Spelling - do 16/9 liggend streepje en trema

1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

zo lekker was mijn eten gisteravond
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

les vandaag
1) lezen en luisteren
2) spelling:
- herhalen uitleg tussenletters
- nakijken
- uitleg liggend streepje
-opdrachten maken

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

confettiregen
Waar denk je dat het boek over gaat?
Is de hoofdpersoon gelukkig of ongelukkig?
Is het boek autobiografisch?
Zou je het zelf uitgekozen hebben om te gaan lezen?
Waarom wel/niet?
Hoe denk je dat het boek eindigt?

Slide 5 - Slide

zo graag wil ik dit boek lezen
010

Slide 6 - Poll

Slide 7 - Slide

lesdoel
belangrijkste spellingsregels herhalen 
zodat je deze correct kunt toepassen

Slide 8 - Slide

tussenklanken in samenstellingen
(herhaling)
tussen -s

tussen -en

Slide 9 - Slide

tussenklanken in samenstellingen
(herhaling)
tussen -s:

schrijf als je hem hoort 
let op: soms hoor je hem niet goed
(stationsweg->stationsstraat)
soms zijn twee manieren goed (drugverslaagde/drugsverslaafde)


Slide 10 - Slide

tussen -en (uitzonderingen)
tussen -en: schrijf deze altijd tenzij....
1) het eerste deel geen meervoud, twee meervouden of een meervoud op 's heeft
2) het eerste deel verwijst naar een uniek exemplaar
3) het eerste deel een bn versterkt
4) het eerste deel geen zn is
5) het woord niet meer als samenstelling wordt gezien

Slide 11 - Slide

nakijken (blz 262)
9 (1-10)
10 (1-8)
11 (9-15)


Slide 12 - Slide

opdracht 9
1 goedemiddag het eerste deel is een bijvoeglijk naamwoord
2 aspergesoep ‘asperge’ heeft alleen een meervoud op -s
3 kippenren ‘kip’ heeft alleen een meervoud op -en
4 aanvangssalaris bij ‘aanvangstijd’ hoor je de tussen-s
5 benzinelucht benzine heeft geen meervoud
6 liefdesmart in ‘liefdespaar’ hoor je de tussen-s, dus: liefdessmart
7 manenstraal bij ‘maan’ denk je aan één specifieke maan, dus: manestraal
8 kattemand ‘kat’ heeft alleen een meervoud op -en, dus: katten
9 landingsnelheid in ‘landingsbaan’ hoor je de tussen-s, dus: landingssnelheid
10 methodenstrijd ‘methode’ heeft ook een meervoud op -s, dus: methodestrijd


Slide 13 - Slide

opdracht 10

1 stoelendans
2 gerstenat
3 zonnesteek
4 hogeschool
5 publieksjury
6 wiegendood
7 wiegelied
8 staatssecretaris

opdracht 11

9 varkensziekte
10 rodekool
11 waardestijging
12 bergingsschip
13 blokkadeschip
14 sterkedrank
15 karnemelk

Slide 14 - Slide

nog vragen?
over tussenletters?
over verkleinwoorden?

Slide 15 - Slide

liggend streepje
3 functies (zie blz 266):
1) koppelteken
(om woorden duidelijker aan elkaar te plakken)
2) weglatingsteken 
(om aan te geven dat een deel van een woord is weggelaten)
Let op: het is op- en aanmerkingen maar oude en nieuwe gebouwen
3) afbreekstreepje 
(als het woord niet meer op de regel past)

Slide 16 - Slide

een paar voorbeelden

1 non-stopvluchten
2 garage-eigenaar
3 trainer-coach
4 twee-onder-een-kapwoning
5 arbodienst
6 kabinet-Rutte
7 tv-programma

8 bijna-doodervaring
9 antidiscriminatiewet
10 vanille-ijsje
11 Noordoost-Limburg
12 's-Hertogenbosch
13 medeoprichter
14 huis-aan-huisblad
15 sint-vitusdans

Slide 17 - Slide

aan de slag!
Maak 17, 19, 21 (blz 267 en verder)

Slide 18 - Slide

lesdoel
belangrijkste spellingsregels herhalen 
zodat je deze correct kunt toepassen

Slide 19 - Slide

zo goed ben ik met het liggend streepje
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll