BGE - Les 3 HTV

BGE - Les 3 (De Vries taaltrainingen)
Deze les:

-Hoofdstuk 2 opdrachten boek 2.1 t/m 2.10 (selectie)
-Woordenschat Via gimkit/quizlet (keuze)
-Grammar (hoofd)telwoorden
-Grammar voorzetsels
1 / 12
next
Slide 1: Slide
EngelsBasisschoolGroep 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

BGE - Les 3 (De Vries taaltrainingen)
Deze les:

-Hoofdstuk 2 opdrachten boek 2.1 t/m 2.10 (selectie)
-Woordenschat Via gimkit/quizlet (keuze)
-Grammar (hoofd)telwoorden
-Grammar voorzetsels

Slide 1 - Slide

Grammar - voorzetsels
Voorzetsels zijn woorden die je voor een zelfstandig naamwoord zet van plaats, bezit, richting etc.

Denk aan een vogel in een kooi. De vogel zit IN een kooi, OP, ONDER, vliegt OVER de kooi etc.
Above / over (Boven) en below/under (onder) 
Als iets hoger/lager dan is - above or below
Recht boven iets - over or under

The helicopter is thirty feet ABOVE sea level.
The helicopter flies OVER the building.
The basement is UNDER this room.
It is BELOW sea level.
In / Into (In)
In geeft beweging en plaats aan.
Ze is IN het zwembad./ Ze valt IN het zwembad.

INTO gebruik je bij beweging. 
Ze valt IN het zwembad (into).
Opdracht 2.3
Natuurlijk staan hier de antwoorden niet;) 
Vraag jouw docent om de antwoorden nadat je de opdracht hebt gemaakt;)

Slide 2 - Slide

Choose the correct preposition.
A
next to
B
between
C
under
D
behind

Slide 3 - Quiz

Choose the correct preposition.
A
behind
B
on top of
C
between
D
under

Slide 4 - Quiz

Choose the correct preposition.
A
next
B
through
C
between
D
behind

Slide 5 - Quiz

Choose the correct preposition.
A
in front of
B
near
C
through
D
behind

Slide 6 - Quiz

Grammar - Hoofd en rangtelwoorden
Je hebt twee soorten telwoorden
-Rangtelwoorden (rang, 1e, 2,e etc.)
-Hoofdtelwoorden (Cijfers, 1 t/m .....)

Kun jij de volgende getallen uitspreken?
Opdracht 2.4
Natuurlijk staan hier de antwoorden niet;) 
Vraag jouw docent om de antwoorden nadat je de opdracht hebt gemaakt;)
Rangtelwoorden Challenge
He came in .......... place. 
-12e - Twelfth  (twelft uitspraak)
-3e 
-17e
-20e
-2e
-26e
-31e
-1e
Hoofdtelwoorden Uitspraak challenge
Spreek de volgende getallen zo goed mogelijk uit.
Succes!
1. England has 60,609,153 inhabitants.
2. The class consists out of 28 students.
3. The river thames is 346 km (killometter) long.
4. Englands coastline is 12,429 km (killometter) long.
5. There are 17,883,231 people living in the Netherlands.

Slide 7 - Slide

How do you write number 3?
A
tree
B
tre
C
three
D
theree

Slide 8 - Quiz

How do you write number 8
A
ijgt
B
eeght
C
eight
D
eigt

Slide 9 - Quiz

How do you write number 14
A
for teen
B
forteen
C
fourteen
D
fortien

Slide 10 - Quiz

Which number is not spelled correctly?
A
eleven
B
nineteen
C
twentyone
D
thirty

Slide 11 - Quiz

Opdrachten boek
Ga aan de slag in je boek met de volgende opdrachten:
2.1 Leesopdracht
2.5 Schrijfopdracht
2.6 Luisteropdracht
2.9 Spreken (voorbereiding)
2.10 Invuloefening woordenschat

Klaar? Mooi, dan kunnen we bespreken! 

De antwoorden bespreken van opdrachten 2.1, 2.6, 2.10 

En voeren we de spreekopdracht uit.
timer
20:00

Slide 12 - Slide