§2.1 Molecuulmodel

Hoofdstuk 2
§2.1 Molecuulmodel
§2.2 mengen of reageren
§2.3 ontleding
§2.4 massa bij chemische reacties

1 / 16
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with text slides.

Items in this lesson

Hoofdstuk 2
§2.1 Molecuulmodel
§2.2 mengen of reageren
§2.3 ontleding
§2.4 massa bij chemische reacties

Slide 1 - Slide

§2.1 Molecuulmodel
moleculen/ deeltjes
Je leert: Hoe gedragen deeltjes zich?
En daarmee kun je het volgende verklaren
  • diffusie (verspreiding)
  • fase overgangen (namen weten)
  • mengsels scheiden
  • absolute nulpunt

Slide 2 - Slide

macroniveau :  wat je ziet
microniveau = deeltjes niveau

Slide 3 - Slide

diffusie
De neiging die deeltjes hebben om zich te verspreiden in de ruimte.

Slide 4 - Slide

de 4 regels

  • stoffen bestaan uit kleine deeltjes/moleculen
  • elke soort stof bestaat zijn eigen soort moleculen
  • deeltjes trekken elkaar altijd onderling aan
  • deeltjes bewegen (afhankelijk van de temperatuur)

Slide 5 - Slide


De fase van een stof, en de fase overgangen kun je uitleggen met het deeltjes model.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

vaste stof:
weinig beweging, vaste plek

vloeistof
meer beweging,
beweging door elkaar, wel tegen elkaar aan.

gas:
veel beweging
deeltjes botsen, los van elkaar

Slide 8 - Slide

 molecuulmodel (deeltjes model)
= deeltjes model



Macro niveau




Micro niveau

Slide 9 - Slide

                                              water    H2O
vast H2O (s)           vloeibaar H2O (l)      gas  H2O (g)

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

het absolute nulpunt = §2.2
= de temperatuur waarbij de deeltjes helemaal stil staan.
= - 273 graden Celsius
= 0 Kelvin



Slide 12 - Slide

Slide 13 - Link

het absolute nulpunt
= de temperatuur waarbij de deeltjes helemaal stil staan.
= - 273 graden Celsius
= 0 Kelvin



0 K = - 273 oC                             150 K =                  100 oC =
10 K = ?                                        273 K =                  0 oC =

Slide 14 - Slide

temperatuur
=   1007 K

oC?
fase zwavel?
fase zilver?

Slide 15 - Slide

.

A
Als de temperatuur stijgt, dan gaan deeltjes harder bewegen en hebben meer ruimte nodig
.

B
Als de temperatuur stijgt worden de deeltjes groter en nemen meer ruimte in.
Waarom stijgt de vloeistof in de thermometer als het warmer wordt?

Slide 16 - Slide