2.4 Rekenen met inhoud

Waarom?
Om te weten hoeveel ergens in past.

1 / 11
next
Slide 1: Slide
RekenenMBOStudiejaar 1,2

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Waarom?
Om te weten hoeveel ergens in past.

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Van welk figuur is dit een uitslag?
A
Piramide
B
Balk
C
Kubus
D
Driehoek

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Welke uitslag is van een balk?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

timer
1:00
Hoe bereken je de inhoud van een voorwerp?

Slide 4 - Mind map

Lengte x Breedte x Hoogte (diepte)
De eenheid van inhoud is ............
A
vierkante meter (m²)
B
kubieke meter (m³)
C
meter (m)
D
geen van allen

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Inhoud omrekenen 
Rechts is keer     &     Links is delen

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

Kubieke dm betekent dat alle maten in dm moeten staan: dus 28 cm = 2,8 dm en 40 cm = 4 dm. De hoogte staat goed : dus 2,8  x 4 x 2 = 22,4 dm3
De schuur van Bertha is 20 dm breed, 1,80 m diep en 2,2 m hoog.

Wat is de inhoud van Bertha’s schuur in kubieke meter?
A
79,2 m3
B
7,92 m3
C
7920 m3
D
792 m3

Slide 8 - Quiz

2 x 1,8 x 2,2 = 7,92 m3

Slide 9 - Slide

liter= dm3!!!
dus naar dm. 
14 x 18 x 8 = 2016 dm3 = liter
Dennis vult de vierkante zandbak met een laag van 25 cm zand.
Hoeveel kubieke meter zand heeft Dennis hiervoor nodig?

Slide 10 - Slide

1,6 x 1,6 x 0,25= 0,64m3 zand
Hoe bereken je de missende maat als je alleen de inhoud en de hoogte weet?

Slide 11 - Mind map

This item has no instructions