6.5 Mens en milieu

BS 5 Mens en milieu 
1 / 40
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

BS 5 Mens en milieu 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Doel BS 5 
* Je kunt enkele oorzaken en gevolgen van uitputting en vervuiling beschrijven
* Je kunt enkele oorzaken en gevolgen van klimaatverandering beschrijven

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Begrippen BS 5
milieuproblemen
uitputting
vervuiling
mineralen
monocultuur
stikstof
luchtvervuiling
bodemvervuiling
watervervuiling









chemische gewasbescherming
fossiele brandstoffen
broeikasgassen
(versterkt) broeikaseffect
klimaatverandering
blauwalg
zeespiegelstijging
verzilting




Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Welke invloed hebben wij?
  1. We maken dingen op uit het milieu: uitputting
  2. We stoppen schadelijke spullen in het milieu: vervuiling






Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

opdracht
Bedenk met je buurman/buurvrouw welke stoffen we opmaken
(uitputting).

Slide 6 - Slide

o.a. aardolie - aardgas - steenkool - zand - metaalerts
Waarom is de invloed zo groot?

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Bevolkingsgroei

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Bevolkingsgroei

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Andere leefwijze

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Andere leefwijze

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Chemische industrie
  1. Medicijnen
  2. Kunststoffen
  3. Wasmiddelen
  4. Verf
Dit heeft in het verleden vaak geleid tot bodemvervuiling door de gebruikte gifstoffen.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Waterverontreiniging
Door fabrieken, land- en tuinbouw en scheepvaart

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Land- en tuinbouw
 chemische bestrijdingsmiddelen
(accumulatie)

Door monocultuur meer mest = meer stikstof

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Brandstoffen
.

We gebruiken brandstoffen voor het aandrijven van machines en voertuigen.


We gebruiken brandstoffen voor het opwekken van electriciteit

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Natuurlijk broeikaseffect
1. Zonlicht valt op de aarde
2. Een deel van het licht wordt terug gekaatst
3. Deel van het licht wordt omgezet in warmte
4. Een deel van die warmte wordt door de aarde uitgestraald, een deel daarvan wordt door de broeikasgassen in de atmosfeer weer teruggekaatst

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Broeikasgassen
CO2
Waterdamp
lachgas
Methaan (koeienscheten)


+ 15 graden
Zonder broeikaseffect -18 graden

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Natuurlijk broeikaseffect
Zonder het natuurlijk broeikaseffect zou het op de aarde -18 graden zijn. 
Door het natuurlijk broeikaseffect is het gemiddeld +15 graden.
Door het natuurlijk broeikaseffect is leven op aarde mogelijk!

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Video

This item has no instructions

Versterkt broeikaseffect
Vooral door de verbranding van fossiele brandstoffen komen er meer broeikasgassen in de atmosfeer.
Door toename van de hoeveelheid broeikasgassen krijg je een versterkt broeikaseffect
Er wordt meer warmte teruggekaatst -> de aarde warmt dus op. De afgelopen 100 jaar gemiddeld 1°C (in Nederland 1,7°C).


Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Klimaatverandering
De opwarming van de aarde leidt tot het stijgen van de zeespiegel omdat het zuidpoolijs smelt en warm water meer ruimte inneemt dan koud water.





Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Klimaatverandering
In sommige gebieden heeft de klimaatveranderingen meer gevolgen dan in andere. Er komen meer tropische stormen bijvoorbeeld.





Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Klimaatverandering
Woestijnen worden groter.




Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Klimaatverandering
Verzilting: vermindering van de hoeveelheid zoet water en zeewaterstijging leidt tot verzilting van rivieren en daardoor landbouwgrond.




Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Gevolgen
Voedselketens kunnen in gevaar komen.
Als het seizoen van organismen die voedsel zijn voor anderen niet meer aansluit op het seizoen dat het meeste voedsel nodig is.

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Gevolgen
Blauwalg groeit beter bij hogere temperaturen.
Deze algen vergiftigen 
o.a. zwemwater.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Gevolgen
Warmer weer -> meer hittegolven -> meer sterftes agv hitte bij ouderen

Warmer weer -> meer teken -> vaker ziekte van lyme (wordt overgedragen door teken)

Verzilting - overtromingen -> minder landbouwgrond -> minder voedsel







Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Video

This item has no instructions

Op welke manier zou jij elektriciteit kunnen besparen?

Slide 29 - Open question

This item has no instructions

Begrippen BS 5
milieuproblemen
uitputting
vervuiling
mineralen
monocultuur
stikstof
luchtvervuiling
bodemvervuiling
watervervuiling









chemische gewasbescherming
fossiele brandstoffen
broeikasgassen
(versterkt) broeikaseffect
klimaatverandering
blauwalg
zeespiegelstijging
verzilting




Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Op welke manier zou jij brandstof kunnen besparen?

Slide 31 - Open question

This item has no instructions

Doel BS 5 
* Je kunt enkele oorzaken en gevolgen van uitputting en vervuiling beschrijven
* Je kunt enkele oorzaken en gevolgen van klimaatverandering beschrijven

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Bs. 6 Duurzaamheid

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen Bs. 6 
1. Je kunt de ecologische voetafdruk van Nederland vergelijken met die van andere landen

2. Je kunt uitleggen wat duurzaamheid is

3. Je kunt aangeven wat duurzame oplossingen voor milieuproblemen in Nederland kunnen zijn

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Duurzaamheid
- Niet meer stoffen uit het milieu halen dan het milieu kan aanvullen

   - Niet meer stoffen toevoegen aan het milieu dan het milieu kan verwerken

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Duurzame energie
Windenergie

Zonne-energie

Bodemwarmte

Biobrandstoffen (biomassa)

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Duurzame grondstoffen
Hergebruik
Voorwerp opnieuw gebruiken

Recycling
Als grondstoffen gebruikt voor nieuwe producten

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Voedselafdruk
Het stuk aarde dat nodig is om jou van voedsel te voorzien.

Welke voedingsmiddelen zorgen voor een grotere voedselafdruk?

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Ecologische voetafdruk
Land- en wateroppervlak wat nodig is voor jouw consumptie en afval
1 ha = 100x100 m  is 2 voetbalvelden

pp 1,7 ha   Nederlander 6,3 ha

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Slide 40 - Video

This item has no instructions