie?
Open van 8.30u tot 18.15u

Tu viens d'où?
( Nederland)

Het is 12 uur 's nachts

Het is 08.10 uur

Het is 04.30

Het is 06.35

het is 11.25