Mondeling V4

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Programma P4

1. Mondeling over 4 boeken

Beheersen: Les 1 tot en met 3 en 11 tm 6 van Literatuur (Lees ook het handboek!)

2. Leesvaardigheid en argumentatie (herhaling)

Beheersen: Les 2 tm 6 van Communicatie, les 19 tm 22 van argumentatie

En verder NUMO en de referentietoets (telt mee voor je overgang!!!!)

Welke boeken heb je deze vakantie gelezen?

Leerdoelen

1.  Je weet wat van je verwacht wordt voor het mondeling
2. Je weet hoe je je moet voorbereiden
3. Je weet welke boeken je kunt lezen
4. Je oefent met de rollen in het gesprek

Opzet mondeling

Je voert 3 x 10 minuten een gesprek over de 4 boeken.

Per gesprek heb jij een andere rol: 

• Lezer
• Schrijver
• Uitgever

In elke rol spreek je over de vier boeken.

 

Je mag zelf kiezen met welke boek je wilt beginnen. 

Lezer 

Jij hebt het boek gelezen. Zou je dit boek aan een klasgenoot aanraden? Waarom niet of waarom wel? 

Je moet kunnen verwijzen naar:

genre, plot, personages, perspectief, thema, stijl en de boodschap van de schrijver

Schrijver

Nu neem jij de rol van de schrijver op je. 

Hoe ben jij als schrijver tot dit boek gekomen? Verdiep je in de achtergrond van de schrijver (zoek dit van tevoren op!). Wat wil jij/de schrijver zeggen met dit boek?

Bij dit onderdeel laat je zien dat je snapt hoe het boek is gemaakt. Je praat over de boodschap van de schrijver, het thema, jouw inzichten na dit boek en je interpretatie ervan.

Let op: je moet ook een vraag aan de schrijver stellen

Uitgever

Nu neem jij de rol van de uitgever op je. 

Is dit boek geschikt voor een (groot) pubiek? Is het vernieuwend of stilistisch heel bijzonder?  

Bij dit onderdeel laat je zien dat je begrijpt hoe het boek valt bij sommige doelgroepen. Je kunt een gesprek voeren over de interpretatie van het boek en aangeven waarin het nieuw of vernieuwend is. Je kunt het boek plaatsen in de hedendaagse realiteit en je kunt over het boek oordelen.

Opzet mondeling

Je voert 3 x 10 minuten een gesprek over de 4 boeken. Als lezer, schrijver en uitgever. In elke rol spreek je over de vier boeken.

In het kort:

• Lezer: jouw analyse en interpretatie van het boek (gebruik hierbij de literaire begrippen)
• Schrijver: je argumenten waarom dit boek wel/niet te lezen
• Uitgever: inzicht in doelgroepen en literaire veld (publiceerbaar?)

Aan een klasgenoot vertel je het volgende:

1. Het boek is een razend spannende familiekroniek
2. Dit boek is vooral interessant als je psychologische diepgang
3. Door de voortddurende perspectiefwisselingen is dit boek een soort puzzel.
4. Het thema slavernij en discriminatie is ook in deze tijd nog actueel.

Een uitgever is vooral geïnteresseerd in:

1. Doelgroepen
2. Peergroepen
3. Kijkcijfers
4. Verkoopcijfers

Boekentip!

Levensgeschiedenis van de 19-jarige Surinaamse student Waldemar en een 40-jarige Hollandse getrouwde vrouw

Herfst 1928: een jonge Surinaamse student trekt in Den Haag als kostganger in bij een gescheiden Hollandse vrouw met vier kinderen. Als ze een half jaar later zwanger van hem blijkt, is het schandaal niet te overzien. Maar ondanks armoede en discriminatie slaagt het stel er in de jaren die volgen in een gelukkig en ook voorspoedig bestaan op te bouwen met hun zoontje Waldy, alias Sonny Boy. Dan breekt de Tweede Wereldoorlog uit, en besluiten ze joden in huis te nemen - met alle consequenties van dien.

Hoe heeft de schrijver dit boek gemaakt. Noem bijzonderheden.

www.hebban.nl

Bekijk de volgende trailer. Bedenk twee argumenten waarmee je dit boek zou willen aanbevelen aan een klasgenoot. Overleg in duo's

Opdracht

We kijken naar de making of van Sonny Boy. 

Welke interpretatie geeft de filmmaker aan het verhaal van Annejet van der Zijl? Wat valt je verder nog op? Zou een uitgever anders denken dan een filmmaker?

Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen