2.3 Duitsland onder Hitler

HC 2.3
Nazi Duitsland
1 / 32
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

HC 2.3
Nazi Duitsland

Slide 1 - Slide

Hoofdvraag
Welke gevolgen had het nationaalsocialisme voor Duitsland en Europa, 1933-1945?
-fascisme en nationaal-socialisme
-verloop van WOII
-Verloop van jodenvervolging 
Kerngebeurtenissen: Neurenberger Wetten, Kristallnacht, Conferentie van München, Wannseeconferentie

Slide 2 - Slide

Fascisme
  • Italië kent na WO1 grote economische problemen
  • Daarnaast: onvrede over afloop oorlog
  • Gevolg: oud-soldaten + nationalisten voelen zich aangetrokken tot fascisme:
  • 1. Extreem nationalistisch
  • 2. Leiderschapsverheerlijking
  • 3. Geweldsverheerlijking
  • 4. Anti-democratisch
  • 1922: Mussolini wortd dictator Italië --> voorbeeld voor Hitler

Slide 3 - Slide

Totalitair
  • Totalitaire ideologie: ideologie die de volledige samenleving beheerst
  • Middelen: propaganda, censuur, onderwijs
  • Duitsland: ministerie van propaganda 
  • Entartete kunst: "onaarde" kunst --> verboden in Duitsland
  • Voorbeelden totalitarisme:
  • 1. Geheime politie
  • 2. Géén vrije rechtsspraak
  • 3. Jeugdbewegingen 
  • 1933: opening Dachau

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Discriminatie
  • Na Rijksdagbrand verandert Duitsland in totalitaire staat
  • 1934: Nacht van de Lange Messen --> Hitler rekent af met concurrentie in partij
  • Gevolg: SA wordt onderdeel van SS
  • 1935: Neurenberg-wetten ter bescherming van Duits bloed
  • 1938: Kristallnacht: aanval op synagogen
  • Gevolg: joden krijgen de schuld --> start verwijdering uit samenleving
  • 1942 Wannsee conferentie

Slide 6 - Slide

Diktat
  • Verkiezingsbelofte Hitler: ontmanteling Versailles
  • 1. Opbouw leger + Luftwaffe
  • 2. Militarisering RIjnland (1936) 
  • Frankrijk durft niet in te grijpen
  • 3. 1938: Anschluss met Oostenrijk 
  • Hitler: alle Duitsers in één rijk --> Sudetencrisis
  • Conferentie van München: Duitsland mag Sudetenland innemen
  • "Peace for our time" --> appeasment

Slide 7 - Slide

WOII
  • Propaganda
  • Genocide 
  • Neurenberger wetten 1935
  • Conferentie van München 1938
  • Polen
  • Tweefrontenoorlog
  • D-Day 1944

Slide 8 - Slide

Oorlog
  • 1939: Molotov-Ribbentroppact --> niet-aanvalsverdrag Duitsland en Sovjet-Unie
  • Reden Hitler: voorkomen tweefrontenoorlog
  • Reden Stalin: angst voor samenwerking Duitsland + Frankrijk
  • Na volledige verovering Tsjechoslowakije is de maat voor Frankrijk/Engeland vol
  • 1 augustus: Duitse aanval op Polen middels Blitzkrieg 
  • 3 augustus: start WO2

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Endlösung
http://archief.ntr.nl/deoorlog/page/dossiers/780604/De+Wannsee+conferentie.html 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Frankrijk wilde wraak op Duitsland omdat
A
Duitsland een sterkere vloot had
B
Duitsland Frankrijk had verslagen in 1871
C
Duitsland het WK voetbal had gewonnen
D
Duitsland nationalistisch was

Slide 14 - Quiz

Wat hoort niet bij de
Eerste Wereldoorlog?
A
Duitsland
B
Jodenvervolging
C
Loopgraven
D
Bondgenootschappen

Slide 15 - Quiz

Hoe wordt Duitsland bestuurd na de Eerste Wereldoorlog?
A
Duitsland wordt een monarchie
B
Duitsland krijgt een andere keizer
C
Duitsland wordt een republiek
D
Duitsland krijgt een dictator

