Les 3 verslag van het alledaagse

3. Welke sociaal-maatschappelijke ontwikkeling draagt bij aan het ontstaan van de romantiek?
A
De opkomst van de industriële revolutie
B
Groeiend vertrouwen in de rede
C
De opkomst van het classicisme
D
De afname van religieuze invloed
1 / 32
next
Slide 1: Quiz
ArtSecondary Education

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 10 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

3. Welke sociaal-maatschappelijke ontwikkeling draagt bij aan het ontstaan van de romantiek?
A
De opkomst van de industriële revolutie
B
Groeiend vertrouwen in de rede
C
De opkomst van het classicisme
D
De afname van religieuze invloed

Slide 1 - Quiz

Slide 2 - Video

4. Wat is geen kenmerk van het romantisch ballet?
A
Gebruik van spitzen
B
Het ballet blanc
C
Zware kostuums en donkere kleuren
D
Het divertissement

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Video

5. Wat bedoelt Wagner met een Gesamtkunstwerk?
A
Een kunstwerk waarin alleen muziek centraal staat
B
Een voorstelling waarin decor, handeling en muziek één geheel vormen
C
Een opera zonder decor
D
Een toneelstuk met dans

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Video

6. Wat wil Berlioz verbeelden in het begin van zijn Symphonie Fantastique?
A
Een vrolijke dans op een plein
B
Een kerkhof bij nacht met dreigende spanning
C
Een liefdesscène in een bos
D
Een historische veldslag

Slide 7 - Quiz

7. 'Schubert is een typisch romantisch kunstenaar' wat is GEEN argument voor deze stelling?
A
Schubert werkt niet voor opdrachtgevers
B
Schubert is actief deel van de maatschappij
C
Schubert is arm
D
Schuberts werk is origineel en vernieuwend

Slide 8 - Quiz

Slide 9 - Slide

8. Wat is een opvallend contrast in het schilderij ‘Wandelaar boven de zee van wolken’?
A
De wandelaar is vaag, de achtergrond scherp
B
De wandelaar is donker en realistisch, de achtergrond licht en dromerig
C
De kleuren zijn allemaal donker
D
Er is geen contrast zichtbaar

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Slide

9. Waarom wordt Turner soms als buitenbeentje in de romantiek gezien?
A
Hij kiest moderne onderwerpen en schildert ruig
B
Hij schildert met veel detail
C
Hij schildert alleen religieuze taferelen
D
Hij gebruikt klassieke composities

Slide 12 - Quiz

10. Waarom worden in de 19e eeuw nationale musea opgericht?
A
Om religieuze kunst te bewaren
B
Om moderne kunst te promoten
C
Om nationale identiteit en geschiedenis te tonen
D
Om buitenlandse kunst te verzamelen

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

11. Wat is een verschil tussen het Rijksmuseum en de Houses of Parliament?
A
Het Rijksmuseum is gebouwd in één stijl
B
De Houses of Parliament combineren gotiek en renaissance
C
Beide gebouwen zijn modernistisch
D
Het Rijksmuseum is een mengelmoes van stijlen

Slide 16 - Quiz

12. Hoe sluit Arts-and-Crafts aan bij de ideeën van Ruskin en Marx?
A
Door massaproductie te stimuleren
B
Door ambacht en goede arbeidsomstandigheden centraal te stellen
C
Door fabrieksarbeid te promoten
D
Door kunst elitair te houden

Slide 17 - Quiz

13. Wat is een kritiekpunt op de piano van Burne-Jones en Faulkner vanuit Arts-and-Crafts?
A
De piano is te sober
B
De piano is te goedkoop
C
De piano is te duur
D
De piano is niet ambachtelijk gemaakt

Slide 18 - Quiz

verslag van het alledaagse

Slide 19 - Slide

Verslag van het alledaagse
In de negentiende eeuw veranderde het dagelijks leven door industrialisatie en verstedelijking, vooral in Europa. Steden boden werk, maar ook vervuiling, overbevolking en slechte leefomstandigheden. Kunstenaars legden deze veranderingen vast door te focussen op het werkende leven, stadsgezichten en technologische vooruitgang, in plaats van traditionele thema’s. De Wereldtentoonstelling van 1851 in Londen toonde de innovatieve architectuur van het Crystal Palace, een symbool van de vooruitgang door het gebruik van glas en gietijzer. Deze technieken beïnvloedden iconen zoals de Eiffeltoren en weerspiegelden de nieuwe stedelijke levensstijl.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

Realisme

Het realisme ontstond eind negentiende eeuw als reactie op de romantiek. Kunstenaars zoals Gustave Courbet wilden de werkelijkheid tonen zonder idealisering, met focus op alledaagse onderwerpen en de gewone mens, zoals boeren en arbeiders. Dit brak met de traditie van heroïsche kunst. Realistische kunst reflecteerde maatschappelijke problemen, zoals de erbarmelijke omstandigheden van de arbeidersklasse en de impact van industrialisatie, en stimuleerde sociale betrokkenheid en kritische reflectie.

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

Slide 25 - Video

Slide 26 - Video

Technische vooruitgang
De technologische ontwikkelingen in de negentiende eeuw, zoals de stoommachine, nieuwe materialen en fotografie, beïnvloedden zowel de samenleving als de kunst. Steden als Parijs transformeerden met brede boulevards en openbare gebouwen, wat symbool stond voor modernisering. Ook het ontwerp van gebruiksvoorwerpen veranderde, zoals de stoel van Michael Thonet, die functionaliteit, esthetiek en betaalbaarheid combineerde. Architecten en ontwerpers gingen meer rekening houden met praktische bruikbaarheid, terwijl ze ook moderne schoonheid zochten. Technische vooruitgang gaf kunstenaars nieuwe mogelijkheden om materialen op innovatieve manieren te gebruiken.

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Video

Impressionisme
Het impressionisme was een revolutionaire kunststroming die zich afzette tegen academische tradities. Schilders zoals Claude Monet en Pierre-Auguste Renoir schilderden ‘en plein air’ met snelle verftoetsen om de effecten van licht en kleur vast te leggen, gericht op sfeer en gevoel in plaats van gedetailleerde weergave. Aanvankelijk werd de stijl niet gewaardeerd door de kunstwereld, maar groeide uit tot een invloedrijke stroming. Impressionisten benaderden de realiteit door te focussen op hoe het oog een scène waarneemt, waardoor de nadruk kwam te liggen op de subjectieve ervaring van zowel de kunstenaar als de kijker.

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Video

Deze vragen heb ik nog

Slide 31 - Mind map

Hoe was deze les voor jou?
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Poll