Slide 16 - Quiz

Met welke gebeurtenis startte WOII?
A
aanval van Duitsland op Polen
B
Aanval van Duitsland op Nederland
C
Aanval van Duitsland op de Sovjet Unie
D
Aanval van Duitsland op pFrankrijk

Slide 17 - Quiz

Waarom verklaarden Frankrijk en Engeland Duitsland de oorlog?
A
Duitsland kreeg te veel macht
B
Duitsland viel Japan aan
C
Duitsland viel polen aan
D
Duitsland viel Oostenrijk aan

Slide 18 - Quiz

Wanneer begon de Tweede Wereldoorlog?
A
1939
B
1940
C
1945
D
1914

Slide 19 - Quiz

Nederland was tijdens de Tweede Wereldoorlog
A
Niet neutraal
B
Neutraal

Slide 20 - Quiz

'Het verlies van de Eerste Wereldoorlog door Duitsland is een ....... van het ontstaan van de Tweede Wereldoorlog.'

A
oorzaak
B
gevolg

Slide 21 - Quiz

Welke (grote) landen horen er bij de As-mogendheden?
A
Duitsland, Italië, Spanje
B
Italië, Frankrijk, Duitsland
C
Duitsland, Japan, Italië
D
Nederland, Duitsland, België

Slide 22 - Quiz

Wanneer gingen Amerika en Japan meedoen met de Tweede Wereldoorlog?
A
1939
B
1940
C
1941
D
1942

Slide 23 - Quiz

Mussolini
Wat is fout?
A
was al voor het einde van de oorlog afgezet als Duce
B
had voor Hitler tijdens de oorlog geen meerwaarde
C
is door guerrillastrijders vermoord
D
Is door de SS van Hitler vermoord, omdat hij niet mee wilde werken aan de Jodenvervolging.

Slide 24 - Quiz

Welk antwoord past het beste bij de gelijkschakeling van de NSDAP?
A
alle Duitse staatsburgers moeten lid worden van nationaal-socialistische verenigingen, en onderwijs en media.
B
Neurenbergerwetten en het ministerie van Volksvoorlichting en propaganda
C
iedereen moet lid worden van nationaal-socialistische verenigingen en onderwijs en media
D
Door het inzetten van SA en SS de bevolking onder druk zetten

Slide 25 - Quiz

Welke gebeurtenis hoort bij de appeasementpolitiek?
A
Neurenbergerwetten
B
Conferentie van Munchen
C
Val van de Berlijnse Muur
D
Containmentpolitiek

Slide 26 - Quiz

Wat is antisemitisme?
A
jodenvervolging
B
jodenhaat
C
dat een land bestuurd wordt door 1 persoon
D
mensen ongelijk behandelen vanwege hun uiterlijk

Slide 27 - Quiz

Welke gebeurtenis vond eerder plaats?
A
Kristallnacht
B
Neurenbergerwetten

Slide 28 - Quiz

Welke gebeurtenis vond er eerder plaats dan de kristalnacht
A
operatie Barbarossa
B
D-day
C
invoering Neurenbergerwetten
D
Holocaust

Slide 29 - Quiz

Zet de volgende gebeurtenissen in de juiste tijdsvolgorde:

1. De Kristallnacht
2. De Neurenbergerwetten worden ingevoerd
3. De genocide op joden is op z'n hoogtepunt
4. De Wannsee-conferentie vindt plaats
A
1 --> 2 --> 4 --> 3
B
2 --> 1 --> 3 --> 4
C
2 --> 4 --> 1 --> 3
D
2 --> 1 --> 4 --> 3

Slide 30 - Quiz

segregatie
isolatie
deportatie
vernietiging
Neurenberger wetten
Wannsee conferentie
getto-vorming
Kamp Westerbork
Auschwitz
Volksgemeinschaft

Slide 31 - Drag question

Hoe noemden de Duitsers de definitieve oplossing voor het "Joodse probleem"?
A
Holocaust
B
Endlösung
C
Blitzkrieg
D
Kristallnacht

Slide 32 - Quiz